Bijlage O.
2
No. 200), werden de gewone vergaderingen geregeld
gehouden.
Acht en veertig maal ontving de Commissie eene
kennisgeving van den Heer Arrondissements-School-
opziener, als bedoeld in 2 van art. 21 der Leer
plichtwet. Het vorige jaar werd zulk eene kennisgeving
vier en vijftig maal ontvangen. Van de acht en veertig
opgeroepenen verschenen er negentien. Negen en
twintig voldeden dus niet aan de oproeping. Zij
werden schriftelijk gewaarschuwd en in den regel
door een of meer leden der Commissie persoonlijk
op het verkeerde, en in 't vervolg strafbare, van het
niet-voldoen aan de Leerplichtwet gewezen. De Com
missie blijft het intusschen betreuren, dat de opge
roepenen ongestraft mogen wegblijven.
Zijdie verschenenontvingen eene ernstige ver
maning en beloofden na eenige gewoonlijk zeer
gezochte verontschuldigingen, beter aan hunne
plichten jegens hunne kinderen te zullen voldoen.
Van de boven bedoelde acht en veertig kinderen,
die zich aan ernstig schoolverzuim schuldig maakten,
waren drie en dertig leerlingen der Openbare School I,
zeven der Roomsch Katholieke meisjesschool, vijf der
Roomsch Katholieke jongensschool. De Openbare
Scholen E, G en H leverden elk één schuldige.
Door den Heer Arrondissements-Schoolopziener
Bijlage G.
3
werden dertien processen-verbaal opgemaakt, terwijl
door den Heer Kantonrechter negen personen wegens
overtreding der Wet tot eene geldboete of gevange
nisstraf werden veroordeeld.
Wanneer men het bovenstaande met vorige ver
slagen vergelijkt, blijkt, dat het schoolverzuim lang
zamerhand minder wordt. Toch zal het veel te wen-
schen blijven overlaten, zoolang de wet niet strenger
wordt nageleefd en de berechting niet vlugger ge
schiedt.
Namens de Commissie tot wering van
Schoolverzuim te Zutphen
J. A. SCHUTTE,
Secretaris.
ZUTPHEN, 12 Februari 1908.
