bezXr V°rmen- °e tato°"«"ï 'rob vele
Bijlage K.
2
p ten CA^^'lh 0' 3 Apr" WWClen schilderiie" van
«Ph-w geéxP°seerd> van 7 tot 12 April
schilderijen, teekeningen en etsen van Q. C Haver
kamp en joh. Vlaanderen, van 15 tot 30 April
schilderijen der Gooische schilderclub „de Tien
.emltbij'ZOnd!ire Waardeering ""W worden melding
öemaakt van de welwillendheid van den Heer P
Haverkorn VAN Rijsewijk te Rotterdamom de
fraaie reproducties van middeleeuwsche miniaturen
"t'eend aan het Breviarium Grimani, van 14 Mei
5 Juni aan het Museum ter expositie af te staan
Terzelfder tijd verstrekte de Heer S. NIJBURO alhier'
colleo°mm,SSie dG gelegenheid Zlïne merkwaardige
stellen k,OOSterP°PPen ten toon te
Vervolgens werden geëxposeerd: van 9 tot 23 |uli
schilderijen, aquarellen en teekeningen van H W
VAN DER WORP; van 4 .0, ,0 Novopber scl'ilderijn
n e sen van Paul BodiféE; van 9 tot 23 Decem
ber aquarellen uit de portefeuille van het schilders
genootschap „Pictura Veluvensis."
Eene expositie van schilderijen van A. Verleur
en G. Hoooerwaard, sloot de reeks van tijdelijke
tentoonstellingen gedurende het verslagjaar
Nog dient vermeld, dat in den loop van dat jaar
de oudheidkundige afdeeling tijdelijk werd uitgebreid
met eene collectie afbeeldingen van goud en zHver
werken uit het Nederlandsch Museum voor Geschie
denis en Kunst te Amsterdam en met eene collectie
Bijlage K.
3
kloven, een en ander door den Heer G. J. DOUWES Jr.
alhier, welwillend ter beschikking gesteld.
Op initiatief der Commissie werd in Juli, met de
Besturen der Vereenigingen: Zutphen Vooruit, Pictura,
Geldersche Vereeniging van Kunstnijverheid en met
de Commissie voor de restauratie van het oude geveltje
in de Sprongstraat, eene Rembrandtcommissie ge
vormd, door wier bemiddeling 120 Rembrandtalbums
hier ter stede werden verspreid.
De Commissie betreurde ten zeerste, dat haar
Secretaris, de Heer C. L. VAN Balen, wegens ver
trek uit deze Gemeente, genoodzaakt was met 1 De
cember zijne functie neer te leggen. Aan hem toch
was niet alleen te danken het initiatief tot oprichting
van het Stedelijk Museummaar bovendien is het in
hoofdzaak te danken aan de wijze waarop hij van
de oprichting af het Secretariaat waarnam, aan zijn
rustelooze bemoeiingen in alles wat kon strekken tot
meerderen bloei van het Museum, dat in betrekkelijk
zoo korten tijd eene belangrijke verzameling oud
heden, betrekking hebbende op Zutphen en de Graaf
schap, werd bijeen gebracht. Ten blijke van hare
waardeering voor de verdiensten, die de Heer VAN
Balen ten aanzien van het Museum zich had ver
worven, benoemde de Commissie den aftredenden
Secretaris tot haar eerelid.
Ter vervulling der vacature wees het Bestuur van
„Zutphen Vooruit" den Heer Mr. P. VAN Reoteren
Altena aan, wien door de Commissie in hare ver
gadering d.d. 24 November het secretariaat werd
opgedragen.