36
een groot 353 c.A. ad 5,— per c.A. en een
groot 208 c.A. ad ƒ7,— per c.A. te zamen
voor f 3221,
2^ langs den Buitensingel 8 perceelen voor arbeiders
woningen waarvan twee aan Boermante zamen
groot 200 c.A. ad f 3,75 per c.A. voor 750,
en zes aan Hamer, te zamen groot 600 c.A.
a6 3,75 per c.A. voor 2250,
In verband daarmede moet het gedeelte van den
Buitensingel watervrij worden opgehoogd, waartoe
crediet werd verleend.
3. op het hooge terrein bij de Noorderhaven een
perceel aan Levison, groot 234 c.A. ad 9,11
per c.A.
4. aan den Jacob Damsingel twee perceelen en wel
het eerste perceel aan Pasman, groot 1257 c.A.
ad 5,75 Per c*A. voor 7227,75.
en het tweede perceel aan Reesink, groot 128SC.A.
ad 5,25 per c.A. voor 6762,
De overige perceelen werden niet gegund, wegens
te lage inschrijvingen.
Alvorens deze opnieuw ten verkoop aan te bieden,
wordt ingevolge Uw besluit de watervlakte, daartoe
behoorende, eerst uitgediept, van modder gezuiverd en
met zand opgehoogd.
De uitvoering daarvan werd na gehouden besteding
gegund aan B. Hagen, voor 3385,44.
In de verkoopsvoorwaarden werd opgenomen de be
paling, dat eene premie groot 1000,vanwege de
Gemeente wordt beschikbaar gestelddie kan worden
uitgekeerd aan den eigenaar van dien gevel, welke vóór
37
1 Juli 1909 is voltooid en naar het oordeel van eene
door Burgemeester en Wethouders te benoemen Com
missie, de bekroning wordt waardig gekeurd.
In de Hoven werd een perceel bouwterrein op erf
pacht uitgegeven aan H. van de Mars.
Langs de Noorderhaven werd een terrein verhuurd
aan Nienhuis Ruijs, te Utrecht.
Tot afvoer van het water uit den nieuw bekaden
rijswaard op Helbergen, werd een nieuwe duiker gelegd.
De toestand van de Gemeente landerijen over 1905
kan over het algemeen gunstig genoemd worden.
Hoewel de waterstand doorgaande hooger was dan
gewoonlijk, en de lage hooi- en strooisellanden langs
den Ouden IJssel hiervan ecnigen last ondervonden, en
de Meimaand bovendien koud was, was toch de op
brengst, niettegenstaande cenige regendagen gedurende
den hooioogst, hooger dan het vorige jaar; de tweede
snede was zeer goed.
Het vee kon bijtijds in de weide gebracht worden,
het had dit jaar niet te lijden van gebrek aan water in
de kolken en, kon met uitzondering van enkele lage
gedeelten, lang in de weide blijven.
Hadden de bouwlanden het vorige jaar den invloed
van de droogte ondervonden, dit jaar kon zaaien en
planten steeds op tijd geschieden, daar steeds vol
doende regen viel waardoor een overvloedig gewas
verkregen werd, hetgeen echter weder oorzaak was dat
de prijzen laag waren.
Het IJsselwater bleef binnen de oevers, doch voor
het uitpompen van regen- en kwelwater op de Uiter-