Bijlage B.
komende troebeling na te bootsen. Voorts bevatte het product
bijna 2 gram salicylzuur per liter.
Daar de aflevering van dergelijke producten onder valsche
benaming, volgens de Leidsche verordening op de keuring
van eet- en drinkwaren strafbaar is, is eene veroordeeling
gevolgd.
Eene dergelijke verordening bestaat hier te Zutphen niet
en zal bij voorkomende gelegenheid eene strafvervolging
ingevolge artikel 329 en 330 van het wetboek van strafrecht
moeten worden ingesteld.
Door een lid van de commissie is nog onderzocht een pan,
en eenig snoepgoed, waarbij geen schadelijke bestanddeelen
zijn gevonden.
HOOFDSTUK XI.
Uitvoering en handhaving van wetten en verordeningen.
De algemeene Politieverordening der gemeente Zutphen is
vastgesteld in de Raadsvergadering van den 6dun Februari
1905, afgekondigd den 27^n Maart 1905 en dertig dagen
later in werking getreden.
Aan het Gemeente-Bestuur is bij schrijven van 13 Novem
ber 1905 verzocht eene verordening te willen maken waardoor
het mogelijk wordt kinderen, lijdende aan besmettelijke ziek
ten, die niet als zoodanig door de wet van 1872 worden
erkend, als kinkhoest, besmettelijk hoofdzeer, schurft, be
smettelijke oogziekte of bof, of kinderen uit huisgezinnen,
waarin dergelijk ziekten heerschen, van de scholen te
weren. De uitgebreidste verordening op dit gebied bestaat
te Veenendaal.
Bijlage B.
33
In de vergadering van 28 December is besloten aan het
Gemeente-Bestuur te verzoeken eene verordening op de vee-
en vleeschkeuring te willen in het leven roepen. Het des
betreffende verzoek is den 8steu Januari 1906 aan Burge
meester en Wethouders ingezonden.
Door de gezondheidscommissie te Arnhem zijn inlichtingen
gevraagd of hier ter stede bestaat eene verordening op het
houden en mesten van varkens en hoe deze verordening werkt.
Geantwoord is, dat in de algemeene politieverordening,
vastgesteld 7 April 1884, gedeeltelijk ingetrokken bij de
algemeene politieverordening van 6 Februari 1905 een artikel
voorkomt, waarbij het verboden is varkens te houden in
woonhuizen, kelders en verdere belendingen, tenzij met ver
gunning van Burgemeester en Wethouders.
De commissie wil er te dezer plaatse nog eens op wijzen,
dat het zeer bevorderlijk zou zijn voor de Volksgezondheid,
indien een streng toezicht op het houden van varkens kon
worden uitgeoefend. Dit en het hebben van mestverzame-
lingen in strijd met art. 145 der politieverordening van 1905
geelt tot de meeste klachten aanleiding.
Voor het uitoefenen van contróle is in de eerste plaats
noodig, dat de vergunningen ingevolge art. 144 (oud) en 145
(nieuw) niet anders dan schriftelijk worden gegevenvan de
gegeven vergunningen of ontheffingen een register wordt
bijgehouden en daarvan aan de commissie wordt kennis
gegeven.
32