Bijlage L.
8
gen te hebben, anders dan in goed gemetselde en overdekte
bakken of putten.
c. verontreiniging van de lucht (stank van fabrieken, enz.)
De klachten op dit punt bij de Commissie ingekomen zijn
voor een goed deel door medewerking der betrokken per
sonen opgeheven.
De ruiming van beerputten geschiedt hier ter stede des
nachts tusschen elf en vijl uur. Klachten zijn vernomen, dat
buren niet gewaarschuwd zijn, dat ruiming zou plaats vinden.
Een voorstel om in de politie-verordening op te nemen de
verplichting om de buren te waarschuwen is niet aangenomen.
d. Begraafplaatsen.
Hierover zijn geen opmerkingen.
HOOFDSTUK IV.
Volkshuisvesting.
Met een woningonderzoek heeft de Commissie zich niet
bezig gehouden.
Daar ingevolge de woningwet, eene plaatselijke woning-
verordening den i Augustus 1904 in werking moet treden,
zal alsdan de tijd aangebroken zijn, dat dit onderwerp
door de Commissie ernstig worde ter hand genomen.
HOOFDSTUK V.
Openbare en andere gebouwen en getimmertenniet val
lende onder de woningwet.
Voer-, vaartuigen enz.
Geen opmerkingen.
HOOFDSTUK VI.
Scholen, fabrieken en werkplaatsen.
Niet bezocht.
Bijlage L.
9
HOOFDSTUK VII.
Ziekten.
Bij de Gezondheids-commissie zijn aangegeven, gevallen van
1. Aziatische cholera geen.
2. Typhus exanthematicus geen.
3. Febris typhoïdea drie.
4. Pokken geen.
5. Roodvonk negen.
6. Diphterie elf.
7. Dysenterie geen.
S. Pest geen.
9. Gele koorts geen.
Deze opgaven loopen van 1 Juli 1903; bij het gemeente
bestuur zijn van 1 Januari tot 31 December 1903 aange
geven 3 gevallen van febris typhoïdea, 15 van roodvonk
en 23 van diphterie. Het aantal geboorten bedroeg 457,
levenloos geborenen 26 en 341 sterfgevallen.
De aangegeven gevallen hebben geen aanleiding gegeven
om aan te dringen op bijzondere maatregelen.
Wel heeft de Commissie zich bezig gehouden met de ont
smetting, en bij het Gemeentebestuur aangedrongen op het
aanstellen van iemand, die geschikt en bekwaam is om als
ontsmetter ook ten dienste van particulieren op te treden.
Nog altijd heeft het vervoer van besmettelijke zieken
plaats in rijtuigen van stalhouders en niet zooals het behoort
in écn rijtuig, speciaal door het Gemeentebestuur daarvoor
beschikbaar gesteld.
HOOFDSTUK VIII.
Geneeskundige armverzorging.
