30 Met de verbetering van weilanden, vooral wat betreft de afwatering van lage grondenwordt geregeld voort gegaan door het opgraven van bestaande slootenen voor zooverre het noodig blijkt, het graven van nieuwe. In de Kijfsdijkenen wel in het Boerenland en de Kalverweide of Mosterdpot werden ruim 1000 meters hoofdafwateringsslooten opgegraven en uitgediept. Onge- veei'900 M. tochtsloot, benevens nog ruim 200 nieter nieuwe sloot door het rietland gegraven, waardoor de afwatering voor die weiden veel is verbeterdalleen moeten nog enkele nieuwe duikers worden gelegd en oude, die of vergaan zijn of te klein bleken, door wijdere worden vervangen. De verkregen grond werd over de weide verdeeld en uitgestrooid. Het opgraven van de dicht gegroeide afwateringssloot langs blok No. 23 en 24 van de Marschweide, kwam geheel gereed, evenals opschie ten van de scheidingssloot langs de particuliere gronden en de weide de Groote koppelen, achter de huizen aan de Kastanjelaanwelke sloot ook het vuile water van genoemde woningen afvoert naar de laak bij de Oost- veenscliebrug. Nog werd opgegraven en uitgediept de sloot door de Tigchelkuilen, welke sloot het vuile water afvoert uit het riool aan de Kruis- en Baankstraat in de Hoven. Daar er echter weinig afschot is naar de spoorgrachtlaat de afvoer van het water nog wel iets te vvcnschen over. Op verschillende plaatsenzooals langs den Marsch- weg en in de Marschweidelangs den weg over het Helbergenlangs de Lage en Hooge Waard op den Overmarsch en langs den Warnsveldschen weg, werden 37 de doornenhagen uitgehakt en ingebondenen voor zooveel noodig ingeplant; de afkomende doorns werden publiek verkocht. In het Ruiterland en den Hoogen en Lagen Waard werden ongeveer 100 jonge peppels geplant. Dit jaar werden ruim 4 H.A. hooiland bemest met chilisalpeter, superphosphaat en chloorkali; de uitkom sten kunnen als voldoende beschouwd worden. De grenssteenen en palen in de hooiweiden en de perceel- palen langs de bouwlanden werden allen nagezien en zoo noodig vernieuwdde te laag in den grond staan- den liooger gesteld en de van de plaats geraakten op nieuw in de richting gezet. De werkzaamheden op de landerijen waren wegens het koude voorjaarsweder en den hoogen waterstand over het algemeen laat. Toch was het jaar 1902, dat zich dus zoo ongunstig liet aanzienten slotte niet ongunstig voor den landbouwer; de weilanden hadden niet van de droogte te lijden en leverden voldoende gras voor het veeen ook het planten en be/a lien van de bouwlanden kon geregeld geschieden en onder vond geen belemmering wegens droogte; de opbrengst van land- en tuinbouwgewassen kan dan ook over het algemeen goed genoemd wordenofschoon de streng invallende vorst in de maand November nog al eenige schade aan de najaarsvruchten heeft berokkend. Verpachtingen van weilanden hadden dit jaar niet plaats; enkele perceelen bouwland, welke opgezegd werden, of waarvan de betaling niet was geschied werden op nieuw verpacht.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1902 | | pagina 20