34 openbare inschrijving verkocht aan de fa Garvelink voor 2177,77. De verkoop geschiedde onder voorwaardedat een gedeelte der hoofdgracht gedempt en met het open terrein, gemeente-eigendom blijvende moest worden opgehoogd door den kooper. De toestand der landerijen in 1902 kan over het algemeen gunstig genoemd wordenhoewel in de maand Mei de hooi- en weilanden en ook de lage bouwlanden veel te lijden hadden van hoog water zoodat de Uiterwaarden en andere lage gronden voor een groot deel overstroomd werden. Aangezien echter het voorjaar koud en het gras nog niet lang was, is de schadedoor het hooge water geledenniet zoo groot geweest als het zich liet aanziende op brengsten aan hooigras waren maar weinig minder dan het vorige jaar. De pachters van lage weilanden leden echter nog al aanmerkelijk schade, daar zij in de weiden reeds vee hadden dat zij er uit moesten halen, daar de weiden onderliepen. Tot keering van het water werden langs het lijnpad aan den IJssel tijdelijke dammen ge legd, welke gedurende het hooge water dag en nacht bewaking vorderden; aangezien genoemde dammen echter niet mogen blijven liggen maar op last van den Rijks waterstaat vóór den winter weder moeten zijn opgeruimd, veroorzaakte dit werk nog al aanmerkelijke kosten. De Uiterwaarden werden gedurende 28 dagen met de stoompomp zooveel mogelijk droog gehouden. Door gebrek aan medewerking van zijde van een eigenaar van gronden langs de rivier gelegenboven 35 de Gemeentegronden, kon niet verhoed wordendal de Uiterwaarden van de beekzijde werden overstroomd. Daar het water nog al spoedig wegliep was de schade niet zoo groot als eerst verwacht werd. De ophooging en verzwaring van den in het vorige verslag genoemden zomerdijk over de Marsch, langs de Elshorsten, werd in twee perceelen besteed en werd geheel afgewerkt en met graszoden belegd. Het eerste gedeelte van af den spoorweg tot aan de weide de Elshorsten, lang ongeveer 400 meter, werd aan genomen voor 160,en in het voorjaar afgewerkt. Het tweede gedeelte, lang ruim 800 meter, werd aan genomen voor 350,en werd in het najaar af gewerkt. De kade welke vóór de ophooging lag op ongeveer 7 M. N.A.P. ligt nu op 7.60 M. -+- N.A P. zoodat de Marscliweiden thans voor hoog zomerwater geheel gevrijwaard zijn. Een gedeelte van de vroegere uitwatcringssloot bij de bleekerij aan den Warnsveldscheti weg werd gedempt bemest en met graszaad bezaaid, en daarna bij de weide de „Ingeloste koppelen" aangetrokken. Nog werd een gedeelte van een zijtak der Oekenschebeek op de Waarden dichtgemaakt, het talud langs de beek met kribwerk versterkt en het omliggende terrein geëgali seerd In de weide op de Marsch werden oude kolken dichtgemaakt en laagten opgehoogd, om daardoor een geregelde afwatering naar de spoorgracht en de af- wateringsslooten te verkrijgen, hetgeen vóór de op hooging te wenschen overliet.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1902 | | pagina 19