Bijlage C.
4
Nog voor het uitbrengen van ons advies daarover bood
Dr. J. H. Verfhout, die door den in Zaid-Afrika uit
gebroken oorlog zijne bestemming naar Pretoria, alwaar
hij tot Leeraar was benoemd, niet kon volgen en in
afwachting daarvan tijdelijk disponibel was, zich bij ons
aan, om bij gebrek aan bevoegde sollicitanten bet on
derwijs in de Natuurlijke Historie voorloopig waar te
nemen.
Conform het daarop bij den Inspecteur ingewonnen
advies verzochten wij bij missive van 14 December aan
den Raad om, bij gebrek aan de wettelijke bevoegdheid
van den sollicitant, het onderwijs met ingang van 15
Januari 1900 tot aan bet einde van den loopenden cur
sus op te dragen aan Dr. Vernhout en zulks op het
daarvoor op de begrooting uitgetrokken salaris en met
dien verstande dat die tijdelijke opdracht wederzijds met
opzage 14 dagen te voren zoude vervalleu. Aan welk
verzoek in Uwe vergadering van 18 December werd
voldaan.
3. Leerlingen.
Blijkens ons voorgaand verslag werd bet Gymnasium
op 1 Januari 1899 bezocht door 44 leerlingen. Hiervan
vertrok vóór het einde van den loopenden cursus één
leerling uit de le klasse, zoodat die cursus sloot met
43 leerlingen.
Aan het op 22, 23 en 24 Juni, ten overstaan van
de Heeren Professoren Woltjer, Muller en Kaptein
als gecommitteerden, gehouden eindexamen, werd met
Bijlage C.
5
de 4 leerlingen der 6e klasse door twee extraneae deel
genomen.
Aan die beide dames en 3 leerlingen, aan een der
laatsten na verlengd examen in het Latijn, werd het
Diploma A, aan den 4en leerling de Diploma's A en
B uitgereikt.
Bij de op 13, 14 en 15 Juli gehouden overgangs
examens werden
van de le tot de 2e klasse bevorderd 5; niet bevorderd
1 en aan 3 herexamen opgelegd,
van de 2e tot de 3e klasse bevorderd 6.
van de 3e tot de 4e klasse bevorderd 4niet bevorderd
3 en aan 2 herexamen opgelegd,
van de 4e tot de 5e klasse bevorderd 5; niet bevorderd
0 en aan 3 herexamen opgelegd,
van de 5e tot de 6e klasse bevorderd 3niet bevorderd
0 en aan 1 herexamen opgelegd.
Van de 3 uit de 3e klasse niet tot de 4e klasse be
vorderden onderwierpen er twee zich niet aan het exa
men, terwijl de blijkens ons voorgaand verslag, om ge
zondheidsredenen zonder overgangsexamen in de 5e
klasse toegelaten leerling ook ditmaal niet in staat was
zich aan het examen te onderwerpen, doch op eenparig
advies van Rector en Leeraren thans ook tot 6e klasse
werd toegelaten, onder de uitdrukkelijke voorwaarde ech
ter, dat hij vóór het einde van het jaar zoude toonen
de lessen in die klasse met vrucht te kunnen volgen,
ten einde met gegronde kans van slagen aan het in
1900 te houden eind-examen te kunnen deelnemen; aan
welke voorwaarde thans is voldaan.