Zes brandkraan- of slangenwagensgeplaatst als volgt: no. i achter de Groote kerk. 2 aan den Graaf Otto Singel. 3 op den Paardenwal. 4 op de Nieuwstad bij de Kazerne. 5 op het Broederenkerkplein. 6 aan de Havenstraat bij de Broodfabriek. Twee brandkraanwagens ten dienste der politie: i aan het bureau aan het Wijnhuis. I in den politiepost aan den Coehoornsingel. Voorts 98 brandkranen op de Waterleiding binnen de bebouwde kom der gemeente en drie diepe pijpwel- len buiten de bebouwde kom, waarvan de plaatsing is aangeduid door esn merk in de dichtstbij geplaatste straatlantaarn. Verder 4 stel brandladders en brandhakenen een wagen met redmiddelen, met een reserve-gereedschapswa- gen, ten dienste van de 5 afdeelingen weermannen. De bestaande telephonische verbindingen tusschen Politiebureau, kantoor Waterleiding en het pompstation, werden vervangen door eene aansluiting aan het alge meen telephoonnet, zoodat thans mede ten dienste der brandweer aan dat net verbonden zijn de woning van den Generalen Brandmeester, het kantoor der Gasfabriek en van de Waterleiding, de woning van den administra teur der Waterleiding, het pompstation der Waterlei ding, het politiebureau aan het Wijnhuis en de politie wacht aan den Deventerweg, en (met een wekschel voornamelijk voor den nachtdienst) de woning van den gasvitter en de stokerij der gasfabriek. Daarenboven 3 bestaat er eene afzonderlijke telephoonverbinding tus schen de torenwacht en het bureau van politie. Herhaalde malen werd door spoedige telephonische melding van brand, deze door de onmiddellijke hulp der politie-slangenwagen, bij het begin gebluscht. Wegens de uitbreiding der gemeentelijke waterleiding werd een brandkraan geplaatst aan den Marschweg. In het aantal en den toestand der brandweermidde len kwam overigens geene verandering. De inspectie en beproevingen werden geregeld ge houden en de daarbij ontdekte gebreken onmiddellijk hersteld of in orde gebracht. Personeel. De navolgende wijzigingen hadden plaats in het per soneel der brandweer: De iste Adjunct Generale Brandmeester, H. D. MlS- PELBLOM Beijer werd op zijn verzoek eervol ontslagen en vervangen door den 2Aen Adjunct Generalen Brand meester, G. LljSEN. In diens plaats werd benoemd als 2de Adjunct Generale Brandmeester J. P. MuiJ- DERMAN, üpperbrandmeester bij de Vrijwillige Brand- brigade. De door het overlijden van den Opperbrandmeester NiEUWENHUIZEN ontstane vacature bij slangenwagen n° 2, werd vervuld door den brandmeester J. A. G.VRVELINK van spuit 1, terwijl de op verzoek eervol ontslagen brandmeester W. Schultz, werd vervangen door P. van Gulik, en bij spuit n°. 1 als brandmeester werd be noemd G. Uiterwijk A.Jzn,

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1895 | | pagina 93