n<5>
bespreking met de eigenaars heeft plaats gehad, waarbij-
dezen verklaarden wel te willen medewerken om de
onreine toestanden te verbeteren, doch dat zij daaraan
ig konden veranderen, als de bewoners niet zelf
medewerkten om de woningen in zindelijken staat te
houden.
Tengevolge van klachten over den slechten en
onvoldoenden toestand der woningen van Ph. J H
S teijsel gelegen aan den Emmerikschenweg naast
den Vredenberg, besloot de Commissie een uitvoerig
onderzoek omtrent den toestand dier woningen in te
stellen, waarmede de heeren Snijders en Uiterwijk
zich belastten. Dezelfde woningen, negen in aantal,
waren reeds vele jaren geleden, in 1876, door onze
Commissie onderzocht en reeds toen werd aan den
Gemeenteraad voorgesteld, ze onbewoonbaar te verkla
ren, doch zonder gevolg. Het onderzoek leverde ook
nu weder een zeer ongunstig resultaat op en van de
uitkomst werd U mededeeling gedaan bij missive van
9 October 1895, No. 132, terwijl wij U tevens drin
gend verzochten een voorstel tot onbewoonbaarverkla-
nng bij den Gemeenteraad in te dienen.
Mogen wij de berichten in de Zutphensche Courant
als juist beschouwen, dan is door U werkelijk een zoo
danig voorstel bij den Gemeenteraad ingediend en heeft
3
STEIJSEL, gebruik makende van zijn recht om tegen
dat voorstel bezwaren in te dienen, zijne verwondering
te kennen gegevendat de Gezondheidscommissie niet
reeds eerder bedoelde woningen afgekeurd heeft en
verder opgemerkt, dat de bewoners altijd eene goede
gezondheid hadden genoten. Wij zouden, indien ons
advies over dat schrijven door U ware ingewonnen,
U hebben gewezen op het, reeds boven vermelde on
derzoek van het jaar 1876 en, wat het tweede punt
betreft, dat o.a. in het jaar 1873 in die woningen eene
ernstige epidemie van dysenterie heeft geheerscht, die
zich over al de woningen heeft verspreid. En het is
juist bij het heerschen van epidemische ziektendat
zulke woningen gevaar voor verspreiding opleveren en
met het oog op die mogelijkheid hopen wij thans bin
nen een niet te lang tijdsverloop de beslissing van den
Gemeenteraad omtrent dit punt te vernemen.
Verscheidene malen heeft de Gezondheidscommissie
hare aandacht gewijd op onreine toestanden, mestver-
zamelingen enz. in deze Gemeente. Zoo werd hare
medewerking ingeroepen tot verwijdering van eene
gansche verzameling mest, met allerlei afval vermengd,
welke tegen de woning van den heer UITERWIJK
in de Halterstraat door diens buurman AalüERS
was opgestapeld en waarvan het aalt en vocht door de
2
