no 34 IV. RECHTSWEZEN. Ils e S6'8 geVGStL' 29'3 C" »-?Br. 35 Beulszwaard, het gevest met ijzerdraad omwonden en dra g nde aan weerszijden van het zwaard het jaartal 1333 benevens een geheimden manskop (merk van len smid?). den wapen- 20,5 C.L '°'8 g6V0St L' 23'5 Pareersta"g Br. 227. Alsvoren, het gevest met leer omwonden en dragende aan eene zijde van het zwaard de letters i t t en aan de andere de letters It j. Zwaard L. 96 c, gevest L. 33 c, pareerstang Br. Alsvoren, het gevest met leer omwonden en dragende aan eiszijcen van het zwaard den naam WILLEM MEÏGEN benevens nog een paar figuren. Zwaard L. 86,5 c, gevest L. 22,5 c, pareerstang Br. 'JaT -1892' blzw°«lt het vermoe den geurt, dat Willem Meigen de naam van een wa pensmid is. Daarvoor staat echter deze naam te groot en te rn het oog vallend op het zwaard. - «voren het gevest met leer omwonden; aan de eene j 6 7n ZWaard een cirkel' waarin een kruis aan e andere een cirkel, waarin eene S-vormige figuur.' 230. IJzeren dwangbuis. Middell. 33,6 c. 231. IJzeren halsboei, waaraan twee dito ketens. Middell. 14,8 c. 232-233 Twee ijzeren buikboeien, welke door middel van hare pinnen aan de galg bevestigd werden. Middell. 28,7—33,2 c. 2.34. IJzeren stok, waarin men de beenen der gevangenen vast- sloot. T-J. GO, 5 c. 23o. IJzeren vork met drie tanden en eene pin, waardoor ze aan de galg bevestigd werd. Met dit werktuig sloot men de beenen der veroordeelden vast. L. 61 c. Br. 28,9 c. 236—241. Zes brandmerken, waarvan er drie met houten hand vatsels. Op n" 236 het wapen van Zutphen, op n° 237 eene H-vormige figuur, op wier horizontale lijn een kruis staat; n" 238 mist een gedeelte van het handvat. L. 64,5 c. 35 c. 242—262. Een en twintig stuks ijzeren hand- en beenboeien, aan sommige zijn dito ketens bevestigd. Middell. 10,5 c. 5,7 c. 263. Bond stuk ijzer, waarop aan de eene zijde het wapen van Zutphen en aan de andere de woorden: TAIRE ET EAIRE (lees FAIBE?) Middell. 5,5 c. Dik 3,2 c. De nummers 226-263 zijn in bruikleen gegeven door de Arrondissements-Rechtbank te Zutphen. 264. Banderstaf met bandjes beslagen, aan het ondereinde drie van elkaar geplaatste ronde knoppen, aan het boveneinde een kubusvormige knop met de woorden SOLI DEO GLORIA/1502 en viermaal het wapen van Zutphen. De staf is van grenen hout, de bandjes en knoppen van zilver. L. 84,5 c. Invent., fol. 44 v": Een dito (n. 1. roede) eenigzints klemder onder den Pander berustende strekkende tot ophaling van Panden etc hebbende tot opschrivt Soli Deo Gloria 1502. 265. Eikenhouten bord, waarop in vergulde, Gotische letters het volgende opschrift geschilderd is:

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1894 | | pagina 117