8
De drie afgewezenen zijn allen in de V«
klasse der Hoogere Burgerschool teruggekeerd.
De twee vrouwelijke leerlingen der Ve klasse,
die vóór het eind-examen de school hebben
verlaten, hebben met goed gevolg het verge
lijkend examen voor klerk bij de Telegrafie
afgelegd. Aan hetzelfde examen heeft deel
genomen een leerling der IIP klasse, die
echter niet geslaagd is.
Drie der bij het eind-examen geslaagde
leerlingen hebben het admissie-exainen voor
de Veeartsenijschool afgelegd, en twee hunner
zijn tot die inrichting toegelaten.
Twee leerlingen der lie klasse hebben het
examen afgelegd, respectievelijk voor de Ma-
chinistenschool en de Kweekschool voor de
Zeevaart te Amsterdam en zijn beiden ge
slaagd.
De leerlingen hebben zich over het alge
meen goed gedragen. Eene ongunstige uit
zondering maakte echter een leerling der lie
klasse, wiens insubordinatie van dien aard
was, dat de Commissie van Toezicht zich
verplicht heeft gezien op hem de hoogste
straf, die ter harer beschikking staat, n.l. ver
wijdering van de school gedurende eene maand,
toe te passen.
Leermiddelen De leermiddelen zijn in het afgeloopen jaar,
OUW. waar dit noodig bleek, aangevuld, en dit wel
9
voornamelijk ten behoeve van het scheikundig
onderwijs en de praktische oefeningen in het
laboratorium.
Het gebouw is behoorlijk onderhouden, en
bevindt zich in goeden staat. Op verzoek van
den Directeur is de aansluiting aan de Water,
leiding tot stand gekomen, en daardoor in eene
sterk gevoelde behoefte voorzien.
II. Burger-Avondschool.
Onderwijzend Geen wijzigingen zijn in het personeel der
ersoneel. ieeraren voorgekomen dan de aftreding van
den Heer B. Peteri als leeraar in het Recht
lijnig en Bouwkundig teekenen (zie boven).
Gedurende de vacature, die nog voortduurt,
zijn de lessen in genoemde vakken gegeven
door den Hulpleeraar J. Uiterwijk, die zich
met de taak te eerder kon belastenomdat
het aantal leerlingen der IR, IHe en IVe
klasse, die alleen van dit onderwijs gebruik
maken, weder zeer gering was.
De tijdelijke Leeraren Bolderman, Surin-
gar, Goudsmit, van der Stempel en Kesler
Werden in de Raadsvergadering van 3 Juli
weder als zoodanig herbenoemd voor het tijd
vak van 1 September 1893 tot 1 September
1894, en wel op dezelfde voorwaarden als
vroeger.