daarvoor bestemde personeel beproefden waar ge breken bleken te zijn, werden deze ten spoedigste hersteld. Het aanbrengen en in dienst stellen van een telefoon leiding tusschen de torenwacht en het politiebureau voornamelijk dienende tot spoedige aanzegging van brand, werd reeds vermeld onder Hoofdstuk V. Thans zijn in de Gemeente aanwezig (uitgezonderd één brandspuit van het Garnizoentwee van de Zut- phensche Brand-Assurantie-Maatschappij en de vaste Aanjager aan den Reinmakershoek, die volgens contract aan het Garnizoen is overgegaan,) vier brandspuiten, drie vaste Aanjagers, waarvan twee in reserve, een losse Aanjager en zes slangenwagens met toebehooren. Voorts 97 brandkranen, 4 stel brandladders, 1 wagen met redmiddelen en 1 gereedschaps- of reservewagen. Het personeel der brandweer bestaat uit 11 Opper- brandmeesters25 Brandmeesters, 32 Pijpmeesters15 lantaarn- of fakkeldragers en circa 250 Manschappen, onder bevel van een Generalen Brandmeester en twee Adjunct-Generale Brandmeesters, behoudens het Opper bevel van den Burgemeester, overeenkomstig art. 189 der Gemeentewet. Van meldenswaardige branden of andere rampen bleef de Gemeente gelukkig verschoond. Persoonlijke diensten tot handhaving der openbare orde in het algemeen belang, werden van de inwoners niet gevorderd. 53 HOOFDSTUK VII. Nationale Militie en Schutterij. a. Nationale Militie. Aandeel der Gemeente in de lichting 36 Ingeschrevenen in de Gemeente, waarnaar het aandeel is berekend127 Ingelijfden bij de landmilitie35 Ingelijfden bij de zeemilitie1 b. Schutterij Werkelijke sterkte der schutterij in de Gemeente: Actief273 Reserve272 Te zamen 545 Actieve sterkte der schutterij bij de wet gevorderd: 273 Sterkte van den eersten ban der schutterij. Actief 208 Reserve253 Te zamen .461 In deze Gemeente zijn de volgende Scherpschutters vereenigingen gevestigd, die als zoodanig door den

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1890 | | pagina 28