98
Evenwel is op de begrooting voor het loopende jaar de
betrekkelijke post voor „Memorie" uitgetrokken, zoodat
bij veranderde omstandigheden de gelegenheid om subsidie
te verstrekken geopend blijft.
IV. Scholen volgens de wet tot regeling van het
middelbaar onderwijs.
a. Burger-Avondschool.
Het onderwijs aan deze school werd met voldoenden
uitslag gegevenzelfs waren de resultaten van het ge
houden eindexamen bijzonder bevredigend.
41 nieuwe adspiranten voor het bijwonen der lessen
meldden zich aan, waarvan 32 konden worden toegelaten;
dientengevolge ving de nieuwe cursus met 91 leerlingen
aan. De bezwaren ontstaande door het ontijdig verlaten
der school, ten einde de betaling van den tweeden ter
mijn van het schoolgeld te ontgaan, waarop door de
Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs in
haar als bijlage D hierachter gevoegd jaarverslag wordt
gewezen, hebben in onze vergaderingen een punt van
ernstige bespreking uitgemaakt. Het aantal gratis leer
lingen was 41.
b. Hoogere-Burgerschool (met vijfjarigen Cursus).
Ook aan deze school leverde het onderwijs voldoende
resultaten op; van de 70 leerlingen, die aan de over
gangsexamens deelnamen, konden 51 tot lioogere klassen
worden bevorderdterwijl van de 8 leerlingen, die aan
het eindexamen deelnamen7 het Getuigschrift verwier-
99
ven. 24 leerlingen, waaronder voor het eerst ééne vrou
welijke, werden tot den nieuwen cursus toegelaten. 4
leerlingen werden door ons van de betaling van school
geld vrijgesteld. De nieuwe Cursus begon met 90 leer
lingen.
Ook de opmerking nopens den duur der kleine vacan-
ties door de Commissie in haar verslag gemaakt werd
door ons overwogen.
Landbouwscholen, scholen voor de zeevaart of gestich
ten voor doofstommen en blinden zijn in deze Gemeente
niet aanwezig, evenmin als bijzondere inrichtingen voor
Middelbaar Onderwijs.
Aan subsidie van het Rijk werd voor de Hoogere
Burgerschool 7000,— ontvangen.
Zoowel de Hoogere-Burgerschool als de Burger-Avond
school zijn gevestigd in het gebouw in de Waterstraat.
Omtrent den toestand daarvan hebben wij de eer te
verwijzen naar het dienaangaande medegedeelde ondei
Hoofdstuk V hiervoor.
De Commissie van Toezicht betoogt in haar verslag
de wenschelijkheid der stichting van een afzonderlijk
verblijf voor den Amanuensis; voorloopig wenschen wij
deze zaak evenwel nog aan te houden.