8 taal zonder grove taalfouten te schrijven, worden de leerlingen te veel beziggehouden met ingewikkelde en lastige zinsontledingen. Het komt ons voor, dat eene dergelijke methode weinig vruchtdragend mag geacht wordenen dat dit onderwijs niet in overeenstemming is met den jeugdigen leeftijd der meeste leerlingen. Dat in de hoogere klassen van school A, waar het onderwijs uit den aard der zaak veel verder gaat dan op de overige openbare scholen, dergelijke punten behandeld worden, is goed te keuren, maar op de overige scholen behooren zij niet eene zoo ruime plaais in te nemen en kan een dei gelijk onderwijs veel schade en weinig nut opleveren. Het kan niet genoeg herhaald worden, dat het onderwijs in de ÏTederlandsche taal op de lagere school zoo elemen tair mogelijk moet zijn, en dat geene hoogere eischen aan de leerlingen mogen gesteld worden, dan dat zij het Nederlandsch zonder grove taalfouten schrijven, en dat woordafleidingen en ingewikkelde spelregels niet in het kader van het lager onderwijs passen. Dat de tegen woordig schier algemeen gevolgde methode te wenschen overlaat, blijkt onzes inziens uit het gebrekkige Neder- landsch van diegenendie de lagere school eerst onlangs verlaten hebben. Het valt niet te ontkennendat de tegenwoordige leerboeken der Nederlandsche grammatica het hierboven geschetste euvel zeer in de hand gewerkt hebben, te meer nog waar de leerlingen verward raken in de ver schillende benamingen, die in de verschillende spraak kunsten voor dezelfde begrippen gegeven worden, zooals b.v. blijkt uit de namen der tijden van de werkwoor den. Het ware te wenschen, dat er op het punt der benamingen althans volkomen overeenstemming bestond 9 tüsschen de hoofden der scholen A., B. en C. Waar o.a. op de eene school de dativus meer verwijderd voor werp, op de andere persoonlijk voorwerp genoemd wordt, zullen zeker de leerlingen de beteekenis dier benamingen niet altijd vatten, die voor volwassenen zelfs niet zoo volkomen duidelijk zijn. In de tweede plaats enz. Wij achten het wenschelijkdat de cursus op school B. met één jaar worde uitgebreidzonder dat eene uit breiding van leerstof daarmede gepaard ga. Zooals wij reeds in den loop van het jaar 1882 aan het Dagelijksch Bestuur der Gemeente te kennen gaven, komt het ons voor, dat de tijd van drie jaren niet voldoende is, om het geleerde op die school geregeld te verwerken en de leerlingen dier inrichting in staat te stellen, met vrucht de inrichtingen voor liooger- en middelbaar onderwijs te bezoeken. Zooals thans de toestand op school B. is, hebben de leerlingen gewoonlijk op den twaalfjarigen leeftijd den cursus op die school doorloopen, en moeten reeds dan de inrichtingen van hooger- en middelbaar on derwijs bezoeken, zullen zij niet nog een jaar tegelijk met leerlingen, die uit eene lagere klasse komen, en in ontwikkeling een geheel jaar bij hen te achter staan, in de hoogste klasse der lagere school blijven. Wij nemen de vrijheid, nog eens uwe aandacht op deze belangrijke zaak te vestigen. In de samenstelling der Commissie heeft in den loop van het vorige jaar de volgende wijziging plaatsgegrepen. Daar Mr. A. N. baron de Yos van Steenwijk met 1 September de gemeente met der woon verliet, heeft hij op zijn verzoek in de zitting van den Gemeenteraad van 2 October j.l. een eervol ontslag als lid der Com-

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1882 | | pagina 51