Als geschenken werden ontvangen
1. Van den heer W. F. R. Baron van Heeckeren van
Waliën,
Italiaansche lire van 1863.
2. Van den Archivaris,
Gulden van Koning Willem I, 1824.
Noodmunt van Antwerpen, 1814.
1/24 thaler van 1789. (Fred. rex).
3. Van ongenoemden
Geldersche stuiver 1640.
4. Van den Heer H. J. Bolderman,
Zilveren munt van Keizer Leopold I, 1658—1705.
Deventer schelling, A°. 16...
5. Van den Heer H. Evekink Jr.,
Een twintigtal oude koperen Nederlandsche munten
uit verschillende tijdperken.
6. Van den Heer N. S. Gombrecht,
Zilveren penning op den vrede van Rijswijk, 1697.
Eindelijk zijn bij de ontmanteling der vesting gevonden
a. 4 stuks Utrechtsche bisschoppelijke munten 1423-1524.
b. Koperen munt, XII Heller, van de rijksstad Aken, 1759.
c. 2 Geldersche duiten van 1758 en 1765.
d. Stuivertje van Groningen, 16...
e. Stuivertje van Overijssel, 1628.
Zilveren munt van de drie Keizerssteden Deventer,
Campen en Zwolle, 1609?
g. Friesche stuiver.
h. Een onherkenbare stuiver.
i. Twee-stuiverstuk van Campenzonder jaartal.
k. Koperen munt van Koning Philips II als Hertog van
Gelderland. (Fraai exemplaar).
I. Twee onherkenbare zilveren muntjes.
m. Twee Hollandsche duiten, 1720 en 1792.
n. Een Overijsselsche duit, 1766.
69
o. Een West-Friesche duit, 1723.
p. Een koperen zegelring, waarop een familiemerk.
q. Eenige steenen en ijzeren kanon- en geweerkogels,
en fragmentenvermoedelijk afkomstig van militaire
equipementstukken.
Het zou den Archivaris bijzonder aangenaam zijnindien
hier en daar berustende voorwerpen, op de geschiedenis
en oudheidkunde van Zutphen betrekking hebbende, aan
het Archief, was het dan ook maar in bruikleen, afge
staan werden. Geschiedt dit niet, dan is er zeer veel
kans op, dat bij sterfgevallen zij spoorloos verdwijnen,
zoo als er zeker reeds zeer veel verdwenen is.
De Archivaris eindigt met al wat op Archief, Bibliotheek
en Museum betrekking heeft, in de welwillendheid van
Heeren Burgemeester en Wethouders, Raadsleden en in
het algemeen van de ingezetenen dezer stad aan te hevelen.
Zutphen, 3 Februari 1881.
De Archivaris en Bibliothecaris
van Zutphen
L. A. F. H. van HEECKEREN.
68
