u 34 der zinkputten vond geregeld plaats. Op de verzamelingen van mest wordt steeds toezigt gehouden en de daarop bestaande verordening wordt met kracht gehandhaafd. Geregeld werd er mede voortgegaan de ingezetenen in de gelegenheid te stellen om zich kosteloos van de uit hunne woningen afkomende vuilnis en faecale stoffen te ontdoen, terwijl bovendien de in verschillende straten van gemeente wege geplaatste vuilnisbakken, op tijd werden geledigd. De spuijing der grachten had geregeld plaats. Wat de uitbreiding van het tonnenstelsel betreft en de veranderde inrigting van openbare gehouwen verwijzen wij naar het daaromtrent medegedeelde onder Hoofdstuk Y hiervoor. b. Heerschende ziekten. De mazelen, die bij schrijven van den Heer Adjunct- Inspecteur van het Geneeskundig Staatstoezigt vooi Gel derland en Utrecht, dd. 21 Dec. 1879, No. 320, als epidemisch heerschende werden verklaarden waarvan in het verslag over 1879 melding is gemaakthieven, hoewel van goedaardig karakter, in 1880 voortduren tot 24 April, toen de bovengenoemde verklaring door gezegden Ambtenaar, bij schrijven van 24 April 1880, Nos 173/48, te rekenen van 24 April, is opgeheven; van 1 Jan. tot 24 April zijn door mazelen aangetast 197 personen, van welke er 10 zijn overleden, waaronder één die, hoewel door die ziekte aangetast, daaraan niet is overleden; van 24 April tot uit. Dec. d. a. v. werden door mazelen aan getast 3 personen, zoodat in 1880 aangifte is gedaan van 200 gevallen van mazelen. Verder kwamen in 1880 voor 3 gevallen van roodvonk en één geval van febris typhoïdea. Tot voorkoming van verdere uitbreiding werden van gemeentewege alle mogelijke voorzorgsmaatregelen genomen en vooral in de geringe buurten in ruime mate de ont- 35 smettingsmiddelen toegepast en kosteloos de noodige hulp verleend. Voor verdere bijzonderheden verwijzen wij naar het Verslag der Plaatselijke Gezondheidscommissie, dat hier achter als Bijlage is gevoegd. c. Begraafplaatsen. Wijziging in de uitgebreidheid of inrigting der alge- meene begraafplaats dezer Gemeente, had niet plaats. Hetzelfde kan gezegd worden van de begraafplaats voor de Israëlieten. Zij voldeden aan de behoefte. In 1880 werd het volgend getal lijken ter aarde besteld: a. op de algemeene begraafplaats 384. b. bijzondere (Israël.) 5. 389. d. Gast- en Ziekenhuizen en Krankzinnigengestichten. In het Oude en Nieuwe Gasthuis alhier, waarin een Ziekenhuis en Krankzinnigengesticht onder één beheer, werden in 1880 verpleegd: Huizen en gestichten als hier bedoeld. Getal lijders op 1 In den loop des jaars zijn a 8, Benaming der 1 January 31 December. opge nomen. ont slagen. over leden. rs to CS O) 03 Q) gesti enten. M. V. M. V. M. V. M. M. V. S3 Zieken huis 7 6 6 5 80 49 69 41 12 9 5673 Oude en Nieuwe Krank zinnigen- Gasthuis. Gesticht. 228 208 239 217 62 39 25 18 26 12 163895 Totaal 235 214 245 222 142 88 94 59 38 21 169568

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1880 | | pagina 19