47
Instellingen ter voorkoming van armoede.
olgens de tabellen over 1879 bedroeg de rekening van
de Spaarbank (met 1917 deelnemers,)
in Ontvangst150170,855
Uitgaaf154872,89
de Spaarkas (met 103 deelnemers,)
in Ontvangst3934,40
Uitgaaf3191,10s
de Hulpbank (met 39 deelnemers,)
in Ontvangst3544,66
Uitgaaf3520,35
Al deze instellingen genieten, uitgezonderd de Spaar
bank, die een eigen lokaal voor hare zittingen heeft,
van wege de gemeente vrije lokalen, vuur en licht ten
behoeve harer zittingen,
de Hulpbank voor minvermogende Israëlieten (die aan
12 personen 21 voorschotten verleende,)
in Ontvangst1337,69
Uitgaaf1290,29s
de Zieken- en Begrafenisbus (die 460 deelnemers telde,
en eene jaarlijksche bijdrage van 100, van de gemeente
ontvangt,)
in Ontvangst2812,725
Uitgaaf2154,41*
Verder telde de zoogenaamde Stedelijke Zieken- en
Begrafenisbus 242 deelnemers, en sloot hare rekening met
een tekort van 678,56, dat door de Gemeente geregeld
wordt aangezuiverd. Dit 'tekort werd veroorzaakt door
aangewende kosten voor geneeskundige hulp en medicijnen.
Eindelijk werd aan de Naai- en Breischool (die vrije
lokalenvoor het onderwijs geniet) onderricht gegeven
aan 145 leerlingen: hare rekening bedroe»
m Ontvangst1440,68s
Uitgaaf1492,98
48
HOOFDSTUK XL
Landbouir en Veeteelt-
Algemeene toestand.
"V ooi zoover de landbouw in deze gemeente wordt uit
geoefend geschiedt dit grootendeels door pachters van
kleine perceelen land.
\ergeleken bij vroegere jaren is de landbouw in de laatste
twee jaren niet vooruitgegaan, hetwelk voor't meeraudeel
is toe te schrijven aan het mislukkeu van den aardappelen
oogst en de hooge waterstanden.
Hoofdzakelijk worden aardappelen geteeldvoorts kool
uijen, wortelen, mangelwortelenkoolrapen, rogge, tarwe,
haver en garstzoodat de welvaart van den landman
alhier voornamelijk van den aardappelen-, kool- en uijen-
oogst afhangt.
Het winterkorentarwe en roggezoomede de zomer
vruchten haver, gerst en groenten hebben een redelijk
gewas opgeleverd.
De hooggelegen weide- en hooilanden hebben overvloed
van gras opgeleverd, terwijl de laaggelegen landen het
grootst gedeelte van den zomer geïnundeerd waren.
Voor de vetweiders was dit jaar ongunstig, door de
hooge waterstandenden duren inkoop van het mager vee
en den achteruitgang van het vettezoodat enkele vet
weiders niet meer dan ruim hunne inkoopsprijzen bedingen
konden.
Koop- en huurwaarde der landerijen.
De koopwaarde van kleigrond bedroeg in deze gemeente
f 3000 a 4000, en van zandgrond 2000 a 3000
per hectare.
O