14
Geheel bedrag der geraamde ontvangsten en uitgaven
naar de door Gedeputeerde Staten goedgekeurde begrootmg
voor het jaar 1878.
Bij de begrooting over 1878 zijn
de ontvangsten geraamd op J7B7W
en de uitgaven op^78762^
Zoodat die begrooting geen voor- of nadeelig slot aan
geeft.
HOOFDSTUK V.
Gemeente-eigendommen, werken en inrigtingen.
A. Eigendommen niet bestemd voor de publieke dienst.
De verschillende gebouwen tot deze rubriek beboerende
werden in goeden staat onderhouden.
De woning naast de le openbare school werd na de
afscheiding van die school geverwd en behangen en is
daarna verhuurd.
De badhuizen op den IJssel ondergingen eene be an -
rijke herstelling en werden voor het grootste gedeelte
binnen en buiten geverwd.
Het huis op den hoek van het Rijkenhagen werd afge
broken. Een gedeelte van den ondergrond werd bij den
openbaren weg gevoegd tot verbreeding der straat
Yan de woning bij de Vischpoort werden het dak
de goten hersteld.
Aan de Watermolens werd niet meer dan het hoog
noodige hersteld. Het is te voorzien dat door de op-
rigting van stoommolensdoor particulieren e noo za e
lijkheid tot instandhouding der molens vervalt, terwij
15
de pachtwaarde aanzienlijk vermindert, en het dus niet
geraden is, aanzienlijke uitgaven daarvoor te doen.
De werken werden in eigen beheer door werklieden in
dienst der Gemeente verrigt. De gezamenlijke kosten
hebben bedragen 1159,275
Gemeentegronden.
De gemeentegronden, als: losse landerijen, weilanden,
tuinen en bleekerijen bragten in 1878 aan pacht op
73631,34.
Door den langdurigen hoogen waterstand was de op
brengst belangrijk minder dan in vorige jaren. De in het
vorige jaar aanbesteede overdekte mestplaats met schuur
op het erve den Brink werd op den bepaalden tijd
opgeleverd. De grond van de vroegere mestplaats werd
geëgaliseerdde oprid bestraat en een riool met verval-
putten op het terrein gemaakt tot betere afwatering.
De doornenheg tusschen de Drietelwaard en de Cen-
tauria is gerooidterwijl het egaliseren daarvan verhinderd
werd door de ingevallen vorst.
De verhooging van het lijnpad over de waarden boven
de brug werd aanbesteed, doch door den hoogen water
stand werd de uitvoering belet.
Overnamo en slechting der vestinggronden.
Bij acte d. d. 8 Januarij 1878, geregistreerd den 15n
daaraanvolgende, kwam de Gemeente in het bezit van de
voormalige vestinggronden. Hiervan zijn uitgezonderd
het Hoornwerk, het Prinsenbolwerk en een gedeelte van
de linie van Hooff, tusschen de Berkel en den straatweg
naar Warnsveld.
Bij de overname kwam het terrein bij het Station in
vrijen eigendom aan de Gemeente.
Na de vaststelling van een plan van bebouwing en de