46 De leeftijd der verpleegden is als volgt: Van 50 tot 60 jaren5 personen. 61 70 47 71 80 55 81 90 19 Hun staat is als volgt: Gehuwden, 58 personen. Weduwnaars, 20 Weduwen36 Ongehuwdcn, 12 Hun gedrag was doorgaans goed, en de gezondheids toestand voldoende. In de behoefte is voorzien door de gewone ont vangsten, ten bedrage van 27061.91 en de buiten gewone ontvangsten van 4183.283; de uitgaven zijn geraamd .op de som van 25289.- als gewone en de som van 5956.195 als buitengewone. De Gebouwen zijn in vrij goeden staat. Door het afbreken van een oud gebouw, zijn de proveniers wo ningen weder met een zestal vernieuwden vermeerderd. De landerijen zijn mede in vrij goeden staat, evenwel is daaraan onder Steenderen bij den hoogen vloed, door afslag, nog al schade veroorzaakt, in de herstelling waarvan wordt voorzien. In het laatst van het voorgaande jaar, is het Twee Honderd Vijftig Jarig bestaan der tegenwoordige inrig- ting van het huis plegtig herdacht en feestelijk gevierd. In het Oude en Nieuwe Gasthuis te dezer stede, hetwelk stellig onder de belangrijkste gestichten van Nederland vermag geteld te worden, werden in 1861, zoo als vroeger, in de voor deze bestemde vertrekken gehuisvest en verzorgd een lötal kostkoopers, 6 man nen 9 vrouwenwaaronder zich nog bevinden de drie wegens ouderdom buiten dienst gestelde zieken-oppas- 47 sers. Eeno vrouw van deze overleed in het vorig jaar. In het huis werd in het gezegd jaar verpleging ver strekt aan 112 personen, lijdende aan verschillende ziekten, waarvan in het Ziekenhuis 103, in .het Laza- reth 9. Van deze genoten 52 lijders verpleging om niet, terwijl voor de overige 60, die of voor rekening van particulieren en Diaconie-besturen werden opgeno men, of elders domicilie van onderstand hadden, be taling is gedeclareerd. Van gezegde lijders verlieten het Gasthuis als her steld 89 personen, en overleden er 16, waarna met uit0. December het getal der nog in behandeling ge- blevenen bedroeg 7, zijnde 3 mannen en 4 vrouwen. Een getal van 411, zijnde 208 mannelijke en 203 vrouwelijke krankzinnigen ontving in het Geneeskundig gesticht, mede in het Gasthuis gevestigd, verpleging; onder deze treft men aan 9 mannen en 15 vrouwen, te zamen 24 lijders, uit de Stad Zutpken, welke de ver pleging gratis genoten. Van bovengemeld getal wer den in 1861 uit het gesticht ontslagen 63 en overleden daarin 35 lijders. Weshalve op 31 December 1861 de sterkte der krankzinnigen bestond uit 313 of 163 mannen en 150 vrouwen. Voor de oppassing der ziekenverpleegd in het Zie kenhuis en Lazarcth, was als het jaar te voren, het zelfde personeel werkzaam, bestaande uit 1 ziekenvader, 1 ziekenmoeder, 2 mannelijke en 2 vrouwelijke zieken oppassers. In dat voor de oeconomie van het huis heeft weder geen verandering plaats gevondenen bestond uit 2 keukenmeiden2 werkmeiden1 melkmeid en 1 linnen meid, 1 kok, 1 bakker, 1 stalknecht, 1 tuinman, 1 huismeester en 1 portier. Ten gevolge van het vertrek naar Scherpenzcel in de

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1861 | | pagina 25