40 De door de afdeeling vrouwen verlaten vertrekken, zijn ingerigt tot Kerk en economie-vertrekkenkost- koopers-eetzaalzeven kostkoopers-woningentwee slaap- en eene woonkamer voor halve kostkoopers, voorts tot ziekenhuis. Verder is een gedeelte der opene ruimte bij deze vertrekken benuttigd tot tuin voor de kostkoopers en tot loopplaats voor de zieken, beide in behoorlijk verband met gezegde vertrekken. In de algemeene bebouwing en verschikking wa ren ook begrepen de stallingen. De daarvoor tot stand gebragte vertimmeringen zijn mede voltooid, en bestaan de stallingen nu in een algemeenen invaart naar de stallingen, zoo van de straat als van den binnenkant, voorts eene ruime koe- en paardenstal, wagenhuis, en over het geheel eene zoldering voor hooi en stroo. De ruimte ach ter de stallingen is mede vergroot, doch tot nog toe niet geregeld en zal als bergplaats van mest, land- bouw-gereedschappenalsmede als bergplaats van brandstoffen, enz., worden gebezigd. De boeren-erven van het huis worden over het algemeen door de pachters bij voortduring verbeterd. Onderscheidene getroosten zich tot dat einde aan merkelijke kosten, zoowel door het gaande weg in cultuur brengen van woeste gronden, alsook door het verbeteren der weiden. Voor het onderhoud der ge bouwen is, voor zooveel noodig, gezorgd. Van het erve Lentink, in Almen, vereischte het achterhuis geheel e vernieuwing. De inkomsten van de akkermaals-bosschen waren in het afgeloopen jaar veel gunstiger, toe te schrijven aan de groote verbeteringendaarin bewerkstelligd. Men is voortgegaan met al hetgeen te doen dat 41 daarvoor dienstig wordt gerekend. Zoo zijn in het jaar 1858 gepoot p. m. 6300 eiken stekken. Nog zijn geplant 480 eiken heesters, 250 beuken hees ters, 50 populieren en 9300 elzen. Men is voortgegaan om op onderscheidene plaat sen, de heide-grondenzoo mogelijk, in cultuur te brengenzoo door het bezaaijen met eikelsals het bepoten met kreeften; langs enkele stukken zijn sin gels aangelegd en deze met p. m. 24000 dennen bepoot. Op andere plaatsen zijn de heide-gronden nog met andere daarvoor geschikte houtgewassen bepoot. De Stads-bewaarschool voor minvermogenden, als mede de Naai- en Breischool, blijven een heilzamen invloed uitoefenen en werden wel bezocht. Sedert een paar jaar is men opgehouden met het verschaffen van spinwerk aan behoeftigenhetwelk geen bezwaar oplevert, maar men tracht het ver schaffen van breiwerk alsnog te bevorderenwaarvoor f 75.00 wordt uitgegeven. De Bank van Leening is weder voor één jaar aan den vroegeren pachter, op den bestaanden voet ver pacht. Hare werking is geregeld en geeft tot geene klagten aanleiding. Het Zieken- en Begrafenis-fonds is vooruit gegaan de Spaarbank is eenigzins verminderd. Het getal inleggers in de Spaarkas was iets meer dan in 1857 en bedroeg 108, door wie gezamenlijk werd ingelegd 1070.93, dus minder dan in vroegere jaren, zooals het schijnt, toe te schrijven aan de wei nige opgewektheid van de handwerkslieden, en in het bijzonder hieraandat niet allendie invloed kun nen uitoefenen op den geringeren stand, de leden van dien stand krachtig nopenom te zijner tijd de over winst in de Spaarkas te brengen.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Jaarverslagen gemeente Zutphen (1851-1945) | 1858 | | pagina 22