24
Zwarte-zee-eend of Wigstaart (A nus Nigra)de Kuifeend (Anas
Filigula)de Groote Zaagbek (Mergus Mergander), en het
Nonnetje (Mergus Albellas.)
De visscherij levert al zeer weinig op. In enkele jaren
plagt in de maanden Maart en April bij deze gemeente in
den IJssel veel spierling gevangen en van hier verzonden te
worden. Dit is echter in de laatste jaren veel vermin
derd, zoo men wil ten gevolge van de vaart der Stoomboo-
ten op den IJssel, waardoor de oevers veel lijden en de kuit
wordt verstoord. Ook om andere redenen zou het te wen-
schen zijndat op den IJssel geene andere dan schroefstoom-
booten voeren. Niet veel gegoede ingezetenen maken
werk van de Visscherij en voor slechts weinige Stadgenooten
levert dezelve een karig bestaan op.
Het toezigt op de jagt en visscherij is voldoende.
Schadelijk gedierte wordt weinig aangetroffen; zeven bun-
sings zijn vertoond en aan premiën is uitbetaald f 2,10.
HOOFDSTUK XIV.
Het fabriek-wezen heeft alhier geen' grooten omvang, be
staande er binnen deze gemeente dan ook geene stoomma
chines. Nogtans kan bij deten vorigen jaremeer omstan
dig opgegeven fabrieken en tafrieken worden gevoegd, eene
nieuw opgerigte steenfabriek, op gronden van het huis de
Marsch, thans eigendom van den Heer J. P. Hasselo.
In het vorig jaar zijn op die fabriek gebakken ruim één
en een half millioen goede steenen.
Ten einde aan de ontvangene uitnoodiging te kunnen vol
doen, om in dit verslag op te nemen de soort van Fabrie
ken, met de opgaaf van het getal arbeiders, zoo mogelijk
van elk geslacht en van de volwassenen en kinderen, daarin
werkzaam afzonderlijkals ook van de nieuw ingevoerde werk-
25
tuigen en de verbeteringen, gepaard met eene korte opgaaf
van den toestand van elke soort van Fabrieken; alsmede van
het minimum en maximum der loonen, hebben wij de fa
briekanten hier ter stede verzocht, ons dienaangaande in
lichtingen te verstrekkenwaaraan niet allen hebben voldaan.
Noch uit die ingekomen antwoorden, noch van elders is
ons gebleken, dat door hen nieuw uitgevondene werktuigen
of verbeteringen zijn ingevoerd. Over debiet wordt niet
geklaagd en wij rekenen daarom, dat de fabrieken mogen
geacht worden, aan de eischen van den tijd te voldoen.
De ontvangene opgaven komen op het volgende neer: Op
de steenfabriek van den Heer Coenen zijn werkzaam 28
werklieden, als:
8 volwassene mannen gedurende het geheele jaar, per
week gemiddeld verdienende van f 3,50 tot f 6,
8 volwassene mannendie slechts vijf zomermaanden wer
ken en gemiddeld verdienen van f 4,tot f 7,per week.
4 vrouwenwerkende slechts gedurende de 5 zomermaan
den, verdienen gemiddeld f 2,70 per week.
6 jongens, werkende de 5 zomermaanden, verdienende
gemiddeld per week f 2,40 tot f 3,00.
2 kinderen, werkende de 5 zomermaanden, verdienende
gemiddeld per week f 1,20.
Op de steenfabriek van den Heer Hasselo, waren werk
zaam 26 mannelijke en 5 vrouwelijke arbeiders, waaronder:
a. Een mannelijke en eene vrouwelijke beneden de 10
jaren, waarvan ieder gedurende den werktijd verdiende ge
middeld f 1,20 per week.
b. 6 Mannelijke van 10 tot 15 jaar, welke wekelijks per
hoofd ontvangen. f 2,40.
c. 2 Mannelijke van 15 tot 20 jaar, per hoofd ontvan
gen hebbende f 3.per week.
d. 4 Vrouwelijke boven de 20 jarenwekelijks ieder ont
vangen hebbende. f 2,70.
Ambacht- en KabrieK-Aijverlieitl.