4
schiktheid en den noodigen dienstijver hebben aan den
dag gelegd.
Plaatselijke verordening-en.
In 1851 zijn vastgesteld de volgende verordeningen.
Eene wijziging der alteratie van 5 April 1841 van
het plaatselijk reglement en verordeningen op het ge
bruik der stads kaaijen.
Eene verordening op het reinhouden der straten
van de Stad Zutphen.
Eene verordening van politie op het gebruik van
bruggenstraten en wegen in de gemeente Zutphen.
Eene verordening op het toezigt over vreemdelin
gen en andere doorreizende personen.
Eene verordening op het afkondigen der plaatselijke
verordeningen in de gemeente Zutphen.
Eene verordening tot verdeeling van de gemeente
naar aanleiding van Art. 6 der gemeente wet.
Eene verordening op het aftreden der Leden van
de gemeente raad te Zutphen.
HOOFDSTUK III.
Verschillende onderwerpen betrekkelijk liet
bekeer der gemeente.
Gemeente archief. In 1841 zijn de Heeren L. A. J. W.
Baron Sloet en R. W. Tadama verzocht en gecom
mitteerd om het Stedelijk archief te rangschikken
en te beschrijven. Die Heeren en speciaal laatstge
noemde na het vertrek van den Heer Sloet hebben
met veel kennis en na ongeloofelijk veel moeite die
taak volbragt.
Een algemeene Inventaris en een tijdrekenkundig
register der oorkonden is opgemaaktzoodat het ar
chief thans uitnemend goed is gerangschikt en ge
voegelijk kan worden geraadpleegd.
De Heer Tadama is als stads bibliothecaris en ar
chivist belast met het toezigt en de bewaring van
hetzelve.
De begraafplaatsen in deze gemeente zoo mede het
daarvoor gearresteerde reglement laten niets te wen-
schen overig.
HOOFDSTUK IV.
Geldmiddelen.
a. Van af de opening van het dienstjaar 1851 tot
en met de maand Maart 1.1. is voor die dienst ont
vangen.
5
Wegens buitengewone ontsvangsten met in begrip
van het batig slot van het dienstjaar 1850 eene
som vanf 17994.71s.
en wegens gewone ontvangsten f'79129.19.
f 97123.905.
De alsnog voor die dienst te doene
ontvangsten kunnen nagenoeg be
dragen 1200.
Totaal f 98325.905
(Volgens de begrooting, dienst 1851 zijn de ge
wone en buitengewone ontvangsten voor die dienst
geraamd opf 88580.51).
Directe belastingen.
b. Voor de additionele cents op de grondlasten
dienst 1851 is bereids ontvangen f 965.92.
en voor die op de belasting op het
personeel de som van2212.o9.
Totaal f 3178.51.
Onder de opcenten op het personeel is begrepen
hetgeen bereids is ontvangen wegens het gedeelte
voor de dienst van 1852 hetwelk bij de opmaking
der gemeente-rekening over 1851 op 1852 word
overgebragt. Overigens zal de opbrengst dezer op
centen nagenoeg met de begrooting dienst 1851 over
eenkomen.
c. Belastingen op voorwerpen van verbruik waar
op 's Rijks belasting geheven wordt.
Opcenten op de Rijks accijnsen.
De ontvangsten voor opcenten op de sterke dran
ken ingevorderd gelijktijdig met de Rijks belasting
hebben bedragenf 10681.04
die der opcenten ingevorderd nadat
daarvan elders de Rijks belasting was
geheven.615.4
Totaal f 11294.535.
Dezelve waren begroot op f 10746.90.
Dus een voordeelige uitkomst van f 547.65J.
d. Heffngen of retributien voor het gebruik of ge
not van openbare gemeente werken bezittingen of m-