bij elkaar te roken en te kaarten in één van de kuilen bij zo'n geschut. Bij het andere geschut konden we zo bij. Toen bedachten we een geintje. De grote band met granaten voor het geschut hebben we onklaar gemaakt door de granaten er om en om in te leggen. We hoefden niet lang te wachten voor het resultaat. Engelse vliegtuigen waren verschenen. We moesten maken dat we weg kwamen en zochten een veilige plek onder de kanaalbrug. De Duitsers konden maar één geschut gebruiken, de andere konden ze wel afschrijven. De heleboel zal wel vastgelopen zijn. Voor thuis moest ik voor melk en soms een beetje rogge de boer op. Dat deed ik meestal op een fiets zonder banden. Bij de Exelse Tol bij boer Vrielink kwam ik soms een paar keer in de week. Zo'n fiets was wel link, want je ging gauw onderuit. Dat gebeurde ook een keer en toen kwam ik zonder melk thuis. Met rolschaatsen ging het beter en veiliger. Bij de boer was het best gezellig. Na het slachten mocht ik mee helpen met worst draaien en ook probeerde ik rogge te maaien, wat natuurlijk niet lukte met zo'n grote zeis. Op een dag was er een Duits vliegtuig, een Mes- serschmitt, neergeschoten. De brokstukken lagen ach ter de trambaan, vlakbij de boer. Nieuwsgierig ging ik kijken, wat gemakkelijk ging omdat de trambaan daar hoger lag. Er liep een schildwacht bij het wrak. De vol gende dag ben ik er weer heen gegaan, nu met een tang en een schroevendraaier, want ik wilde een stuk meenemen als herinnering. Het lukte achter de motor te kruipen uit het zicht van de wachter. Een groot stuk van de motor wist ik er af te halen. In een gonjezak achter op de fiets geknoopt ging het huiswaarts. Dat ging ook maar net goed, want op de Exelse Brug was er controle door de Duitsers. Ik maakte ze wijs dat ik een roggebrood bij me had. Ze geloofden me en ik kon doorfietsen. Het motoronder deel is begraven ergens in een tuin achter voormalig Hotel Stad Lochem. Het is er nooit meer van gekomen om het op te graven. Een enkele keer ging ik met vriend Wim mee naar een boer in Groot-Dochteren om er melk te halen. Bij de Exelse Tol links af richting 't Ross, maar dan grotendeels verder langs de spoorbaan. We waren vlak in de buurt van het station Laren-Almen toen er Engelse vliegtuigen aan kwamen. Er stond bij het station een trein en waarschijnlijk was deze het doel van de vliegers. We lieten ons in het zand vallen van de spoordijk. Net op tijd, want ze lieten hun bommen vallen, maar de trein werd niet geraakt. We hebben erg veel geluk gehad, want één van de scherven sloeg vlak voor ons in de grond. We zaten onder het zand. De scherf was nog flink warm, maar ik heb hem toch meegenomen en hij heeft nog jaren gediend als presse-papier. Over vliegtuigen gesproken, bij alle toestellen die naar beneden kwamen gingen we kijken. In de hele omtrek kon je ze vinden. Een ervan zal ik nooit verge ten. Dat was in Zwiep, in de buurt van De Cloese. We konden de plek alleen bereiken via de Berkel op een vlot. Er was niet veel meer van het vliegtuig over. Het toestel, een Amerikaanse Thunderjet, was helemaal uitgebrand. Toen het neerkwam leefde de piloot nog. Een boer die vlakbij woonde was er met zijn zoon naar toe gegaan, maar ze konden niets beginnen. De munitie vloog hun van alle kanten om de oren. De piloot kon de cockpit niet open krijgen. De man is levend verbrand. Wat ik later nog wel vond was een ketting met een naamplaatje er aan. Die naam vergeet ik nooit meer: Harold E. Spicker van het USA Een Fokker Gla, een jachtkruiser, waar de Nederlanders hoge verwachtingen van hadden. De Fokker maakt deel uit van de luchtverdediging tijdens de meidagen van 1940. Door Bertus of zijn vader Cornelis, die prachtig kon tekenen, rond 1940 vastgelegd in een schetsboek. Hij gebruikte daarvoor een vooroorlogse foto, want op de vleugels zijn nog "roundels" te zien. Die werden later overgeschilderd in oranje driehoeken3. Tekening van gevechtshandelingen uit het schetsboek van Bertus. Een tweedekker, mogelijk een Gloster Gladiator, vliegt boven een tank. Rechts een Duits vliegtuig, herkenbaar aan het hakenkruis op de romp, waarschijnlijk een Messerschmitt Me 110.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Land van Lochem | 2020 | | pagina 25