negentiende eeuw sterkt maakten voor de economi sche, maatschappelijke en culturele vooruitgang van Lochem. Zo waren de Remonstranten ruim vertegen woordigd in de initiatieven voor de aanleg van Lo- chems eerste villawijk langs de Nieuweweg, de bouw van het ziekenhuis en het Volkshuis. In de biografieën van Sickesz staat hij te boek als een zeer respectabele man, bescheiden, maar met een levendige persoon lijkheid en een uitstekend redenaar. In verschillende functies streed hij voor de verbete ring en modernisering van de Nederlandse land- en bosbouw. Hier lag ook een persoonlijke liefhebberij, die hij op zijn landgoed kon uiten in de zuivelberei ding en de houtteelt. Op 1 juli 1895 opende hij een handkracht-zuivelfabriekje in het koetshuis van De Cloese. In deze "Coöperatieve Roomboterfabriek" kon den jonge mannen, die binnen het gebied van de Gel- dersch-Overijsselsche Maatschappij van Landbouw woonden, gratis deelnemen aan "een theoretischen en practischen Fabrieks-Zuivelcursus"3. Ook werden op de Cloese Landbouwwintercursussen gegeven om jonge boeren uit de omtrek beter te scholen4. Het fabriekje werd in 1904 verplaatst naar een nieuw gebouw in Zwiep, waar het de naam "Coöperatieve Stoomzuivelfabriek De Cloese" kreeg. Men sch r ij ft uit Lochem tan de N. C.: Uit teer betrouwbare bron kan worden medegedeeld, dat de gezondheidstoestand van mr. C. J. Sickesz, oud-directeur-generaal van landbouw, die reeds in het najaar, bij zijn vertrek naar Meran, niet heel gunstig was, in den laat sten tijd een teer zorgelijk karakter heeft gekregen. Al gedurende weken lijdt hij aan een ernstige har taan doen me, met voort durende benauwdheden. Gelukkig achijnt er op het oogenblik eenige verbetering te zijn ingetreden, althans vermindering van het lijden, zoodat het laatste telegram luidde: nacht rustig, geneesheer tevredene. De Cloese, Den Haag én Merano Vanwege zijn vele werkzaamheden in politiek Den Haag woonde Sickesz ook jarenlang in de hofstad, aan de Herengracht 17. De Cloese functioneerde in die jaren als een buiten5. Vanaf 1894 verbleef Sickesz in verband met zijn wankele gezondheid enkele jaren in Merano in Zuid-Tirol. Merano, destijds "Meran", werd voor de familie het "tweede thuis", Sickesz was er zeer gerespecteerd. Hij bewoonde er de prachtige villa Vo- landsegg, in 1886 gebouwd aan de Beda-WeberstraRe 1-3 naar ontwerp van de Oostenrijkse architecten Musch Lun. Meran was tot ver in de negentiende eeuw de hoofdstad van Zuid-Tirol en ontwikkelde zich in die tijd tot een vermaard en zeer luxueus kuur- en vakantieoord voor de "haute-volée" van Europa. Hier troffen adellijke families, vorsten en regeringsleiders elkaar in de vele sjieke hotels, kuurhuizen, casino's en uitgaansgelegenheden. Rondom het middeleeuwse stadje werden fraaie boulevards en villaparken aan gelegd, van waaruit tochten konden worden gemaakt in het omringende sprookjesachtige berglandschap. Na de Eerste Wereldoorlog werd Zuid-Tirol bij Italië gevoegd en werd Meran Merano. Meran kende eind negentiende eeuw bewoners uit alle windstreken van Europa. Velen ervan waren actief met het oprichten van allerlei voorzieningen, die er het leven nog aangenamer maakten en maatschappe lijke en religieuze instellingen. Zo was Sickesz betrok ken bij de oprichting van de Evangelisch-Lutherse gemeenschap en mede-initiator van de inrichting van een nieuwe "protestantse" begraafplaats, die in de cember 1897 werd geopend6. Begrafenis In 1897 keerde Sickesz, genezen, terug in Nederland. Na zijn pensioen vestigde hij zich in 1901 definitief op zijn kasteel De Cloese7, maar met regelmaat verbleef hij ook in zijn geliefde "Meran". In 1904 overleed hij daar op zijn 65ste verjaardag, nadat hij al in het najaar van 1903 in zwakke gezondheid met zijn vrouw Maria naar villa Volandsegg was afgereisd. In januari 1904 bereikten berichten over de zorgwekkende toestand van Sickesz de Nederlandse pers en op 19 februari volgde het familiebericht over zijn overlijden. Het zag er aanvankelijk naar uit dat hij naar Nederland zou worden overgebracht met het oog op een voor een dergelijke bekendheid passende begrafenis. Toch werd besloten tot bijzetting op het nieuwe kerkhof in Meran. Het Algemeen Handelsblad van 29 februari 1904 berichtte er het volgende over: "Maandagmid dag te 3 uur werd mr. Sickesz alhier (Meran) begraven op het nieuwe Meraner kerkhof, over den spoorweg. Er was een ontzaglijke menigte kransen en bloemen. Het kerkhof was vol belangstellenden uit Méran en omgeving. Na een kort gebed in de kapel, waar het lijk te voren was heengebracht, hield de predikant een toespraak en zeide de gebeden op. Daarop sprak een der familieleden in het Hollandsch en bedankte de De Telegraaf, 30 januari 1904 Villa Volandsegg, de riante woning van Sickesz in Merano (foto ManfredK, 2015).

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Land van Lochem | 2018 | | pagina 24