vendo."
In 1907 werd "Het alom gunstig bekende Hotel met
uitspanning 'De Dollehoed'zoals in het veilingboekje
vermeld staat, ter veiling aangeboden door de eige
naar. Het geheel omvatte "een voor weinig jaren geheel
vernieuwd en verbouwd Hotel, bevattende o.m. Koffieka
mer, eetzaal, conversatiezaal, 25 logeerkamers, keuken,
dienstbodenkamers, 2 kelders, stalling voor paarden en
automobielen; voorts tentje, terrein van vermaak, een
gedeelte van den bekenden Lochemschen berg, zeer
geschikt voor villabouw; bouw- en weiland; hakhout en
weg. Samen groot ongeveer 27 hectaren, 35 aren" Gerrit
Willem kocht de 'Dolle Hoed' en de gronden direct om
het pand gelegen voor f 38.630,-. De gronden op de
flanken van de berg gingen naar J.S. Voogt uit Rot
terdam, J. van den Ban uit Haarlem en A.D. Hederik
uit Rotterdam. J. van den Ban liet op het door hem
gekochte stuk grond in 1909 een door hemzelf ont-
Wia Loofaem beioekt en var ïuimt den Dollen hoed te
tien, begaat eene onvergeeflijke fout De Dolle hoed
ia de trols der Lochemers erenala het Boaeh de trota
ia der Hagenaars. Wanneer 'a zomers de boomen
met prachtig groen prjjken, trekt Zondage bjj mooi
weer de geheeïe gemeente Loohem, jong en oud,
patrio! ër en plebejer, boer en stedeling, naar dit inte
ressante punt om te genieten van de schoons nat our
en onder een kopje thee, een glaa gerste bier of een
kan veraohe melk de beslommeringen der a/geloopen
week te vergeten. De Dolle hoed waa in vroegere jaren
eene pleisterplaats der verkoopera en graanhandelaren,
thans is het een baitoDhotel en uitspanning geworden,
waar men voor weinig geld een paar middaguren
aangenaam kan doorbrengen. Uitgeputte Amsterdam
mers toeken daar nieuwe krachtenafgeleefde
Hagenaars ondergaan er eene verjongingskuur. Zon
dags levert dit schild err oh tig plekje een verkwikkend
schouwspel op. De Locbemscbe jeugd, stralende *an
pret en levenslust, vermaakt zich met sobommel of
wipplank, de moeders lepperen baar kopja thee,
terwijl de vaders uit bun kroes eohnimend, ijskoud
bter af en toe een slokje nemen. De Gait Jans en
Gaidines op tgn Zondags gekleed, dezen met een
kap, genen met de pet getooid, loopen koutend op
en neer. Op eene kleine verhevenheid heeft een
kapel rondreizende muziekanten, meer bekend onder
den naam van Dui'sche blaaxpoep n, plaats genomen
en laat Wsgueriaansche fabrikaten booren. Zg spelen
liefst totkomst muziek", omdat deze nog al veel lawaai
maakt en de Loehemers erg veel van luidruohtigheid
op muzikaal gebied houden.
worpen villa bouwen, dat de naam 'De Enk' kreeg.
In landelijke dagbladen en tijdschriften verschenen
rond 1890 langzamerhand steeds meer artikelen over
Lochem en ook over de 'Dolle Hoed' als toeristische
trekpleister. Zelfs in de 'Java-bode' werd er over ge
schreven. Een journalist, waarvan slechts de initialen
'J.J' bekend zijn, schreef in de Java-bode van 26 febru
ari 1890 een zeer lovend artikel over de 'Dolle Hoed'
en omgeving. U kunt hieronder een gedeelte van de
originele tekst lezen. De titel van het artikel luidde 'Eu-
ropeesche reisindrukken van geëmeriteerden planter'.
Zijn collega, de journalist Samuel Kalff, ruim zes jaar
later tijdelijk in ons land verblijvend, schreef op 24
oktober 1896 in diezelfde Java-bode in zijn feuilleton
'Nederlandsche Brieven' over Lochem en omgeving
o.a. het volgende:
"Ja, we hebben een goeden zomer gehad!" vertelt mij
Ik heb er menigen Zondag doorgebracht en in
gezelsohap van mgn vriend, diens familie, eenige
goede kenniseen, menig kopje thee, menig glaasje
bier gedronken'. Met een gevoel van kalme tevreden
heid herdenk ik die after noon bijeenkomsten onder
de zware eiken- Sommige schilders leggen sieh toe op
het huieeljjk leven. Zg malen voor-, aohier-, tgkamers
met werkende, etende, slapende, vrijende mensohen j
anderen tooveren op het doek oompleete buitentuinen
met eene bonte mengeling van levende wezens.
Waarom gaan tg niet ereia naar Loobem om too'n
Zoodsgmiddagpretje aan da vergetelheid te ont
trekken Die enkele greep nit het werkelgke leven
weegt meer dan een doijjn tooneelen, welke nit des
kunstenaars verbeelding voortspruiten. Tegen donker
■taan de versohillende groepen van de tafeltjes op.
Men maakt sioh gereed tot de terugreis. De
huifkarren, jan pietiers, equipages komen voor,
nemen de levende vraobton in ontvangst en rijden weg.
Do onvermoeide wandelaars wandelen naar bnis te
rug. Zg die echter door bunne omwervingen ia de
dennebosschen, gepaard met eene beklimming der
Belvédère meer dan gewoon vermoeid tgn, waehten
op de atoomtram. Wanneer de naoht het omliggend
landschap als het ware met een rouwfloers bedekt,
vervangt eene diepe stilte welke sleohts verbroken
wordt door het gegaap van een aohterbigvenden
veekooper, de opgewektheid ia den namiddag.
Ik noemde daar de Belvédère en beu u dus eene
kleine toelicht'ng schuldig. Da Belvédère is eene
nabootsing van den Eiffeltoren in een eenigtina ander
genre, dat wil seggen, men heeft het ingenieuse
project van den genialen fransohman gewgsigd en als
materiaal pgnboomstammen gebruikt. Men komt op
de platform sonder lilt of asoenseur. Die dingen tgn
ook volstrekt overbodig, want de hoogte van dat hou
ten gevaarte bedraagt nog geen vijftien meter. Eu
toch geniet men ven daar een heerlijk panorama.
Getroost u daarom dien klim, ik, jichtig grgsaard
met mim dertig jaren verblgf in de tropen, deed het
ook.
Een gedeelte van de originele tekst van het artikel van 'J.J.' in de Java-bode van 26 februari 1890".