van de Vereniging Ons Huis, in de Rozenstraat in
Amsterdam, medeoprichter en bestuurslid van Oplei
dingsinrichting voor Socialen Arbeid (later Vereeni-
ging School voor Maatschappelijk Werk), gefinancierd
door vader, en medeoprichter en lid van de Raad van
Beheer van het Koloniaal Instituut (voorloper Konink
lijk Instituut voor de Tropen).
Eén van de eerste projecten, die vader en zoon geza
menlijk financieel ondersteunden, was de bouw en
inrichting van een volkshuis aan de Rozenstraat in de
Amsterdamse Jordaan, dat de naam Ons Huis kreeg.
Het was een initiatief van de stichting Ons Huis.
Deze stichting was in 1891 opgericht door Hélène
Mercier en Christian Wilhelm Janssen. Het doel was
om in volkswijken zogenaamde volkshuizen te ex
ploiteren waar mannen, vrouwen en kinderen uit de
arbeidersklasse hun maatschappelijke kansen konden
vergroten. Heel wezenlijk voor hen beiden was, dat
dit niet op een neerbuigende manier gebeurde. Het
volkshuisidee werd een groot succes. In 1923 waren er
in heel Amsterdam al 23 van zulke huizen.
Aan Clara Elisabeth viel de eer te beurt de eerste
steenlegging voor het volkshuis aan de Rozenstraat
te mogen verrichten. Het Algemeen Handelsblad van
2 augustus 1891 berichtte hierover o.a. het volgende:
"Nadat dit was afgeloopen noodigde de heer Tours de
15-jarige dochter van den stichter, mej. Clara Elisabeth
Janssen, uit den eersten steen te leggen, waarbij hij
opmerkte hoe gelukkig het is, dat het geheele gezin van
den heer J. in diens werken en vreugde deelt. Met
een enkel woord wees de heer Van Tienhoven verder op
de zoon die naast den stichter staat en hem op hetzelfde
pad volgt, en op de jongste dochter, die reeds vroeg
door haar vader in de werken van menschenmin wordt
ingewijd'.'
Het gebeurde heeft waarschijnlijk grote indruk op
haar gemaakt. Zij was de enige van de dochters van
RW. Janssen die later het filantropische werk van
haar vader zou voortzetten, o.a. in de omgeving van
Lochem.
Den Helder - Baarn - Almen
Clara Elisabeth trouwde in 1895 op 19-jarige leef
tijd met Derk Jacob van den Honert. Hij was op dat
moment officier bij de marine in Den Helder. Daar
woonde het echtpaar na hun huwelijk ook korte tijd.
Maar nog geen half jaar na hun trouwen nam hij ont
slag en vertrok het echtpaar naar Baarn. Daar hadden
zowel P.W. Janssen, diens zoon August Janssen, als
H.C. van den Honert al een villa in hun bezit. Hier wer
den hun beide kinderen, Henriëtte Cornelia en Taco
Hajo, geboren. Derk Jacob was ondertussen directeur
geworden bij de N.V. Industriële Maatschappij in
Amsterdam. Dank zij de in 1874 geopende spoorweg
verbinding met Amsterdam was Baarn gemakkelijk te
bereiken.
Waarom het gezin in 1905 naar Almen verhuisde,
waar Van den Honert het buiten De Ehze had gekocht,
is niet duidelijk (zijn werk bleef immers in Amster
dam). Hij liet het huis opknappen en aan de moderne
wooneisen van die tijd aanpassen. Frederike van
Uildriks, die hoofdredactrice was van het blad 'Op
den Uitkijk'vermeldde in haar artikel 'Van De Ehze in
de oude Graafschap Zutphen' in 19093 o.a. het vol
gende: "De tegenwoordige eigenaar, de heer D. J. van
den Honert, die zijn zaken te Amsterdam heeft en wiens
vrouw de dochter is van den bekenden Amsterdamschen
philantroop, wijlen den heer P. W. Janssen, gevoelt zeer
veel voor het verleden van het huis, waarvan hij in 1905
bezitter is geworden, toen hij het kocht van mevrouw de
weduwe barones Van Welderen Rengers'.'
En wat verderop in het artikel:
"Toevallig dat de voornamen van de tegenwoordige
vrouwe van De Ehze dezelfden zijn als die van de eigena
res uit de eerste helft der achttiende eeuw. Of die vroe
gere Clara Elisabeth bij haar onderhoorigen bemind is
geweest evenals haar man, weten we niet, maar dat men
het later van de 20ste-eeuwsche Clara Elisabeth zal ge
tuigen, is zonder twijfel. Want zij treedt als een weldoen
ster onder de menschen op, door de zieken en zwakken
te bezoeken en op te beuren en naar geest en lichaam
hun goed te doen, niet maar eens nu en dan, maar
trouw en geregeld. Aan »goede werken« wordt daar veel
gedaan in en om het gemodernizeerde oude huis; er is
een schooltje gebouwd, waar de meisjes dagelijks gratis
naailes krijgen; de kinderen leenen boeken uit de biblio
theek van het huis, en op honderderlei manieren meer
leven de bewoners van het huis met hun omgeving mee'.'
Clara Elisabeth zette dus in Almen duidelijk de goede
werken van haar vader voort. Ze moet een bijzondere
vrouw zijn geweest. Jet Spits noemt in haar boek
Sporen van PW. Janssen, ondernemer en filantroop Clara
Elisabeth "een zeer excentrieke dame". Dat zal ze in de
ogen van de mensen in haar omgeving waarschijnlijk
ook wel geweest zijn. Ze deed dingen, die men van
een dame van stand niet gewend was. En dan was je
al gauw een excentriekeling. Frederike van Uildriks
vermelde in haar artikel over De Ehze ook nog, dat
de vrouw des huizes fotografeerde en de fotoplaten
(glasplaten) zelf ook nog eens ontwikkelde. Dat was
wel heel bijzonder. De fotografie stond nog in haar
kinderschoenen en was voornamelijk het terrein van
de man. Bovendien was het ontwikkelprocedé niet zo
gemakkelijk.
Van de beide kinderen van het echtpaar Van den
Honert-Janssen bestaat een prachtig schilderij (hier
naast afgebeeld). Het is uit 1905. Ze werden op doek
vereeuwigd door de destijds bekende societyschilder
van Hongaarse afkomst Philipp Alexius de Laszlo.
De Laszlo kwam in het najaar van 1905 op De Ehze
op bezoek. Hij maakte er twee voorstudies voor het