Oude verhalen mogen niet sterven
Het verhaal riep: "Red mij, of ik ga sterven"
Ernst Marsman
In de eerste helft van de vorige eeuw kon je in de Achterhoek verhalen horen over het binnenko
men van de Kozakken die ons de bevrijding van de heerschappij van de Fransen brachten, 1813.
Dat was dus na 100 jaar. Zulke verhalen zijn verdwenen doordat ze niet zijn doorgegeven. Er zijn
nieuwe generaties gekomen, groei van mobiliteit en een overmaat aan nieuws: twee wereldoor
logen, een Koude Oorlog en een massa mediahypes. Nu na 70 jaar de bevrijding van Lochem weer
zal worden herdacht, lijkt het me zinvol dit ook te doen met verhalen van mensen, burgers, in het
strijdgebied van de Hoge Enk, 1 april 1945. Pasen. De verhalen zijn gebaseerd op verslagen van
gesprekken met mensen die het alles meemaakten.
De Engelse legeronderdelen die Lochem bevrijdden
op de eerste paasdag 1945 waren op 31 maart om
middernacht uit Varsseveld vertrokken en na felle
gevechten bij Ruurlo in Barchem aangekomen. Daar
volgde een deel van het leger de hoofdweg naar
Lochem, het andere deel nam de route via Zwiep.
Infanterie en tanks. Hoe beleefden de bewoners van
boerderijen en huizen langs de weg Zwiep-Lochem
deze opmars?
In de tweede helft van de jaren 80 van de vorige
eeuw sprak ik met enige van hen. Ik kreeg toen, na
40 jaar, nog veel interessante details, waaruit bleek
dat er grote verschillen zijn tussen soldaat en burger
wat de beleving betreft. De soldaat kwam "all the way
from Normandy". Lochem was voor hem een gevecht
als zovele. De burger voelde de bevrijding naderen,
maar had geen ervaring. Alles was instinctief han
delen, improviseren, reageren. Sommigen maakten
enige tijd tevoren een schuilplaats klaar, de kelder
of een overdekte kuil in de tuin. Voor deze burgers
was de bevrijding iets van korte hevigheid. Korpo
raal Len Newton had wel gelijk toen ik hem hoorde
zeggen:"You don't know what it is when you have to
dig in under fire, and you see that
the groundwater is only one foot
under your feet. You don't know
the smell of blood, and the terrible
noise".
De volgende verhalen zijn mij
verteld door een aantal bewoners
van de Zwiepseweg in Lochem.
Nogmaals Len Newton:"Everyone
tells his own story, sometimes a dif
ferent story about the same thing".
De mensen van de buurtschap
Langen
De buurtschap bestond voorname
lijk uit drie boerderijen: De Kempe,
Harkink, de latere kampeerboerde
rij, Bokhorst en enkele woningen,
die oorspronkelijk bij de Cloese
hoorden. Het gebouw van de Poli
tieschool was er nog niet.
De Cloese was ingericht als hospi
taal voor gewonde soldaten. Dat er wat ging gebeu
ren merkte de heer Kok van De Kempe of Onderwater,
op de dag voor de bevrijding, 31 maart.
De Cloese werd ontruimd, de gewonden werden o.a.
op draagbaren vervoerd, via het Keppellaantje naar
de brug over het kanaal. Kok had ook gemerkt dat
de Duitsers de Keppelsbrug hadden ondermijnd met
springladingen.
In de vroege morgen van 1 april hebben de knecht
van Kok en de buurman Groeneveld de springladin
gen verwijderd. Kok:'er onderuit geslagen'. De heer
Groeneveld was officier geweest in het Nederlandse
leger en wist met springladingen om te gaan.
Knecht Herman Stokkink was een durfal. Groeneveld
heeft na de oorlog een fraaie bedankbrief van bur
gemeester van Luttervelt gekregen. Voor Kok was
behoud van de brug gewenst, want zijn melkvee liep
in een weiland aan de andere kant van de Berkel.
Dat er wat ging gebeuren werd nogmaals duidelijk
toen terugtrekkende Duitsers met paarden op 31
maart bij Kok kwamen overnachten. Ze sliepen in de
schuur. Toen ze vertrokken kwam een oudere Duitser
Kok een hand geven en zei: "Geluk met de Tommies".
Qrael uil Cochem, Kiekje bij Kasteel „De Gloese"
De omgeving van De Cloese was in april 1945 het toneel van hevige gevechten.
Verschillende boerderijen gingen in vlammen op, maar het kasteel bleef gespaard
(ansichtkaart part. collectie).