Rijntjes kookboekje
We zouden graag willen weten, wat PA. Brugmans in 1839/1840 er toe heeft gebracht om het kookboekje
van Rijntje uit te laten geven. Maar daar zullen we wel nooit achter komen. Nergens staat trouwens
vermeld, dat hij dat heeft gedaan, maar gezien het feit, dat zijn keuken op de gravure staat en zowel de
boekdrukker als de tekenaar vlakbij zijn huis woonden, lijkt de conclusie van Brugmans als opdracht
gever, niet zo ver gezocht.
Volgens Rijntjes voorwoord werkte ze op het moment van de uitgave van het kookboekje al niet meer
voor Brugmans. Mogelijk is zij weer naar hem toe gegaan met het verzoek tot uitgave, of heeft hij haar
ergens ontmoet en kwam toen met het voorstel tot uitgave. Uit de tekst van het voorbericht krijg je
trouwens de indruk, dat niet Rijntje de tekst heeft samengesteld, maar waarschijnlijk P.A. Brugmans.
Het boekje kwam in september 1840 van de pers volgens de hieronder weergegeven advertentie in het
'Algemeen Handelsblad' van 3 september van dat jaar.
(48263) Bij den Boekhandelaar D.JACOBS, op de Le
liegracht N°. 14, komt heden van de Persen wordt uil gegeven
RIJNTJE B3LJARDT, de door veeljarige onder
vinding geteerde KJiVKMNiytMIJJ waarin men Onderrigtingen
aantreft, die men in andere» niet vindt. Prijs f —.90.
De tweede advertentie stond in de 'Opregte Haarlemsche Courant' van 3 januari 1841.
v.Bij den Boekhandelaar L"). JACOBS, te Amster
dam is van de Pers gekomen, en alom verkrijgbaar
gesteld
EEN K EUKÊNBOEK,
ge titelt RIJN 1 JE 151 Ej ARDTde door veeljarige onder*
vinding geleerde Keukenmeid met verscheidene nieuwe
uitvindingen. Prijs 90 Cents,
Rijntje naar Den Haag
In 1841 verhuisde Rijntje naar Den Haag. Ze was blijkbaar op zoek naar een mogelijkheid om niet meer
in dienst van anderen te werken, maar voor zichzelf te beginnen.
Den Haag kende ze van haar verblijven daar in de tijd, dat ze voor de familie Van Tuyll van Seroosker-
ken, de familie Brugmans en voor het Koninklijk Huis werkte. Ze had wel gezien, dat daar veel mensen
woonden, verbleven en/of werkten, die van maaltijden wilden worden voorzien, zonder dat ze daar zelf
voor moesten zorgen: de catering, zoals wij die kennen, maar die toen 'koksaffaire' werd genoemd. Rijntje
blijkt een ondernemende vrouw te zijn geweest, haar tijd aardig vooruit.
Eerst deed ze dat nog samen met H.L. Marth, die samen met zijn vrouw een 'koksaffaire' had gehad,
waar mensen konden komen eten, of waar mensen eten konden bestellen, dat bij hen thuis werd afgele
verd. Maar omdat de vrouw van H.L. Marth onlangs overleden was, had hij zijn affaire moeten sluiten.
Hij vond in Rijntje, die een goede naam als kookster had opgebouwd, een goede plaatsvervangster (zie
onderstaande advertentie uit het 'Dagblad voor 's Gravenhage van 5 november 1841).
Do onrlergeteekende hoeft de eer, zijnen geëerde begunstigers
bekend to maken dat bij thans in staat gesteldis, do KOKS Af KUUR,
welko door bom, na den dood zijner Vrouw, voorluopig is aange
bonden op eencn meer geregelde» voet voort te zetten ten gevolge
van daartoe gemaakte schikkingen met de hier en elders in dit vak
gunstig bekende Rijntje Biljardt, zoo dat hem tm gemakkelijk zal
vallen" W»u allo aanvragen op eene voldoende wijs gevolg te geven.
H. L. MAUTII, achter de Groota Kerk, tmjk 1)n?ï 62.
Mogelijk zag Marth, die na het overlijden van zijn vrouw met een jonge dochter was achtergebleven, in
Rijntje ook een vervangster van zijn vrouw in de huiselijke kring Hoe Rijntje daar over dacht, weten
we niet. Marth was al een wat oudere man, hij was pas in 1837 op 50-jarige leeftijd getrouwd.
Rijntje koos voor een ander, de blonde koetsier Jan Aalberts. Het stel trouwde op 10 augustus 1842 in
Den Haag.
22
Land van Lochem 2013 nr. 2