LJ.'i' Lm
HB __L
HHMBI
•- -
Beeljaart, Beliaard en zelfs Bilzard. Dat maakt het
zoeken niet gemakkelijk. Nog moeilijker wordt het,
wanneer het gaat om personen die op boerderijen
hebben gewoond, waarbij de naam van de boerderij
ook nog eens een rol in de achternaam gaat spelen.
De vrouw van Izaak Biljardt, Maria ten Dam, was in
de doopakten eerst niet te vinden. Ze blijkt namelijk
onder de naam Marijgjen Ikkink gedoopt te zijn. En
dat, terwijl haar vader Gerrit ten Dam(me) heette.
Maar omdat hij bij zijn vrouw op boerderij Ikkink
ingetrouwd was, kreeg hij in het dagelijks gebruik
'Ikkink' als achternaam.
Het echtpaar woonde echter niet de rest van hun leven
op deze boerderij, gelegen in het buurtschap Langen
onder Lochem. Na ruim tien jaar verhuisde het gezin
naar het centrum van Lochem. Voor velen bleef het
echtpaar echter Ikkink heetten. Zelfs in de officiële
papieren kom je hen zowel als Ikkink (en allerlei
De3
afgeleiden daarvan als Eikings, Eijkings, IJking en
Ikking) en als ten Dam of ten Damme tegen. Gerrit
was ook onder de naam Gerrit Ikkink begraven! Maria
(Marijgjen) was echter wel onder de naam ten Dam
getrouwd. Allemaal heerlijk duidelijk!
Waar en hoe Izaak en Maria elkaar hebben leren
kennen, is niet bekend. Izaak werd in 1766 in de stad
Utrecht geboren. Hij moet op een bepaald ogenblik
naar Lochem gekomen zijn. Feit is, dat het stel op 31
december 1790 in Lochem trouwde. Waarschijnlijk
hebben ze de eerste tijd na hun huwelijk bij de moeder
van Maria, Jenneke Ikkink, in de Smeestraat inge
woond. Maria's vader was ondertussen overleden.
In de huisnummerlijsten, die trouwens niet altijd
betrouwbaar zijn, staat Izaak Biljardt in het jaar 1795
voor het eerst vermeld, wonend op nummer 35. Waar
dat in Lochem was, staat er niet bij. Maar als je de
namen van zijn buren in 1795 vergelijkt met die op
latere lijsten, dan is het bijna zeker, dat het echtpaar
toen al in het pand aan de Markt woonde. Het is dus
ruim tweehonderd jaar geleden, dat een Biljardt zich
in het huidige pand Markt 27-28 vestigde.
Molenstraat-Bagijnestraat-Markt
Alleen lag het pand destijds niet aan de Markt! Zo
als op het afgebeelde deel van de kadastrale kaart
van Lochem uit 1832 te zien is, lag in die tijd rond
de Gudulakerk een grote open ruimte, die tot zeker
1829 als begraafplaats in gebruik is geweest. In dat
jaar werd het door de landelijke overheid verboden
de doden nog langer binnen de bebouwde kom te
begraven. Waarschijnlijk werd de begraafplaats rond
de kerk echter nog tot 1830 als zodanig gebruikt.
Waar moet men in die tijd anders de doden hebben
ondergebracht? De nieuwe begraafplaats aan de voet
van de Paasberg was in 1829 nog niet klaar. Deze
werd pas in 1830 officieel geopend. In de notulen
van de Lochemse gemeenteraad van 2 september
1828 is het volgende te lezen: "Door den President
kennis gegeven van een aanschrijving van den Heere
Gouverneur, betrekkelijk de wijze van aanvraag ter
erlanging der nodige autorisatie ter aankoop van
grond voor een nieuwe begraafplaats enz." Men had
in 1828 nog niet eens de financiën voor een nieuwe
begraafplaats rond!
Toen Izaak en Maria zich rond het jaar 1795 in het
pand F 365/366 vestigden, woonden ze dus aan de
rand van een begraafplaats, die nog in gebruik was.
Het terrein voor hun huis maakte nog geen deel uit
van de Markt.
In hun tijd was de indeling van de huisnummers in
Lochem nog heel anders geregeld als nu. Nu is er een
nummering per straat. Toen nummerde men simpel
weg in een keer de hele stad door (een zogenaamde
rondnummering). Dat is ook te zien op de hiervoor
afgebeelde kadastrale kaart. In de Grote (of Gudu-
lakerk) staat "371 en Laatsten". Men was in 1832
met slechts 371 nummers de hele stad rond geweest!
Wanneer op een bepaald moment in de oude huisnum-
merlijsten straatnamen gaan verschijnen, behoren
15
•I
- m
De betreffende gevelsteen, te vinden rechts van linker deur in
het pand. Op de foto staat er een korf met kallebassen voor.
Kadastrale kaart van Lochem uit 1832. Pand nummer 366 is
het pand van Izaak Biljardt.
Land van Lochem 2012 nr. 3