samen met schutterskoning Nijenhuis en schutters-
koningin Gerda Scholten gehuldigd werd tegen een
achtergrond van vijf Olympische ringen. Gerda Schol
ten, werd kampioen hij het vogelgooien.
Barchemse optocht
Ook in 2007 was de jaarlijkse optocht een eclatant
succes, waar het hele dorp voor uit liep. Men wil
niets missen van de bonte stoet. In genoemd jaar
werd door de Borculoseweg een stoomtram tot in
details nagebouwd. Deze tram reed van Borculo naar
Deventer. Wagens met kabouters, Witte Wieven,
marsmannetjes en smurfen bepalen het dorpsbeeld.
De inzendingen worden per wijk gemaakt. De toe
komst van de Barchemse optocht ziet er rooskleurig
uit.
Aardappeloogst
Meester Heuvel vertelt dat het aardappelrooien daags
na de kermis begon. Dat was dan per dorp of ge
hucht verschillend. Hij schrijft in Oud Achterhoeks
boerenleven (1928): "Tot de Lochemse kermis in 't
midden van Oktober duurde de campagne van het
"aerpelstekken". Boeren, die op hun tijd pasten, to
gen op de Dinsdagmorgen, al waren ze nog maar
half uitgeslapen, met de grepen over de schouders
naar de akker", aldus Heuvel. Iets verder zegt hij:
"Daar staan de mannen en vrouwen in frontrij voor
een "park" (akkerstrook), dat ze al achteruitgaande
rooien. Ieder gooit met zijn drietandsgreep eerst een
struik los en bukt zich dan, om den onderaardschen
schat te sorteren in groote, poters en kleine(kriel),
die hij in afzonderlijke manden gooit. Om beurten
moet een der rooiers de mandenrij aanzetten en als er
een mand vol is, dan draagt men de grooten met zijn
tweeën naar gindsche stortkar terwijl men de poters
in zakken bergt". Hier en daar ziet men op het land
nog wel hopen aardappels liggen, eind september.
De mais is echter heel wat later aan de beurt om
geoogst te worden. Vroeger sprak men van de
"aardappelvacantie" die dan samenviel met het rooien
van de zandige aardappel, hier vaak "eigenheimer"
geheten. De bodemknol werd na 1600 uit de Nieuwe
Wereld geïmporteerd (voedsel van de Indianen). In
Twente werd gezegd: "De domste boeren hebt de
dikste tuffe".
Rogge zaaien
Verdwenen is de rogge, die tussen eind september en
eind november ingezaaid werd. Oude dagboekjes van
boeren getuigen daar nog van. Ieder perceel werd
genoemd, waar de boer actief was. Ook dat vinden
we weer aangetekend in het prachtige boek van Heu
vel, Oud-Achterhoeks Boerenleven. Heuvel vertelt:
"Met het zaadschepel voor het lijf stapt Vader over
het zwarte land en smijt met volle handen het zaad
boogsgewijze uit, zoodat het blinkt in de zon. Aan 't
eind op de grasheg vult hij het schepel weer uit de
zak. 't Is een groote kunst, het zaad zo te spreiden,
dat nergens te veel of te weinig staat. Vader kan het
als de beste". Van Gogh schilderde de zaaier ook
meesterlijk, in het voetspoor van Millet. Na 1960 was
het afgelopen met de roggebouw, die eeuwenlang de
essen en enken van Oost-Nederland beheerst had.
Daarnaast kende men boekweit, dat hier en daar aar
zelend op de Oost-Nederlandse akkers terugkeert.
Kolde markt in Lochem
Adriaan Buter schrijft: "De boeren uit land van Berkel
en Schipbeek voorzagen zich op de Lochemse
koldemarkt (begin november) van boeskool
(kabuiskool) en uien. Van Diepenheim uit gingen ve
len lopend naar het stadje om met 'n viefkop siepel
(uien) in een zak huiswaarts te keren. Boerenwagens
die ter markt reden, vormden 's morgens en 's avonds
een hele optocht. De markt in het Gelderse viel sa
men met de Overijsselse Dankdag voor het gewas.
Ook het Twentse Ootmarsum kent de koalde Markt.
Sunte-Matten (Sint-Maarten) - 11 november
Eertijds waren er in Nederland nog oude Sint
Maartensvuren bekend. Het was het grote oogstfeest
en viel volop in de slachttijd. In Lochem trekken he
den ten dage kinderen met hun ouders langs de hui
zen, o.m. op de Molenbelt, op 11 november, en zin
gen daarbij, in de schemering:
't Is 11 november
dat wij met lichtjes lopen
Mijn echtgenote, Anneke Vestering, die haar jeugd in
Zutphen doorbracht, zong daar met leeftijdsgenoten
in 1948:
Sint Maarten bisschop
dat wij hier met lichtjes lopen
is voor ons geen schande
hier woont een rijke man
geef ons een appel of een peer
ik kom van het hele jaar niet weer
25
lvTv7/;
Aardappelrooien in Oolde bij Laren, uit: Oud-Achterhoeks
Boerenleven, 1928, H.W. Heuvel. Illustratie door J.H. Persijn.
kom van alle landen
die ons wel wat geven kan
Land van Lochem 2010 nr. 1