Nieuwe Bouwen en architecten als
Dudok en Fels. Invloeden van de
Amsterdamse school zijn in de ge
meente Lochem vooral in de
landhuisarchitectuur zichtbaar,
onder meer in het werk van Postel
en Postma. Postels ontwerp voor
de arbeiderswoningen in het Tuin
dorp (1921, gesloopt) toonde ook
duidelijk elementen uit de Amster
damse school (hoge, expressief
vormgegeven daken, ramen met in
gewikkelde roedenverdeling). Een
fraai voorbeeld van Amsterdamse
schoolstijl is de nog bestaande
winkelpui van het pand Bierstraat
6 in Lochem, een ontwerp van
Postel uit 1923. Het transforma
torhuisje aan de Julianaweg in Ingangspartij van de watertoren op de Paasberg, 1924
Lochem (circa 1924, architect H. Fels) is een uitstekend voorbeeld van het zakelijke baksteenexpressionisme
van de jaren twintig. In 1924 werd op de Paasberg een nieuwe watertoren gebouwd, naar ontwerp van
gemeentearchitect Wessel. Ook dit gebouw met zijn imposante achtzijdige bouwvolume, rijke siermetselwerk-
geleding en trapeziumvormige ingangspartij met prachtig decoratief metselwerk staat sterk onder invloed van
de Amsterdamse schoolstijl.
De eenvoudige zakelijk expressieve variant van de Amsterdamse school zou in de jaren twintig en dertig een
rijke voedingsbodem vinden in de vele middenstands- en villawijken, die overal in Nederland werden aange
legd. De baksteenromantiek vinden we dan terug in de zorgvuldig gemetselde rode en geel bakstenen gevels,
vaak met siermetselwerkdecoraties rond de ingangspartijen. De uitbundige kapvormen uit de Amsterdamse
school leven voort in de grote, nadrukkelijk aanwezige daken met hun steile of soms gebogen dakschilden en
grote schoorstenen. Ook de ramen met horizontale roeden en bont gekleurd glas-in-lood bleven nog lang
populair.
Het Nieuwe Bouwen
De moderne architectuur in Neder
land heeft onder meer in het so
bere rationalisme van Berlage zijn
grondlegger. De schilders Van
Doesburg, Mondriaan en Van der
Leck introduceerden met de archi
tecten Oud en Rietveld via hun tijd
schrift de Stijl in 1917 de orna
mentloze vormgeving. Zo ontstond
Het Nieuwe Bouwen, ook wel
Nieuwe Zakelijkheid of Functiona
lisme genoemd. De stijl was een
onderdeel van de "moderne inter
nationale" stijl, zoals die op meer
plaatsen in Europa en de Verenigde
Staten tot ontwikkeling kwam. De
schoonheid moest een "rechtstreekse uitdrukking van het universeele" zijn en iedere individualiteit en deco
ratie moest daarbij worden uitgebannen. De abstracte schilderkunst van onder meer Van Doesburg en Mondriaan
werd vertaald in architectuur: het gebouw als ruimtebeperking bestond niet meer. Licht en verhouding (vlak
ken en haakse lijnen) waren de belangrijkste elementen. Ook de lichamelijkheid van het gebouw als uitdruk
king van individu en gevoel moest verdwijnen. Dit bereikte men via decoratieloze vlakken zonder enige
herinnering aan traditionele, aardse bouwmaterialen, geen schuine, beschuttende daken, maar het platte dak
als vijfde gevel. Doelmatigheid en functie stonden voorop.
Eigenlijk is het Nieuwe Bouwen een soort anti-stijl. De gebruiksfunctie was allesbepalend voor de uiteindelijke
vorm, dit vanuit een optimistische maatschappijvisie, gericht op sociale gelijkheid en verbetering van de
23
a Van Nellefabriek in Rotterdam (1925), een ontwerp van de architecten Brinkmann
Stijl wilde een nieuwe beeldende en Van der Vlugt (afbeelding uit A. Eibink etc.)
schoonheid" uitdragen. Deze
Land van Lochem 2007 nr. 2