gia's, erkers en torentjes, flessenhalsvormen, hoef ijzervormige bogen en veel kleurige decoraties. Op de daken zien we vaak doorgestoken opzetstukken, waartussen sierlijke ijzeren hekwerken zijn geplaatst. Harde materialen, zoals gepolijst graniet en hardsteen met ingeslepen scherp omlijnde decoraties zijn ge liefd, net zo als gladde, liefst geglazuurde dakpannen en bakstenen in felle kleuren. Ook gietijzer werd van wege het lichte karakter graag toegepast, bijvoorbeeld voor kolommen in winkelpuien en als lateibalken bo ven gevelopeningen. De toepassing van harde en lichtgekleurde bouwma terialen speelde een belangrijke rol. Afwasbaarheid, gladheid en lichte kleuren van de bouwmaterialen zorg den voor een schone bouwkunst in de letterlijke zin van het woord. Dit is te zien in het licht van de toene mende aandacht voor hygiëne in deze periode. Voor winkelpuien en kozijnen werd vaak blank gevernist teakhout toegepast. In de diverse onderdelen van de architectuur werden de planten- en diermotieven gestileerd aangebracht. In de binnenstad van Lochem zijn nog enkele fraaie winkelpuien in deze stijl te zien. Het was dan ook vooral een modieuze stijl, toegepast voor winkels, zoals slagers, bakkers, kruideniersza ken en modemagazijnen. Deze winkels, die rond 1900 7rsterk in aantal toenamen, waren bij uitstek de uitdragers van het moderne leven. Met behulp van de uiterst modieuze Jugendstil werd de aandacht getrokken. In de woonhuisbouw werkte de stijl op eenvoudiger ma nier door in de toepassing van combinaties van rode baksteen, wit pleisterwerk en fel gekleurde dakpannen, subtiele details in kozijnen en paneeldeuren, glas-in-loodramen en tegeltableaus. Door de sterke nadruk op het decoratieve werd de nieuwe stijl al snel door critici afgedaan als wansmaak en verketterd als zweepslagstijl of sla-oliestijl. Deze laatste benaming was naar aanleiding van een affiche, die Jan Toorop in 1895 maakte voor de Nederlandse Oliefabrieken in Delft, geheel in de sierlijke belijningen van de Jugendstil. Chaletstijl of stadsvakwerkstijl In de jaren tachtig en negentig van de 19de eeuw is er onder invloed van ontwikkelingen in onder meer Engeland een nieuwe tendens te bespeuren in de bouw van villa's en herenhuizen. Langzamerhand raakten de streng ogende wit ge pleisterde villa's en herenhuizen, waarvan in Lochem nog goede voorbeelden zijn te zien aan de Nieuweweg en de Graaf Ottoweg (Bella Vista!) uit de mode. De schil derachtige, rustieke villa deed haar intrede. Dit bouwtype werd geken merkt door een vrije plattegrond, een asymmetrische opzet en het vermengen van klassieke met schil derachtige motieven uit verschil lende historische stijlen. De villa's waren rijkelijk voorzien van aller lei gepleisterde details, gecompli ceerde dakvormen en toegevoegde elementen als serres, trap- en arkeltorentjes. Eind 19de eeuw verschenen er geleidelijk aan steeds meer elementen, die de panden een zo mogelijk nog schilderachtiger aanzien gaven. De voorliefde voor een rustieke ornamentatie uitte zich in de toepassing van veel houtwerk, onder de ver overstekende daken aangebrachte sierspanten en korbelen, topgevels met vakwerkconstructies en rijk gesne- 16 Detail winkelpui Walderstraat 17, Lochem ,,111 1 Villa aan de Haitsma Mulierlaan in Lochem Land van Lochem 2007 nr. 2

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Land van Lochem | 2007 | | pagina 16