Nieuwtjes over de geschiedenis van
Lochem (4)
De buurtschap Langen, deel II
André Reincke
In de vorige aflevering van deze serie werd voor het eerst ingegaan op de boeiende geschie
denis van de buurtschap Langen, en dan met name de geschiedenis van de havezathen Langen
en de Cloese. Dit keer staat een andere havezathe in de buurtschap centraal, namelijk
Diepenbroeck en leest u meer over het kleine kasteeltje De Karssenborch, dat ook in Langen
heeft gestaan. Het artikel eindigt met interessante informatie over enkele oude erven in het
gebied.
Het huis Diepenbroeck
Dit huis moet steeds allodiaal bezit zijn geweest
want in geen enkel leenregister is er iets over
te vinden. Dat maakt het extra moeilijk om wat
van de oudere geschiedenis te achterhalen, hetgeen ook
nog geen schrijver is gelukt. Er is slechts bekend dat
er in de 15de en 16de eeuw in de Lochemse regionen
een paar maal een geslacht Van Diepenbroeck wordt
genoemd, maar of die vermeldingen steeds met het
Langense Diepenbroeck in verband kunnen worden
gebracht is nog maar de vraag. Uit de periode tot 1560
weten we het volgende:
Berta van Diepenbroeck
Volgens het boek Bannerheren en Ridderschap van
Zutphen (door W.J. d'Ablaing van Giessenburg)
trouwde zij begin 16de eeuw Dirk van Keppel, Schultis
van Lochem, en sloot na diens dood een tweede hu
welijk met Dirk van Keppel tot Oolde (duivel Derk).
Volgens dezelfde schrijver was Berta een dochter van
Dirk van Diepenbroeck, heer tot Hammincheln en Uland
van Zuylen. We kunnen deze Berta dus niet aanmerken
als een dochter van het Langense Diepenbroeck
(Hammincheln ligt in Duitsland tussen Bocholt en
Wesel). Het is mij uit andere bron bekend geworden
dat kort over de grens bij Aalten ook een kasteel
Diepenbroeck heeft bestaan en nog steeds bestaat.
Verschillende afstammelingen van het geslacht met die
naam hebben zich verspreid over de regio.
De hof te Mingfeld
In het leenregister van Bergh worden enkele beleningen
van dit goed vermeld aan een geslacht Diepenbroeck,
namelijk:
30 juni 1474 Henrick van Diepenbroick, die dit leen
van de Van Keppels in achterleen had ontvangen, wordt
nadat Hermen van Keppel (van de Woolbeek) na de
dood van zijn vader Derick het leen niet had willen
verheffen door den heer van den Bergh, als opper
leenheer, beleend.
4 november 1485 Sweder van Diepenbroick, oudste
zoon van Henrick vnd., na doode van zijn vader.
14 mei 1506 Sander Drost, te Zeynderen, gehuwd
met Marie, de oudste dochter van Sweder van
Diepenbroick, na diens dood, en nadat het leen aan
den leenheer was vervallen.
Het gaat hier om een hof 'in der buerscap van Zwiip
ende in den kirspel van Lochem'. Ik denk dat we hier
een aanknopingspunt hebben voor de bewoning op
Diepenbroeck in Langen en wel omdat volgens een
schattingsregister van Gelre uit het jaar 1494
Diepenbroeck in Langen wordt omschreven met 'goed
van Sweir van Diepenbroick". Dit gegeven corres
pondeert met de gegevens over Mingfeld en dus kun
nen we de namen in de andere beleningen daarvan
gevoeglijk ook voor Diepenbroeck Langen aannemen.
Dit betekent dat we de bewoners van Diepenbroeck
in ieder geval van 1474 tot 1506 kennen.
Van 1474 tot 1485 Henrick van Diepenbroeck en van
1485 tot 1506 Sweder van Diepenbroeck. Ik vermoed
dat zij van de eerder genoemde Duitse Diepenbroecks
afkomstig zijn en dat zij hun huis in Langen ook zo
zijn gaan noemen maar een bewijs voor die stelling
heb ik nog niet kunnen vinden.
De periode na 1560
Vanaf 1561 worden de gegevens over Diepenbroeck
talrijker zodat ik daarvan een reconstructie kan ge
ven.
In het archief van het huis Enghuisen bevindt zich
een overzicht van de genealogie van het geslacht Van
Heeckeren. Het was al bekend dat Joost van Heeckeren
(van Nettelhorst), wanneer hij in 1580 het goed Roderlo
erft, zich Heer van Diepenbroeck noemt. In de ge
noemde genealogie wordt bij deze Joost vermeld bij
maechsch. sal hebben dat goet ten Diepenbroeck
1561'. Het is mij nog niet duidelijk over welk
maechscheid men het hier heeft, maar kennelijk is
Joost van Heeckeren in 1561 eigenaar van
Diepenbroeck geworden.
14
Land van Lochem 2006 nr. 1