zal vergeten: "HELLO ARE YOU
ALLRIGHT'? Huilend vloog mijn
moeder de trappen naar boven op,
onmiddellijk gevolgd door mij.
Vóór ons stond een Engelse sol
daat, met een gedeeltelijk zwart ge
maakt gezicht, geweer in de aan
slag, ons angstig aan te staren. Hij
stamelde nog zoiets als "are there
any Germans around", voordat
mijn moeder hem in de armen
vloog, het geweer kletterde op de
grond, we waren vrij, echt bevrijd!
Het was gewoon alsof ik droomde.
Zijn maat voegde zich bij hem en
mijn vader vroeg, na hem verze
kerd te hebben dat er geen Duit
sers in de kelder zaten, wat we
voor ze konden doen. Ze hadden
dorst en wilden water. Nooit zal ik
vergeten dat toen mijn moeder hem
het glas aanreikte, hij dit teruggaf
met het verzoek eerst zelf een slok
te nemen, (you drink first) kenne
lijk bang dat het water vergiftigd
of besmet zou zijn. Even later was
daar het geluid van rupsbanden op
straat voor ons huis, het waren een
paar zogenaamde Bren carriers,
lichtgepantserde lage verkennings
voertuigen, van boven open. Mijn
vader tilde mij op en naar beneden
kijkend in het donkere binnenste
zag ik een aantal kleine dashboard
lampjes. In een roes riep ik de enige
Vanaf najaar 1944 van de 2e
wereldoorlog moesten de man
nen van 16 t/m 60 jaar voor de or
ganisatie Todt van de Duitsers wer
ken, alleen diegene die voor de sa
menleving werkte of op zijn werk
onmisbaar was, kreeg vrijstelling.
Iedereen probeerde natuurlijk om
hier onderuit te komen (wat lo
gisch was). Als 16 jarige kon ik er
niet onderheen komen, dus moest
ik ook voor de Duitsers werken.
Zo hebben wij in de omgeving van
Lochem langs de wegen buiten de
bebouwde kom éénmansgaten en
de zogenaamde autoboxen gegra
ven. (Ter bescherming tegen lucht
aanvallen door de jachtvliegtuigen.)
Daarna gingen we op de fiets naar
de omgeving van Leesten waar we
met mensen uit andere plaatsen
Engelse zin die ik kende en van
mijn vader al maanden daarvóór
had geleerd: "Have you chocolate
for me"! Uit het donker verscheen
een hand met daarin een reep cho
colade, een al jaren onbekende lek
kernij; ik kon de bevrijding nu dus
ook echt proeven. Dezelfde hand
werd vervolgens op mijn hoofd
gelegd en een stem vanuit het don
ker zei: "YOU ARE A FREE BOY
NOW!"
De Engelsen trokken verder, de
Canadezen kwamen er direct ach
teraan en "nestelden" zich onder
meer in het voormalige hotel
Schoonoord bij ons in de straat.
Voor ons kinderen maakte dat geen
enkel verschil, het waren allemaal
"Tommies" en we vonden het
prachtig. Maar voor ons was de
oorlog nog niet helemaal voorbij,
al dachten wij van wel.
Plotseling vielen er overal Duitse
granaten in onze buurt, onder an
dere één op het oude kerkhof, één
die het dak van onze buren ruï
neerde en één die op een in de tuin
van boven genoemd hotel gepar
keerde jeep insloeg, net toen wij
daar toevallig rondneusden. Wat ik
mij er nog van herinner is, dat ik
het "gefluit" van "incoming" gra
naten hoorde, dat twee sterke
Canadese soldatenarmen mij op-
tankvallen moesten graven dwars
door het landschap (die moesten
de tankvoertuigen van de geallieer
den tegenhouden).
De werkzaamheden werden onder
toezicht van een Duitser van de
Todt verricht. Er waren verschil
lende groepen van +/- 20 mannen
onder leiding van een Todt Duit
ser. De groep waar ik bij was moest
in februari-maart 1945 aan het eind
van de Dr. Ten Brokkel Huinink-
weg in de landerijen een loopgraaf
met daarin een mitrailleursnest gra
ven. Ditzelfde hebben we ook ge
graven aan de Zwiepseweg in het
stuk land tegenover waar het ge
denkteken staat ter nagedachtenis
aan onze bevrijders. Dick Brew, één
van onze bevrijders, heeft aan deze
pakten en de hotelingang in sleur
den waar wij prompt over andere
vluchtende lichamen heen vielen.
Vervolgens een enorme knal, veel
stof en na enige tijd het gekreun
van een gewonde soldaat die de
zelfde ingang werd binnengedragen
op een brancard, het bloed gutste
uit zijn buik.
Dit is dus oorlog dacht ik, zo jong
als ik was.
Vijftig jaar later in het voorjaar van
1995, zit ik met mijn vriend (ex-
korporaal) Joe Thomas van het
Somerset Light Infantry Regiment,
toen 70 en nu inmiddels 80 jaar
oud, op het terras van restaurant
Mondani aan de Graaf Ottoweg
een kop thee te drinken. Wij pra
ten over "toen", lang geleden, Hij,
een angstige Engelse korporaal van
20 jaar ergens in de Hoge Enk; ik,
een angstig Nederlands jongetje
van negen jaar een eindje verderop
in een kelder. Wij hebben het bei
den overleefd. Ik wijs naar de
Graaf Ottoweg vóór ons en zeg:
"50 jaar geleden zijn jullie hier langs-
getrokken". Hij kijkt mij wat ge
amuseerd aan en antwoordt grin
nikend: "They did not serve tea
then, Robert"!
Er rolt een traan langs mijn wang.
Rob Prette
loopgraaf zijn leven te danken, hij
is er tijdens de gevechten die daar
zijn geweest in gedoken.
En nu de laatste en spannendste
werkdag voor de Duitsers. Zater
dagmorgen 31 maart 1945 om 7.00
uur liep ik met andere mannen uit
onze straat naar de markt (het
verzamelpunt). Onderweg naar de
markt konden we merken dat er
toch iets aan de hand was, want
er waren toen al Engelse jacht
vliegtuigen in de lucht en een buur
man hadden ze 's nachts opgehaald.
Hij had aan de spoorlijn gewerkt,
want de spoorlijn hadden ze vrij
dags gebombardeerd, die moest
weer recht gelegd worden (dit was
voorbij de Armhoede, richting
Markelo, gebeurd). Er stond bij het
Het laatste halfjaar voor de bevrijding
15
Land van Lochem 2005 nr. 1