Hoera een drieling
(uxtS^JL -fcvi,
u4$TiU
Feike Reitsma en Frans Steijnen (Foto's Feike Reitsma)
Blijde gebeurtenissen kunnen ook hun schaduwzijde hebben. Het is in de 18e eeuw in Lochem
tweemaal gebeurd dat er een drieling werd geboren. De eerste keer, waarover deze bijdrage
gaat, was in 1736. De tweede keer was in 1755; toen werden er twee jongens en een meisje
geboren. De hieronder volgende acte, die zowel in het originele als in het machineschrift is
uitgeschreven in de spelling van toen (1736), komt uit het Oud Archief Lochem (Notulenboek
stad Lochem Inv. No: 4). De acte is opgemaakt op 10 januari 1736.
Weledele en Achtbare Heeren, bijsondere
goede vrinden, en mede broederen.
Uijt nevensgaende bijlage zullen U Weledele en
Achtbaarheden kunnen vernemen, wat ons
op den 10den deses door eene onser borge-
ren, namentlijk Jan Zwavink is voerge-
dragen en versogt geworden. En alde-
wijl des anderen daags, offte den 11den
daar aen volgende, die daar bij gemelte
drie kinderen gedoopt moesten worden,
soo hebben wij voor de besoigne(1daar
over gevallen, geen tijdt gehadt, U Weledele
en Achtbaarheden sentiment(2) dien aangaande
te kunnen innemen, ook considerende(3)
dat 't geen saak van groot belang was,
is bij ons daar over geresolveert(4), als uijt
opgemelte bijlage met meerderen kan wor
den vernomen, waar toe ons referende,
bevelen wij U Weledele en Achtbaarheden in de protectie(5)
der Allerhoogsten, en verblijven.
Weledele en Achtbaar heeren bijsondere
goede vrinden en medebroederen
Uwedele en Achtbaarheden bereijtwillige
burgemeesteren schepen en raden der
stadt Lochem.
Ter ordonnatie van deselve
H. Thomasson, secretaris.
yy 0?t{/
■ér (tUMÉÖ
C&~iQét$
v-x-r*ér
'jj
Met dit briefje bracht de secretaris der stad Lochem Herman Thomasson de afwezige burgermeesters op
de hoogte van het volgende besluit (het was immers geen zaak van groot belang):
0-l
"(F-u-n.
fvt«\
«-t
Land van Lochem 2004 nr. 1