was je dan verder de hele mid
dag zoet mee. Er was nog geen
ranja of dergelijke drankjes. In
de hotels had men spuitwater
en flesjes met frambozen- en
citroenlimonade. Maar een z.g.n.
kogelflesje kostte 15 cent, nogal
prijzig voor die tijd. Als ik met
mijn vader en moeder 's zondags
ging wandelen, gingen wij bij
Hotel de Luchte in de tuin zitten.
Vader en moeder dronken bier en
ik kreeg een klein glaasje op voet
met suiker, dus bier met suiker,
voor 5 cent. Grote glazen kostten
een dubbeltje. Dat was omstreeks
1900.
Stoomcarrousel
En als tegen de Kermis de stoom
carrousel van Jan Vier (Janvier)
in Lochem kwam, wat was dat
een feest. De staanplaats was op
de Kleine Markt tegenover het
Politiebureau. De carrousel werd
in beweging gebracht door in het
midden een grote stoomketel te
plaatsen, een zwarte machinist
ervoor, die ieder ogenblik de
deur van de ketel opengooide,
waardoor je zo in een groot vuur
keek, dat hij met steeds nieuwe
kolen brandend hield. Had je
een keer of 4 - 5 rondgedraaid,
trok hij aan de ketting van de
fluit en de molen stond stil. Drie
paarden, verschillend in grootte
stonden op een rij, gingen om
beurten voor en achteruit. Ook
had je schuitjes om in te zitten
die rond hobbelden. En dan dat
orgel, oh, wat was dat mooi en
de hele sfeer met de serpentines.
Het was omstreeks 1905. Ik
kreeg voor de hele dag 40 ct. om
een twaalfrittenboekje te kopen,
dus zuinig zijn. Een heel enkele
keer gaf iemand je wel eens een
vrijkaartje. Voor de tent stonden
grote beelden, mooie dames die
een stokje in de hand hielden
waar ze dan de maat van de mu
ziek mee aangaven.
Op het ogenblik, in 1975, is
er nog één zo'n stoomcarrou
sel in Nederland, en wel in
Noord-Brabant op de Efteling,
een amusementspark. Jammer
22
dat deze leuke dingen verloren
gingen en plaats moesten maken
voor dat gejengel van tegen
woordig. Je had van binnen één
schittering van rood fluweel met
glinsterende doeken met veel
kralen en dan nog overal spiegels
en schilderstukken van allerlei
voorstellingen, soms gewaagd
voor die goede oude tijd, toen
verschillende delen van het li
chaam nog zeer serieus bedekt
moesten blijven. De rokken reik
ten nog tot de grond, iets korter
heetten ze voetvrij. Maar owee,
als je de enkels zag. Dat was zeer
onbehoorlijk.
Kerkdijkje
Vroeger had je een mooi plant
soen tegenover Hotel Bak. Rechts
ging een weggetje naar het hoge
bruggetje. Daaronderdoor liep de
Berkel, in de volksmond heette
dat het verlaat (in dialect 't ver-
laot). Daar werd de waterstand
geregeld met sluizen. Als je die
waterwerken voorbij was, kwam
je op het Kerkdijkje. Toen ieder
een nog lopen moest gingen de
Ampsense boeren erover naar de
kerk of ook om boodschappen te
doen in Lochem. Het was tevens
de rechtste weg naar het station,
dat een twintig minuten van de
stad af lag.
De oorzaak was, dat de trein over
land van Baron van Nagell moest
rijden. Goed, zei de Baron, je
kunt de grond krijgen, maar ik
wil zeggen waar de trein komt te
lopen, dicht bij het kasteel, ten
gerieve van hem. Maar de Lo-
chemers hebben er de last maar
van gehad.
Langs het Kerkdijkje lagen
mooie vruchtbare weiden, vol
mooie koeien. Toen kwam echter
het Twentekanaal dat gegraven
moest worden. Daar moesten de
weiden voor verdwijnen. Langs
dat kanaal kwamen fabrieken en
zo werd het een en het ander een
gedeelte van Lochem dat onher
kenbaar was voor ieder die er niet
geregeld kwam, zoals de schrijf
ster van deze dingen. Het Kanaal
is bijna 50 jaar geleden gegraven.
Er kwamen bruggen op afstanden
en daarna water en scheepvaart.
Dat bracht toen wel een vermeer
dering van arbeidsgelegenheid,
want er werd veel zand, cement
en grind aangevoerd en gelost.
Dramatische gebeurtenissen
In 1925 trok hier bij een onweer
een cycloon over. Het werd
donker als in de nacht. Geluk
kig werden wij hier gespaard.
Borculo werd echter verwoest.
Wel een wonder dat er maar twee
mensen de dood vonden bij deze
ramp.De wind had zo'n onge
looflijke kracht, nam alles mee,
spoorwagons, resten van huizen
werden veel verder weer neer
geworpen.
Met enige schroom vertel ik het
volgende.Op de markt, waar
vroeger Dullaert winkelde en
nu Köller zijn kantoor heeft,
woonde vroeger in een betrek
kelijk eenvoudig huis de Joodse
familie Bachrach. Hij was op de
boterfabriek de Cloese controleur
voor de Joodse koosjere boter. Zij
hadden een zoon die heel ver in
de studie was, welke studie weet
ik niet, maar hij was totaal over
spannen. In die toestand kwam
hij bij zijn ouders in Lochem op
bezoek. In de gang ontmoette hij
zijn vader, die hij met een bijl van
het leven beroofde. Daarna ging
hij naar boven, waar zijn moeder
in bed lag. Haar trof hetzelfde
lot. Hij werd direkt gevangen
genomen en in het politiebureau
ingesloten. Geen wonder dat
heel Lochem in paniek was en
de markt de hele dag druk be
zocht werd. Het gebeurde in het
begin van deze eeuw, ongeveer
in 1904-05. Hij is later in een ze
nuwinrichting gebracht. Droevig
verhaal, ook uit de oude tijd.
Tol
Vroeger had men op talrijke
plaatsen over de rijkswegen een
tolboom met een huis erbij voor
de tolbewaker en zijn gezin. Die
tolboom moest hij dan openen
als er een paard en wagen voor
Land van Lochem 2002 nr. 2