natura, bijvoorbeeld de opbrengst
in haver van een bepaald stuk
land. Opgeteld komt de waarde
volgens de akte uit op "triginta
unius florenorum Arnhemen-
sium", oftewel 31 Arnhemse gul
dens, ongeveer het jaarloon van
een ongeschoolde knecht.
In een akte uit 1494 in de volks
taal is sprake van golden Riinsch
gulden, golden Arnemsche gul
den en een olden schilt.
De oudste akte waarin de term
gulden voorkomt, dateert van
1401. Gheerd en Bate Amekingh
dragen met goedkeuring van hun
zoon Sweder op 29 augustus van
dat jaar één nieuwe Gelderse gul-
den per jaar over aan de kerk voor
het houden van memoriën, en
doen daar op 4 juli 1402 nog één
vette gans 's jaars bij.
Het type gulden wordt steeds
nauwkeurig gespecificeerd, en
dat was ook nodig, zoals u nu wel
duidelijk zal zijn. Rijnse guldens
worden het vaakst vermeld.
Een interessante munt komt nog
voor in een akte van 9 oktober
1562, "am avonde Victoris",
waarin stadssecretaris Gerryt mr.
Dirxs en zijn vrouw Hermanna
een rente van zes Gelderse rijder
guldens per jaar overdragen aan
heer Joest Hoeyer, vicaris van
Sint Antonius.
Deze rijder guldens zijn geslagen
tussen 1509 en 1538 onder Karel
van Egmond. Op de voorkant is
een rijdende hertog afgebeeld,
vandaar de naam. Zie afbeelding
hierboven.
8
Afbeelding 6: Gelderse snaphaan, een
zilveren munt met dezelfde beeldenaar
als de gouden rijdergulden, namelijk de
hertog (Karel van Egmond) te paard.
Afbeelding 7: Bij wijze van afscheid enkele moderne guldens. De munt met Beatrix uit 2000 (in gebruik genomen bij
haar troonsbestijging in 1980) is echt van het type nieuwe zakelijkheid: geen wapen meer en ook geen volledig profiel
van de vorstin. De "moeder-en-dochtergulden" uit 1980 heeft nog wel een wapen aan de keerzijde, maar de
Julianagulden uit 1977 vertoont echt een klassiek wapen met veel details. De laatste munt is een zilveren tientje,
geslagen ter herdenking van 25 jaar bevrijding. De ene zijde bevat het standaard-portret van Juliana, de andere zijde
toont Wilhelmina.
Literatuur
Beek, Bert van e.a. Geld door de eeuwen heen. Geschiedenis van het geld in de lage landen. Amsterdam 1984
Beek, EJ.A. en J. Fortuyn Droogleever. Geslagen te Zutphen. Zutphen 1990
Gelder, Enno van. De Nederlandse munten. Utrecht 1970 (4e druk)
Maris, A.J. "Kerkelijke stichtingen in Lochem". In: Bijdragen en Mededelingen Gelre. XXXVIII (1935), p. 81-132
Meyenfeldt, Fokkelien von. "Voor de stadsbrand (3). Een bloeiend bedrijf: de Lochemse kerkfabriek". In: Scholtampt van Lochem
46, 1999-1, p. 29-32
Meyer, G.M. de en E.W van den Elzen. "Wel en wee van Gelres geld. Munten en muntkoersen in de 14e en 15e eeuw" In:
Bijdragen en Mededelingen Gelre. LXXI (1980), p. 19-50
Pieters, G. en R. van Schaïk. Fiskaliteit en sociaal-economische evoluties in het kwartier van Zutphen tijdens de 15e eeuw. (Offset, 2 dln.,
Nijmegen 1974-1975). Een exemplaar van dit werk is aanwezig in de bibliotheek van het Stadsarchief van Zutphen en in die van
het Rijksarchief in Gelderland te Arnhem.
Archieven
Archief van de Sint-Gudulakerk te Lochem (Rijksarchief in Gelderland)
Archief van het Walburgkapittel (Stadsarchief Zutphen), o.a. het "Liber camerae capituli Zutphaniensis te Zutphen". Dit boek
bevat 16e-eeuwse afschriften van veel oudere akten (van 1059-1577), die vaak ook Lochem betreffen.
Hertogelijk Archief, invnr. 699 (Rijksarchief in Gelderland)
Foto's
De afbeeldingen 2 - 5 zijn overgenomen uit Geld door de eeuwen heen (p. 53, 56, 58 en 68) en gefotografeerd door Kees Jansen uit de
collectie van het Koninklijk Penningkabinet te Den Haag.
Afbeelding 6 komt uit De Nederlandse munten (p. 62), foto van P Brouwers uit de collectie van het Koninklijk Penningkabinet te
Den Haag.
De afbeeldingen 1 (ecu 1999) en 7 zijn gescand door de auteur.
Land van Lochem 2002 nr. 1