16 Augustus 1851. A0. 55 NIEUWS- E\ ADVERTENTIE-BLAD MM ULEIDOSKOOP ZWOLLE, ÖEVENTTEÏS ZEWSIEIVAPELDOORN. Dit blad verschijnt geregeld alle Zaturdagen. De prijs van het abonnement is voor Zwolle, Deventer. Zutphen en Apeldoorn 73 cent in de drie maanden- overal elders franco per post8T/2oeot. Allo pott- kontoren ucmon bestellingen aan. Do prijs dor Advertentiën is van dén tot vijf regels 50 cent, en 10 cent voor olkcn meerderen regel, be halve 33 o eat zegolregt bij iedere plaatsiog. De AdverlentiCn moeten vóór Vrijdag middag vier uur ter Drukkerij te Deventer zijn ingezonden. Alle toezendingen voor dit blad bestemd moeten franco geschieden, hetzij door bemiddeling der Post kantoren, of te Zwolle bij W. E. J. Tjeenk Willink; DeventerA. Tbb Gurne; ZutphenJ. II. Mellink; Apeldoorn, B. Gunning. Zwolle, 11 Augustus. Jl. Vrijdag is ZExc. de Minister Thorbeckc met de Kam per stoomboot alhier aangekomenen heeft bij den commis saris des konings, die hem aan het Katerveer had ontvan gen, zijn intrek, genomen. Den volgenden morgen was er gelegenheid voor hen, die daarin belang stelden, om hunne opwachting bij ZExc. te makenwaarvan door een aantal commissienautoriteiten en particulieren gebruik werd ge maakt; 's middags was er een diner bij den commissaris des konings, waarop een aanzienlijk getal gasten was genoodigd. Eene sierlijke en hartelijke toast van den commissaris des ko nings op den minister, werd door dezen onmiddelijk beant woord met een echt constitutionelen en warmen dronk op Z. M. onzen geëerbiedigden en beminden koning. Nog wer den een aantal toasten ingesteld door verschillende gasten waaronder die van Z. Exc. op deze zijne geboortestad, waar hij de assche zijner ouderen terug vond op allen eenen die pen indruk maakte. Des avonds bragten de leden der burger-societeit de Har monie bij fakkellicht eene luisterrijke serenade aan den grooten staatsman, die de tegenwoordige orde van zaken in het va derland heeft in het leven geroepen waarbij vooral de mid denklasse der bevolking het meeste belang had, ten einde in de verkrijging van reglen en vrijhedenhaar te lang door eene verouderde staatkunde onthouden de middelen te vin den om zich vrij te kunnen ontwikkelen, zoowel door haren invloed op de vertegenwoordiging des lands, der provincie en der gemeente, als door de erkenning van die beginselen van vrijheid, die in toepassing van lieverlede moeten leiden tot eene ruime en onbelemmerde ontwikkeling van eigen krachten. Drie der bestuurders van die sociëteit, de Heeren L. N. Schuurman, H. Krooneman en J. D. van Ketwich Verschuur bragten aan Z. Exc. in genoemden zin de gevoe lens van hulde en dankbaarheid over van de ledenmet hunne beste wenschen voor hemzelvcn cn voor het Vaderland, dat onder de regering van een koning, die zoodanige beginselen in zijn ministerie huldigde, ongetwijfeld tot een hooger trap van welvaart en bloei moest geraken. Op de minzaamste en hartelijkste wijze werd deze hulde door Z.Exc. ontvangen en beantwoord: hij gevoelde zich uitstekend gelukkig in de stad waar Hij was geboren en tot zekeren leeftijd was opgevoed met zooveel deelneming te worden ontvangen; hij zag daarin een tegenbewijs van de meening van sommigen dat de staat kundige werkkring altijd eene ondankbare taak zoude zijn, en de dag van heden telde hij ook daarom onder de geluk kigste zijns levens; hij had steeds de overtuiging gehad, dat handel en nijverheid opbeuring behoefden, en dat daartoe slechts vrijheid noodig was, omdat zij in zich zeiven kracht genoeg bezaten om, na de opheffing van noodelooze en scha delijke belemmeringentot voldoende ontwikkeling en bloei te geraken; en dit was ook de grens van de taak der rege ring, die door de wetgeving slechts kon beginnen, wat de natie zelf moest opbouwen en voltooijenenz. Na afloop der serenade keerden de leden en de muzijk naar het gebouw der sociëteit terug, waar de commissie uit het bestuur verslag deed harer zendinghetwelk met groot welgevallen werd aangehoord, en met luide toejuichingen van »leve de koning, leve Thorbecke werd beantwoord waarna de fakkels wer den gedoofd en de muziek eindigde. Zondag heeft ZExc.begeleid door den commiss. des konings en den hoofdingenieur de Dedemsvaart en de Ommerschans bezocht en zal, naar men verneemt, heden nog eenige merk waardigheden in deze stad en omstreken gaan zien en daarna morgen zijne reis naar Drenthe, Groningen en Vriesland ver volgen. Is Zwolle er trotsch op het leven te hebben geschonken aan den schepper van zooveel goeds in den staat, als Thor becke reeds heeft daargesteldde dankbaarheid cn de sympa thie der bevolking van geheel het vaderland zullen hem voor zeker op zijne verdere reis overal begroeten. Naar men verzekert zou uit het, door de commissie van rapporteurs opgemaakte verslag nopens het aan de Tweede Kamer der Staten Generaal aangeboden wets-ontwerp tot hef fing eener belasting op de renten van kapitalen, niet be staande in onroerend goed, noch aangelegd tot cenigen tak van nijverheid, blijken: 1) Dat die commissie, met eene meerderheid van 4 stem men tegen 1, van oordeel is, dat het bestaande belastings stelsel wel verbetering maar geene radicale hervorming be hoeft. 2) Dat zij zichmet eene meerderheid van drie tegen Iwee stemmenniet heeft kunnen vereeuigen met de door de Re gering voorgestelde wijzigingen. 3) Dat zij van oordeel is, dat er aan geenc afschaffing van belasting kan worden gedachtzoo lang men niet verze kerd is een ander middel in de plaats te bezitten. 4) Dat, al ware dit echter het geval, dan nog de belas ting op de brandstoften niet het eerste in aanmerking kon komen. 5) Dat, indien men daartoe overging, de accijnscn op het gemaal, althans wat de rogge betreft, en die op het geslagt voor zooveel de varkens en schapen aangaat, in de eerste plaatst in aanmerking zouden bchooren te komen. (Slechts een lid moet voor de afschaffing van den accijns op do brandstoffen in de eerste plaats gestemd geweest zijn.) 6) Dat de voorgedragene belasting op de renten geen be hoorlijk aequivalent daarstelt. 7) Dat de meerderheid begreep dat het uitschrijven der be lasting op de renten zou strijden met art. 173 der grondwet. 8) Dat die belasting niet beschouwd wordt als eene bil lijke en met de lessen der staathuishoudkunde overeenstem mende regeling van het belastingstelseldaar men bij het voorstel slechts op het oog heeft céne klasse van ingezetenen de zoogenoemde renteniers, te treffen. 9) Dat de meerderheid er groot bezwaar in heeft gevon-

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1851 | | pagina 1