MEliWS- m
mm
ADVERTENTIE-BLAD.
20 Julij iOol
N°. 50
KALEID0SK001'
ZWOLLE, DEVENTER
Dit blad verschijnt geregeld alle Zaturdagen. De
prijs vbd het abonnement is voor Zwolle, Deventer,
Zutphen en Apeldoorn 75 cent in do drie maanden;
overal elders franco per post8T/aceut. Alle post
kantoren nemen bestellingen aan.
De prijs der Advertenli&i is vüd óón lot vijf regels
50 cent, en 10 cent voor olten meerderen regel, be
halve 53cent legelregt bij iedere plaatsing.
Dc Mfiaiisècs* v<ibb Jrastatae en zijaae voox»stcOcii
Toen het tegenwoordig ministerie gevormd werd, was de
spanning, of de heer Thorbecke er toe zou behooren of niet,
zoo geweldig, dat men ter naauwernood dacht aan de overige
kandidaten. De partij echter, welke den heer Thorbecke tot
eiken prijs had willen werendoch het eindelijk moest opge
venvond zich ecnigzins getroost, dat ook. de heer Neder
meijer van Rosenthal lid van het ministerie zijn zouen
meende in hem een tegenwigt tegen den gevrcesden radikaal
^evouden te heöhen. Zij deden dan ook hun best hem op
den voorgrond te stellen en beproefden of zij het nieuwe
ministerie naar hem het ministerie Rosenthal of ten minste
gecombineerd het ministerie van Roscnthal-Thorbecke zouden
kunnen doen noemen.
Ook de liberalen hadden vrede met deze keus, daar de
heer Nedermeijer in de Tweede Kamer zich nog al aan dc
vrijzinnige zijde had gehoudenen tot de opgemerkte spre
kers der Kamer behoorde. Kende men dan de overige minis
ters, behalve dien van Financiën, niet, van den heer van
Rosenthal had men, wij weten niet waarom, nog al eenigen
dunk, en voedde van zijn bestuur veel verwachting, in t
bijzonder wat de samenstelling der organieke wetten aanging,
die uit zijn ministerie moesten voortkomen.
Geen der ministers heeft de verwachting zoo zeer teleur ge
steldis zoover beneden dc van hem gekoesterde opinie ge
bleven, dan de heer Nedermeijer van Rosenthal. De eerste
grief, welke tegen de ministers werd opgeworpen, was traagheid,
wijl zij niet dadelijk met nieuwe ontwerpen van de organieke
wetten te berde kwamen. Toen was die klagt nog onbillijk;
maar lang nadat dc andere ministers, bijzonderlijk die van
Einnenl. Zaken en van Finantiën door eene menigte inge
diende ontwerpen hunnen ijver cn werkkracht hadden doen
bewonderen, bleef dit verwijt tegen den Minister van justitie
in volle kracht, cn bekwam het eene groote mate van bil
lijkheid. Eindelijk werden dan ook door hem belangrijke wet
ten aan de Kamer aangeboden maar het was, of dc een al dui
delijker dan de andere tc kennen gaf, dat de heer Neder
meijer tegen de gewigtige taak van wetgever niet was opge
wassen. Een brcedeveel omhalende arbeid, maar zonder
eigen gezigtspuntenzonder overeenstemming met het natio
naal karakter. Het was hierom vooraldat zijne voorstellen
zoo binnen als buiten dc kamers zoo weinig sympathie, of
liever zoo veel afkeuring vonden. Aan ijver heeft het bij de
zaraenstelling blijkbaar niet ontbroken; eene massa bronnen
is bijeengehaahl en gelezen. Maar het gelezene is niet omge
werkt, niet verduwd, niet op onze toestanden toegepast.
Dc menigte lectuur heeft 'niet beleerd, maar overladen.
Men- vergelijkt zulle een arbeider niet ten onregte bij eene
lamp met eene te dikke pit: zij verslindt veel olie, doch
geeft meer walm dan licht.
Dit alles is ook in ruime mate toepasselijk op het laatstelijk
behandelde voorstel van dezen Minister over Vereeniging en
"Vergadering. Het had dan ook weinig goedkeuring mogen
verwerven, en toen de beraadslagingen over de algcmeene
strekking geopend werden, was er slechts één spreker, die
ten voordeele sprakterwijl door de overigen dc ondoelmatig-
ZSJTPHEIVAPELDOORN.
De Advertentióa moeten vóór Vrijdag middag vier
uur ter Drukkerij te Deventer zijn ingezonden.
Alle toezendingen voor dit blad bestemd moeten
franco geschiedenbetzij door bemiddeling der Post
kantoren, of te Zwolle bij W. E. J. Tjeesk Willisk;
Deventer, A. Ter Gcksb; ZutphenJ. H. Meéuxk:
Apeldoorn, B. Gv.vnjcïg.
heid, de veronachtzaming van het Nederlandsche volkskarak
ter en vooral het drukkendezoodat de Napoleontische be
palingen er bij vergeleken zeer liberaal warenzoo duidelijk
werd aangetoonddat erin weerwil van de breedvoerige
verdediging des Ministersgeen twijfel kon bestaanof het
ontwerp zou door de kamer verworpen worden.
Ik dezen stand van zaken komt de heer Poortman met,
zoo het heette, een amandement en eenige andere, welke
daaruit noodzakelijk volgen moesten, voor den dag, waarbij
het voorstel des Ministers geheel ter zijde geschoven wordt
en werkelijk een nieuw voorstel ontstaat, zoodat dan ook de
kamer begreep, dc araandementen eerst in de afdeelingen te
moeten onderzoekenvoor zij in openbare behandeling kon-
den komen. Het geschiedde, en toen de openbare beraadsla-
gmg hervat was, verklaart de Minister van Justitie zich met
die amanderaenten te kunnen vereenigenOnder de menig
vuldige grondvragen, welke bij dit onderwerp te pas komen,
is er één namelijk of de wet ook voorzorgen moet bevatten
tegen mogelijk misbruikdan of zij zich bepalen moet tot
het straffen van zulk misbruik. Dit laatste is het denkbeeld
van den Ministerde heer Poortman heeft het behouden,
derhalven is er geen strijd van beginsel! zoo redeneert hij.
De heer Nedermeijer heeft hier eene eigenschap bloot gege
ven die al zeer weinig in een staatsman tc pas komt, eene
groote mate van zwakheid. Eene kittcloorigheïdals de
Minister van oorlog bij zekere gelegenheid aan den dag leide
die van het verwerpen van een amandement den afstand van
zijne portefeuille afhankelijk maakte, doet zeker glimlagchen
maar zoo weinig eerbied voor zijn werk cn dat nog wel
over zulk een hoogst belangrijk onderwerp, te hebben, dat
men het onbewogen aanhoort, dat het van het begin tot het
einde wordt doorgehaald cn afgekeurd, dat het door oen lid
der kamer, om den Minister te helpen, met een nieuw voor
stel wordt op zijde gezet, dat moest voor een man van ka
rakter te veel zijn.
Meermalen reeds is aangekondigd wanneer zijne voorstellen
binnen en buiten de vertegenwoordiging zoo ongunstig wer
den opgenomen, dat de Minister van Justitie zijne betrekking
zou nederleggen. En, zou men zeggen, wat is natuurlijker,
dan dat een Minister, die blijkbaar aan de eischcn zijner be
trekking niet voldoen kan, aftrede, en door een ander ver
vangen worde, die het op zijne beurt beproeve? In weer
wil hiervan werden zulke geruchten telkens gelogenstraft,
en bleef de minister van justitie zijne portefeuille behouden.
Zelfs nu, terwijl het bedenkelijk werd, of de poging van den
heer Poortman om den Minister voor eene nederlaag te vrij
waren wel gelukken zouen er eene nieuwe poging moest
gedaan worden om den lieer Nedermeijer te redden, door
namelijk te bepalen dat dc verdere behandeling van dit on
derwerp in deze zitting niet nicer zal plaats hebben dc
eene onregelmatigheid na de andere hoort men nog van
gecne aftreding. Er schijnt in den politieleen toestand van
ons ministerie iets te zijnhetwelk den heer Nedermeijer
voor dc instandhouding van hetzelve onmisbaar maakt.
Dit zij echter hoe het zijblijkbaar is hetdat het te rs
Gravenhage niet is, zooals het wezen moest.