Ill
y\
f 'èUn!)e)iolene maatregelen van v&rligiing mogen tot eene vol-
^róeii^^verkl^rinjg-.stretkdh".,jykarom wij het geheel van het
c ^hafec-i3n s aJs waarvan die maat-,
minder tegenzin opvatten
ZletSchoon het blad voorzigtig een slag om den
arm houdt, toch duidelijk de ingenomenheid met het voorstel
"door de voorzigtigheid heen schemeren. Het is of het dacht,
de Arasterdamschc effectenhandelaars en houders spuwen
er vuur en vlam tegen, maar de billijkheid en het nut loopen
zoo sterk in 't oog dat zij er zich ditmaal niet tegen zullen
durven verzettenen ik er alzoo straffeloos mij voor zal
kunnen verklaren. Maar het was mis gerekend. De Amstcr-
damsche beurslui even als onze aristocratie, zijn voor geen
kleintje, als billijkheid en nut, vervaard. Er had zeker voor
het Handelsblad geene minder heftige verdringing van de
beurs op gezeten, wanneer het voort had durven gaan met
het goede op te geven; en in zijn Dommer van 2 April haast
het zich zijne opinie terug te nemen en nederig excuus te
verzoeken. De ontwerpen, zegt het, hebben even groote be
denkingen tegen zich als die van 1848, en 18-19, behalve dat
die nu veel zwaarder wegen wijl er geene buitengewone be
hoeften bestaan. Het geheel laboreert aan volstrekt onover
komelijke gebreken. \Yare de afschaffing van turf- en steen
kolen-accijns en vermindering van tonnegeld ons lief en aan
genaam geweest, wij bespeuren toch ten duidelijkste, .dat,
op verren afstand het daarvan te wachten nut niet in ver
gelijking komt met het schroomciijk nadeel der hoogst onre
gelmatige belasting van renten, waartoe men ons met dit
plan zou willen brengen eene belastingdie eene zoo ver
woestende werking dreigt uit te oefenen op de zedelijkheid
op het nationaal crediet en op een aantal bronnen van volks
bestaan tevens dat wij berouw zouden gevoeten in ons eerste
artikel- nog eenige aarzeling te hebben aan den dag gelegd,
als wij niet overtuigd waren dat redelijk denkenden het in
ons billijken zullen, dat wij, in plaats van driftige veroor
deeling van een ministerieel plan, liever daaraan een bedaard
oordeel hebben willen wijdenalvorens ons gevoelen uit te
spreken
]NTu, die hem nog geen excuus geeft, heeft een hart van
steen Maar ieder zat gevoelen dat de argumenten zoo hij
er al aanvoert van zulk eenen wankelenden of draaijenden
Te YVilhelmsbad bij Hanau (zoo althans een frankforter
beursberigt ons niet bij den neus heeft) zal eene manier van
varkens-mesten worden ingevoerd welke in discrediet was ge
raakt, maar even wei groote voordeden moet opleveren. Er
zal namelijk eene speelbank worden gehoudeuen wel door
hamburger bankiers, welke, onder die voorwaarde, geld
zullen schieten aan Hassenpflug. Deze groote staatsman al
dus ook toonende in de landhuishoudkunde doorkneed te zijn
heeft daardoor nieuwe blijken geleverd van zijn vernuft. De
spoeling zal worden aangedragen door aristocraten en gekken
hetwelk grooten overvloed belooft, en alles behalve vastendag
soep. Zoo kan een groot landhuishoudkundige zelfs in het
commerciële Hamburg teregt, als hij er maar den weg kent,
en het weet aan te leggen. Er zal misschien ook voor Ham
burg een kluifje van overschieten, zoodra dc vetgemeste
pronkstukken het lijdelijke met het eeuwige zullen hebben
verwisseld.
i Als men alle ondernomene kolonisatien en afzonderlijke
nederzettingen nagaat, dan zouden de Hollanders de geschikt
ste Europeanen zijn, oui Brazilië te koloniseren. Zij Yereeni-
gen nagenoeg alles in zich om met goed gevolg tegen de
moeijelijkheden aan dergelijke ondernemingen verbonden te
worstelen. Zij zijn matig van levenswijze, spaarzaam, ver
standig, begaafd met veel moed en een geduld tegen alles
beproefd." Dit zegt de heer Emile Adct in zijn «Brasilië en 1850."
Deze bijzondere geschiktheid hebben wij Hollanders niet te
danken aan onze luchtgesteldheid of andere tijdelijke natuur-
oorzaken van ons landje dat door ééne bui in zijne geheele
uitgestrektheid kan beregend worden.
Matig moet er geleefd worden door de lagere klassen, om
daardoor de belastingen te vinden, die ten allen tijde in eene
omgekeerde, verhouding tusschen rijk en arm zijn geheven ge
worden. Verstand was er noodig om zoo te leeren leven niet
alleen, maar ook om een middel van bestaan te vinden. En
om dit gedurende zijn leven vol te houdenonder miskenning
en verdrukking van zijne rrieerderenwas veel moed bij groot
geduld onmisbaar. Deze nooddeugden", van geslachte op
geslachte in werking, hebben een nationaal karakter voor de
lagere klassen gevormd. Landbouwers, handwerkers, die
niet wilt of kunt blijven bestaan in uw Vaderland onder den
ongelijkmatigen en daardoor juist ha Lel ij k en druk der
belastingen; visschers, die nog te veel eergevoel bezit oru
rustig op onregtvaardige premiën te treeren die andere klasSen
van arbeidslieden moeten opbrengen, gaat naar Brazilië, men
kent daar uwe waarde en biedt u een ruim bestaan aan;
ook uw eigen klimaat kunt gij kiezen.
Gij uitgemergelden onder hen, gaat bij uwe «broeders van
rijkdom in portefeuille", zegt hun: Genadige Tleer! mijne
15% tegen uwe 2% op ons inkomen vielen mij te zwaar om
langer te kunnen opbrengen, geef mij een reispenning naar
Brazilië, misschien maakt gij daardoor in mij en mjjne familie
eenmaal zoovele communisten minder in dc wapens."
Ingezonden
Sedert zijne eerste beoordeeling van het ontwerp van wet
ter belasting van inkomsten schijnt bij het Handelsblad de
wind uit een' anderen hoek te hebben gewaaid. Zouden
ouder die Honderden Ingezonden stukkendie (lat Blad zegt
legen die wet ontvangen te hebben, na zijne eerste beoordee
ling er vanook eenigen zijn, die het om der wille van het
smeer ontzien moet. Vele menschen laten zich is hun
eigenbelang in het spel gemakkelijk overhalen. Wat Re-
daktiën doen weet ik niet maar die van het Handelsblad
heb ik nooit om hare regtschapenheid en consequentie hooren
prijzen.
Het zoude mij niet verwonderen dat de meesten van die
honderden schrijvers tegen die wet op bovenhuizen kamers
in alle gevallen bij anderen inwonen zonder andere nuttige
bezigheid dan hunne couponnen te knippen'; en dat de slot
som vau al hunne redeneering is: dat het Gouvernement
geen regt heeft, ja, dat het trouwbreuk is, om 3 pCt van
de coupons in te houden enz.
Maar ik als patentpligtige? Zonder nog de minste verdien
den te hebben durven maken moet tk een patent betalen
dan eerst mag ik mijn kapitaalswaarde onder de menschen
wagen, om als het mij mede loopt de kosten van
petent, en mijn onderhoud enz. er mede te verdienen.
Heb ik bij voorbeeld voor de maand Mei, een knecht meer
der noodig, dan moet ik een vol jaar voor hem betalen.
Dit is zeker in t oog dier couponknippers enz. niet meer dan
regt en billijk! Welke waarborgen geeft de grondwet echter
niet? Maar... la raison du plus fort est toujours lameilleure!
De commissie van rapporteurs over hel ontwerp van gemeente
wet heelt haar groot en veelomvattend verslag uitgebragt.
liet blijkt daaruit, dat de gemeentewet in de sectien de
goedkeuring der groote meerderheid heeft weggedragen. Het
heeft evenwel in het voorloopig onderzoek niet ontbroken aan
warme bestrijders. Maar naar luid van het verslag wisten deze
laatsten in menig geval wel op te geven wat zij niet wilden,
niet wat zij daarvoor in de plaats wilden bebben gesteld. Die
Dagatieve oppositie heeft geen ander resultaat opgeleverddan
dat de verdedigers van het ontwerp des te stelliger van hunne
goedkeuring deden blijken op al die punten die het leven-
digst werden bestreden.
Het vraagstuk der wethouders heeft in de sectien tot ver
schil aanleiding gegeven. Sommigen meenden, dat de grond
wet het behoud der wethouders in het bestuur niet toeliet,
omdat zij van geen wethouders spreekt. De groote meerder
heid heelt zich bij het systeem der regering gehouden. Maar
door niemand is, voor zoo ver uit het verslag blijkt, de be
denking geopperd dat de benoeming der wethouders zou
behooren te geschieden uit don raad door den koning.
Het voornaamste punt dat tot wijdloopige discussie aanlei
ding heeft gegeven, is de greep, die het ontwerp van wet
doet in het belasting-systeem, met in deze gemeentewet er
naar te streven, om in de gemeente-belastingen zoo veel
mogelijk de accijnsen af te schaffen en ze door directe belas
tingen te doen vervangen. Deze wijziging in hel systeem van
plaatselijke belastingen zal goede gevolgen hebben voor verre
het grootste gedeelte van het rijk, en kan slechts in eenige
weinige groote steden ernstige ongelegenheden veroorzakeu.
Er bestaat geene mogelijkheid om de accijnsen op de staats
begroting uit te schrappen en die mogelijkheid zal willigt
nooit geboren worden. Maar het is nu reeds mogelijk den
druk der accijnsen te verminderen, eD ze daardoor tevens
meer productief te maken. Het is toch erkend, dat de druk
der accijnsen het gevoeligst knelt door de stedelijke accijnsen
die in sommige grootere steden tot eene buitengewone hoogte
zijn opgevoerd. Als het accijnsstelsel geheel of gedeeltelijk
kan worden ontlast van den druk der stedelijke accijnsen
dan zal daardoor eene .groote verligting worden bezorgd aan
de verbruikende volksmenigte, die zich met betere en gezon
dere spijzen zal kunnen voedenen de Staat zou daarbij
tevens winnendewijl het meerder verbruik een aanzienlijk
voordeel aan de schatkist zou opleveren.