I$e regterSIjke amMsëedl* ^eoseMgdc Tweede kamer uit de hand beslaan, dus zoo als het haar wordt voorgelegd. Ook de financiën van alle onze provin ciën moet de Tweede kamer gaan instuderen, 't Wordt een reuzenwerk. En hoe zwaarder de post wordt, hoe slechter hij wordt betaald. Komaan, dachten zeker de hagenaars, we zullen jelui helpen bezuinigen! Die heeren van de iweede kamer zouden anders zoo weelderig worden, dat ze niet Janger onder den duim waren te houden. Ze zouden de borst zoo hoog dragen, dat ze niet eens. meer voor neef jes of nichtjes zouden willen solliciteren. De verbeteringen in de Grondwet zijn ons niet om niet geschonken. Denkt maar eens, hoe er de inquartiering mee is ingesmokkeld ook niet achterbaks, neen, even ridderlijk, voor onze opene oogen. Op de zelfde wijze zullen nu de om- gezetenen van vestingen gratis worden afgeholpen van hun regt van poten en bouwen, 't Was toch buitendien reeds a te bekoorlijk, in en om vestingen te wonen, en gratis alle dagen tegen groene wallen te kijken, of nu en dan gratis ondersteboven geÏDgenieurd en plat geschoten te worden. Eene dito zegening wacht ons in-'t verschiet langs den gel- derschen IJsstl. Reeds openlijk en voor onze opene oogen is aangekondigddat de Ussol niet meer zomerwater moet hebben, maar meer winterwater. Wel zeker! Wat zouden de Hollanders met winterwater doen? Laat de ijsselmoffen dat slikken! In het Handelsbl. lazen wij ujt Weenen: "Volgens den j> JJ ander ermoei het reeds gesloten huwelijk van een katho- fliek geestelijke, die tot liet profestantismus is overgegaan, van wege den staat nietig verklaard zijn, dewijl eene afge legde gelofte, door verandering van godsdienst niet kan vervallen." Daar kan te Rome een borrel op staan. De redenering is prachtig. De .verandering van godsdienst is niet nietig verklaard, maar wel een gevolg, van de veran dering. Verbindtenis aan eene kerk is eene soort van con tract. Voor vernietiging van eigendunkelijke lerugtreding uit zoodanige verbindtenis zouden des noods nog drogredenen zijn op te schommelen. Indien gelofte ook eene soort van contract is, dan is zij slechts een er zij ds door eenen staats-, burger aangegaan. Zoo zij anderzijds is aangenomenis zij niet door een staatsburgerlijk persoon of ligchaain aangeno men maar door iemand ot iets die zelfs niet onder men- schen geteld kan worden. Die iemand of dat iets zijn dan in Oostenrijk justitiabel! - t Schijnt wel, dat tyrannij nooit hare maat kent. 't Is zeer gelukkig. Haar presto-maatslag bespoedigt hel slot van t lied. Reeds de romeinen die veel van nabij zien wach ten er op, dat fransche repubilkeinen aftrekken en hen laten begaan. Tot hun voordeel wachten zij er zeker niet op. Want niets kan Rome rijker maken, dan terugkeer tot het oude. zoo als hij in het ontwerp van wet is voorgedragen, begint met een echt haagsch achterste-voren. Eerst komt er de ko ning in voor, in de tweede plaats de Grondwet. Zakelijk, of liever regtens, verandert dit niets aan het grondwettige. Het kan den koning niet boven de Grondwet stellen, en de Grondwet niet onder den koning. Maar het verschijnsel heeft zijne beteekenis. Een van beiden haagsche pluimstrij kerij toont er openlijk medewelke soort van eerbied zij voor de hoogste wet heeft; of haagsche knoeijerij denkt cr blooden en stumpers mee in den waan te helpen, dat zij in de eerste plaats trouw aan den koning schuldig zijn, in de tweede plaats aan de Grondwet. Of mogten fijne leeperts antwoorden, dat de Grondwet er bij opklimming na den ko ning komt; zoo gelieven zij op te lossen waarom dan de Grondwet Diet geheel op het uiteinde van den eed verschijnt. Eigenlijk is de eed aan den koning er een pleonasmus of overtollige herhaling: want die eed ligt geheel opgesloten in den eed aan de Grondwet. Inkomstcu-bcSasting;. StoatsfiEsisEiom&kiQSBde. Wij bragten in het voorgaande artikel eene algemeene, éénige belasting, die, op ieders inkomsten, met eene weeg schaal in vergelijking; wij voegen daar nog bij zóó dat iedereen, alle gepaste vrijheid met het oog op het geheel in haodel en wandel konde genietenen het belasting opbren gen eene waarheid wierde, dat is te zeggen, gelijkmatig verdeeld over den rijken tot den kleinen burgeren in de schatkist bezorgd Jangs den eenvoudigstenmin kostbaarsten weg (door zuivere handen). j Maar, helaas! In het Arlekijnspak van belastingendat iedereen, behalven de nietwerkendenaan heeft, zullen op nieuw eenige verschotene bonte driehoekslappenmet frisch- J kleurige verwisseld, en daarboven, hoe versieten het kleed ook zij, eene nieuwe goede mouw aangenaaid worden. Wanneer diegenen, welke niettegenstaande alle dageiijksche ergernissen, nog met vaderlandsliefde bezield zijn, in een gemoedelijk oogenblik hun verschuldigde naar het kantoor brengen, en door de soms onheusche behandeling aldaar, aan het nadenken komen over de lotgevallen van hun daar neer geteld geld, en wat er door anderen ook gebragt móest worden, maar ontdoken wordt, dan kunnen zij, zich vlug omdraaijendeeen traan van weedom met die mouw uit het oog wisschen men zoude hen te dezer plaats daarom uitlagchen. Z-oo zal cr voortaan wel weder voortgesukkeld moeten worden, door de natie. En het einde? Zoo als het met ons oude geld gegaan is. Eerst besnoeide men het onduide lijkste, en zoo voortgaande, snoeide men ten laatste de schoonste, gerande zeeuwen, bijna in het openbaar, tot eindelijk het gouvernement, voor juist dien kanker niet ver blind, ondanks te korten hier, te korten daar, inzag tot eene hermunting te moeten overgaan, en de kanker voor goed uil- sneed (1). Voegt men hierbij eene beschrijving van alle de oude geldsoorten, zoo zijn wij er (2). De soorten van geld, zijn onze belastingen de snoeijers zijn de ontduikers ('in tien allerruimsten zin) dei* belastingentie mindere waarde na snoeijingskuurder stukken, is eene schade, die de nijver heid ook moet lijden. De aanzienlijken in den lande dalen niet genoeg, of liever in het geheel niet neer in die standen, welke met Mama- belastingen te plukharen hebben. Die stumpers meenen nog in hooge preoiiën voor de ambtenareneu zware straffen voor de overtreders, beide bij het snappen, het geneesmid del te vinden. De haan der overtreders zal wel koning blijven kaaaijen. De vad'cr, als overtreder, deelt zijnen jon gen zoon zijne ondervinding mede, deze volmaakt zich ver der, de buurman, wil hij concprreeren moet ook wel mede doen en zoo voortgaande, eene snccuwstorting gelijk, zal na verloop van tijd, de steeds meerder wordende kosten van inning aan de opbrengst naderen, tot 'men eindelijk inziet, dat het belasten in waarheid moet geschieden. Ach ja, mo gen dan de gemoedelijken niet zeggen: nflet zal te laat zijn!" Laat ons dan naar de 2e kamer gaan, en zeggen: Heeren! eene belasting, naar ieders inkomen! ik raad dan voor alles aan, de linkerzijde" der kamer te houden, want het zoude anders al heel goed afloopen als 3/$ der aanwezi gen u lieten vertrekken, met te zeggen als uit eenen mond: Daarvoor is de natie nog niet rijp!" (natie be- teekent hier de aanzienlijken in den lande). Doodrijp? Wij kennen een Heerboer, die, nagenoeg zoo als in de kamers plaats heeft, alles met den tijd (3) zijne boerderij dreef, zijne appelen moest hij doodrijp aan den boom zien worden, zonder in 't minst te letten, of er ook reeds dood- rijpen onder lagen, tot ten laatste, eenmaal een appel van boven uit den boom vallende, zijn neus op eens doodrijp maakte, en hem, in de confusie over de reeds gevallene appelen deed struikelen. Zij waren gevallen! Het was te laat, voor den pluk! «Mevrouw, het is te laat!" zeide de Lamartine aan de Hertogin van Orleans, toen zij, om den troon voor haren zoon bedelde. Toen was het vooraf reeds »te laat" geworden voor Louis Philippe, die, door zijn werk, het aanzienlijk maken van zijn geslacht, over de natie verblind was, zoomede voor Guizot, die het al mede door zijne zamengegoochelde kamers geworden was. En wat wil den de gemoedelijken der natie? Hervormingen dat is meer dere waarheid. Een blinde ziet met zijn verstand, maar een verblinde is blind van binnen en van buiten. (1) Wat zijn wij trotsch op ons nieuwe geld (2) Kan men met eenige jaren, het dan aankomende geslacht, een avond bezighouden met hun onze oude geldsoorten te beschrijven, evenzoo zal men eene halve eeuw op zijn hoogst later een avond kunnen besteeden, onn het verhalen van de kromme sprongen en loopjes, d!e de gouvernementen van onzen tijd gedaan hebben, om de rijksbehoeften hijeen te goochelen. (3) Gedurende een 30Lal jaren, niettegenstaande afscheiding der halve bevolking, ophooping ven schulden, en een misbaksel van her zieningen, steeds over een grondwetsherziening doorgekeuveldtot dat eindelijk met eea doodrijp volk op de hielen, hals over kop, eene her ziening plaats heeft. Het afgetreden Engelsch ministerie is, op dringend verzoek der ko ningin, weder opgetreden. De 21 verkochte paarden van den fran- schen president hebben 54,234 fr. opgebragt. Het ontwerp van ge meentewet, naar de aanmerkingen der prov. staten gewijzigd, (wij huiveren onwillekeurig van dit woord in den mond onzer regering) is aan de 2e kamer aangeboden. Eene menigte controleurs zijn dezer dagen verplaatst. Wij hebben medelijden met de Ingezetenen dier plaatsen. Het Batavlasch genootschap heeft onder anderen een Kip en een Radijs tot leden benoemd, Te 's Hage worden de kleeding- stukken der dames op de wandelingen door kwaadwilligen met bijtend vocht bedorven. De politie heeft f 50 aan de aanwijzers uitgeloofd,

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1851 | | pagina 2