i nieuws- ei (éBÊKtk |jj| f.OVERTENTIE-BLAD. 8 December 1849. N°. 49. STAATSBEGROOTIMG. KALE1D0SK0QP ZWOLLE, DEVENTER, Dit blad verschijnt geregeld alle Zaturdagen. Do Prijs van het abonnement is voor Zwolle, Deventer, Zutphen en Apeldoorn 75 cent in de drie maanden; overal elders franco per postST/2cent. Alle post kantoren nemen bestellingen aan. De prijs der Advertenliên is van dén tot vyf regels 50 cent, en 10 cent voor eiken meerderen regel, be halve 55cent zegelregt bij iedere plaatsing. ZUTPHEN, APELDOORN. De Advertentiën moeten vóór Vrijdag middag fier uur ter Drukkerij te Deventer zijn ingezonden. Alle toezendingen voor dit blad bestemd moeten franco geschiedenhetzij door bemiddeling der Post kantoren, of te Zwolle bij W. E. J. Tjeenk Willine; Deventer, A. Tee Günnb; Zutphen, J. H. Meluwe; Apeldoorn, B. Gunning. Bij elke gemeende poging om verbetering in den toestand onzer staatshuishouding te brengen, doet zich drukkend de waarheid gevoelen van hetgeen voor jaren gewaarschuwd en onophoudelijk herhaald is, dat het hardnekkig volhouden der Regering aan haar stelsel den staat al dieper in den afgrond voerde, en den terugkeer op een beteren weg al moeijelijker maakte. Hoe diep men toch onzen staat in den poet heeft laten zinken, weet ieder, die bedenkt, dat van de zware opbrengst, welke wij jaarlijks te doen hebben, 36'/2 millioen moet afgenomen worden alleen om de renten onzer schuld te voldoen en dat de rest niet voldoende is om in de eigenlijke staatsbehoeftenzoo als zij thans bepaald zijnte voorzien maar dat hiertoe nog noodig ishetgeen mag overschieten van de koloniale inkomsten. Valt (lit tegen en hoe vele zaken zijn er die het bedreigen of eischen de omstandigheden ëenige buitengewone uitgave, dan komt een tekort onze bui tengewone schuldenlast en het rentebedrag vermeerderen en alzoo de opheffing uit den afgrond verzwaren. Het is waar, dat ook het nationaal vermogen aanmerkelijk is toegenfimen doch de vermeel derde rijkdom heeft zich slechts tot enkelen bepaald, en zich niet over het algemeen uitge strekt. De belastingen daarentegen zijn zoo ingerigt, dat zij wel degelijk het algemeen, niet de bijzondere vermogens tref fen. De 36'/, millioen welke ter voldoening der rente jaar lijks uit diet algemeen, vooral het bedrijvend gedeelte der na tie v/orden geput, keeren niet tot hetzelve teiug maarakomen in de handen der couponknippers: zoo neemt de verarming toe en wordt de belasting al drukkender voor hen, die nog staande bleven. De tegenwoordige Ministers hebben den moed gehad het bestuur der zaken te aanvaarden, ofschoon zij bewust waren, dat men van hen de vervulling der zware taak, de redding van het land uit zijnen gevaarlijken toestand, verwacht. Deze kan noch op eenmaal noch door een enkel middel bewerkstel ligd worden tal van doelmatige maatregelen eene reeks van hervormingen zullen daartoe moeten zamenwerken. Hoe lan ger men heeft uitgesteld, hoe meer zich de zaken, welke on- middelijk voorziening cn regeling eischenhebben opeenge hoopt. De organieke wetten ter toepassing der grondwet, de vereenvoudiging van het staatsbestuur, bekrimping der uitga ven, verandering van het belastingstelsel, de regeling der scheepvaart, de herziening van het tarief van in- en uitgaande regten, de ontheffing der nijverheid van de banden die haar drukken, de behandeling der talrijke kwestien omtrent de koloniën, de brievenposlerijde hervorming of schepping der wetgeving op het hooger, middelbaar en lager onderwijs, en hoevele andere hervormingen, verbeteringen, regelingen roepen als om strijd en met den meesten aandrang de aandacht der Ministers. Het moeijelijke van hunnen toestand werd voor het oogen- blik nog vermeerderd door den tijd van hunne aankomst. De gewijzigde grondwet, die eene jaarlijksche begrooting voor schrijft, heeft, om gelegenheid tot de behandeling en de vast stelling der begrooting te geven den tijd der opening van de vergadering der Staten-Generaal vervroegd op midden Septem ber maar de knoeijerijen van het vorig ministerie en der hofkliek hadden de vestiging van het nieuwe ministerie doen vertraeentot dat het November gewordenen de tijd om met bedaard overleg een grondig onderzoek over de staatsbe- grootin» in te stellen ver verloopen was. Het ministerie had alzoo de keuze tusschen het aanvangen zijner loopbaan met eene onregelmatigheid en veronachtzaming der grondwet door den eenenof andereu voorloopigen maatregel voor te stellen, of met de voordragt een er begrooting, buiten zijne medewer king ontworpen, en noch met zijne inzigten noch met die der Kamer strookende. Het ministerie kon er op rekenen dat het de berisping 'niet ontgaan zou, welke keuze het ook deedhet koos het laatste als aan de bepalingen der grondwet voldoendeen de Nederlander en het Handelsblad schreeuwden wee en ach dat er door dit Ministerie niet ééne bezuiniging op die begrooting gebrast was, dat er in de belastingen geene veranderingen gemaakt warendat het voorstelde om voor 18-50 geheel op - den ouden voet voort te gaan. Wat bedoelt men toch met zulke eischen? Wat anders dan grondige hervormingen te voorkomen, door eemge min belangrijke bezuinigingen en dus schijnbare verbeteringen, maar in waarheid bestendiging van de tot hiertoe bestaan hebbende noodlottige inrigting? Het Handelsblad't welk zeker de eerste zijn zal om zich tegen elke verandering in ons belastingstelsel te verzetten, en, al is het niet direktelijkdan toch zijdelings door het bestrijden van het tegendeel, het leeningssysteem met al den aankleve van dien en de finantiële kunststukken met hand en tand zal trachten vast te houdenhad nu reeds eemgen gewigtigen i „aVutT helansrijk voorstel te gemoet gezien dat gunsfigen invloed op de begroetingen l8lo zou heb ben kunnen zijn, en het twijfelde er niet aan of dergelijke aanmerkingen zouden ook uit den boezem der l weede Kamer ve nomen worden. Het heeft zich hierin gelukkig bedrogen. Uit het verslag van rapporteurs over de staatsbegroting bliikt dat de Tweede Kamer de handelwijze van het minis terie 'goedkeurt. En dit is consequent; want ook de kamer verlangt dat zoo wel ons steltsel van uitgaven a s dat der middelen herzien worde, dat er eene nieuwe regeling onzer financiële huishouding worde daargesteld en daartoe een alle takken van bestuur, alle onderdeelen van ontvangsten e uitgaven, omvattend plan noodig, geene afzonderlijke en in de haast opgemaakte bekrimping op dezen of genen post SusökkelcBi. At.. de welbekende advocaat van i °'iS ii een betoog zou schrijven in het voordeel der smokkelarij, 'dan zou hij a"deren kU'Een r£?minu,Utinooiseeiaraischikt de smokkelaars onder de dieven. MaV, plaats mij daar voor eenen dief naast eenen smokkelaar. Verwijt den eersten zijnen diefstal den anderen zijne smokkelarij. Overtuig beide van hun bedrijf.; en vergelijk hunne houding, hun gelaat. De dief staat met nedergeslagen oogenhij schaamt zich: zijn. hoofd hangt voor- ovcreen traan bevochtigt zijne wangmisschien barst hij uit in suikken: en zeer mogelijk, als hij heeft uitgesnikt, liect hij nog toe, om zijn misdrijf te vergoelijken en te vei-

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1849 | | pagina 1