Sctïtaeagsle Uerlgteu. Te Utrecht opende op 2 dezer de Hooglceraar G. J. Mul der dc spreekbeurten van het Natuurkundig Gezelschap met eene verhandeling over het naauw verband iusschen den Land bouw en de Scheikunde. Door den dampkring wordt aan de planten koolstof, zuurstof, waterstof en stikstof medegedeeld, welke stoffen zijn Hooggel. de eigentlijke metsstof voor de planten noemde. Dat de planten zonder aarde groeijen en dus do groeikracht uit den kampkring alleen trekken kunnen too- nen alle plantendie op rotsen groeijendat de boomen zon der bemesting der aarde groeijen, toonen de talnjke bosschen. De grond ontvangt door de gewone bemesting slechts meerdere stikstof, welke tot verkrijging van meerdere vruchten der gra nen, enz. noodig is. In eene volgende lezing zal de Hooglperaar de verhandeling vervolgen. ParijsscSsc BB.aïvISeit. Ofschoon de echte humor te Parijs op straat te vinden is bewijst de volgende anecdote, door de Corsaire medegedeeld, dat ook bureaulisten soms een' geestigen inval kunnen heb ben, welke voor die van de luimigste gamins niet behoeft onder te doen. Een hoog ambtenaar der belastingen deed eene inspectiereis, en op zeker kantoor gekomen, alwaar hij een ambtenaar over zijn' arbeid ondervroeg, sneed hij zich met een pennemes spelende in den vinger. Terstond was alles in rep en roer. «Een spinneweb! spoedig een spinneweb!' riep de chef van het kantoor, toen hij het bloed van den inspec teur zag vloeijen. Ieder zocht van boven tot beneden, maar het huis was, zoodra men van de komst van den inspecteur verwittigd was geworden, netjes schoon gemaakt. Eindelijk komt een jong surnumerair met drift aanloopen. Hij was zoo gelukkig geweest van een groot dik spinrag te vinden. »Waar hebt gij dat van daan gehaald, beste jongen?" vroeg de chef van het kantoor, met eene hooge borst. »Van uwen inkt koker, mijnheer!" antwoordde de knaap zeer naif. Men kan ligt begrijpen hoe verlegen de chef en hoe verheugd de kler ken waren, toen zij dit hoorden; maar wat het wonderlijkste is, de inspecteur heeft dien jongeling met een jaargeld van twaalfhonderd francs beloond. i Ingezonden Een plan ontworpen door den geaehten en verdienstelijken Kapelmeester Tümzek, om den Heer Besier, bij gelegenheid van zijn huwelijk, eene serenade te geven, vond bijval de Schutterij maakte het naderhand tot het hare: diensvol gens werd Maandag 11. den Wel-Edelen Gestrengen Heer Ma joor Besier eene luisterrijke serenade gebragt. - Wij achten ons verpligt, nevens den Heer Boushet hoofd des corps, ook aan den Heer Tünzer den warmsten dank en onze bijzondere achting te betuigen; de uitgevoerde Muzijk- stukken toch getuigen in de eerste plaats van zijne bekwaam heid, want vele zijn van zijne hand; en in de tweede plaats van zijne smaakvolle keuze, want zij waren allezins doelma tig; terwijl de uitvoering zelve de grooteja verbazende vor deringen, die zijne discipelen in zoo kort een tijdsbestek ge maakt hebben, in het helderste daglicht plaatst: inderdaad de beste aanbevelingsbrief voor dien jongen Meester! Espe- rientia est optima rcrum magistral Een' blijk van attentie hebben wij daarin gemeend te zien, dat ook serenades gebragt zijn aan den Edel Achtbaren Heer Burgemeester en den Wel-Edelen Gestrengen Heer Schimmel- PENNINCK. Moge Deventer langen tijd in het bezit zijn van zulk een veelbelovend corps; moge de Eendragt, de spil waarom zich alles wentelen moet, nimmer geschokt worden; moge ieder, zoowel Superieur als Subaltern, nimmer de grenzen zijner bevoegdheid overschrijden en moge de Heer T&nzer lang aan 't hoofd staandan verheugen wij ons in eene schoone toe komst; maar, werpt eene onvoorzigtigeaanmatigende hand den Parisappel te midden van dit corpsgaan zijdie ofschoon aanspraak kunnen maken op de erkentelijkheid van eenige der Muzijkanten hunne palen te buiten en laden zij zoo doende het billijk verwijt van usurpatie op zich; vervallen de onafhankelijke vrijwilligers daardoor in eene vlaag van contestatie; wordt zoodoende het leven yan den Kapelmeester verbitterd, zijn lust verkoeld, zijn ijver verlamd, dan is de val onvermijdelijk. Wij weten het: er bestaat eene grief, welligt eene zeer regtmatigetegen de Commissarissen der schoolzij kan de oorzaak zijn van eene totale vernietiging des corps en daarom juist waarschuwden wij daarom wenschen wijdat zij die onregt hebbenhunne dwaling bespeuren en herstellen nu het nog tijd is. Quid jurat amisco claudere septa grege? Een liefhebber van Muzijk en Voor stander van wat regt en billijk is. MAGAZIJN FOOR JAG TL IEFIIEBBERS. Te Arnhem lij J. G. Meijer 1849. 1ste Jaargang, 1ste Aflevering. Van dit maandwerkje verschijnt maandelijks eene aflevering van 48 bladzijden terwijl twaalf afleveringen een boekdeel zullen vormen, versierd met vier tot zes fraaije platenen ver krijgbaar voor den zeer matigen prijs van f 4.00, of vracht vrij met de post toegezonden voor f 4.75. Voor weinigen is de jagt tegenwoordig meer eene schrale broodwinning, voor de meesten, hier te lande, slechts eene uitspanning, een vermaak dat meer kost dan opbrengt. Het valt dus niet te betwijfelen, of zeer velen zullen zich buiten de kosten voor het reWgenoegen, ook nog wel eene geringe uitgaaf getroosten om te huisin den hoek van den haard, vaak na eenen vermoeijenden jagtdag, nog wat jagt- vernfaak te smaken. De uitgever zal zich dus waarschijnlijk niet te leur gesteld zien, in de hoop dat zijne onderneming opgang moge vinden onder'de Nederlandsche jagersen vooral ook medewerking mogen ondervindenten einde zijn werkje al meer en meer zuiver vaderlandsch worde ingerigt, voor de jagt zooals die hier te lande bestaat. Dit werkje komt misschien tegenwoordig juist van pas, om den pennestrijd op te nemen die welhaast over de verordenin gen betreffende de jagt dreigt te zullen losbarsten. Wanneer men ten minste de voorgedragen begrooting over 1850 van 's lands Regering als eene voorbode mag beschouwen van aan staande veranderingen dan zal er wel het een en ander voor en legen het beslaande, zoowel als voor en tegen de te ma ken nieuwigheden te zeggen vallen. Door het opnemen van dit alles in het Megazijn zal zulks aan dg vergetelheid ontrukt worden, en lang nadat alle jagtwetten vergeten, en de ver ordening van het Burgerlijk Wetboek: shet regt om zich het wild toe te eigenen behoort, bij uitsluiting, aan den eigenaar- van den grond, waarop zich het wild bevindt," onbelemmerd in volle werking zijn zal de naneef nog eens kunnen naslaan, hoe wonder verschillend het regt werd beschouwd door land eigenaren of de voeders van het wilden door de jagers of de genieters. Wij meenen daarom den uitgever vooral te moeten aansporen om de Wetgeving op de Jagt en Visscherij naauwkeurig bij te houden. In een volgend nommer zal hij alzoo voorzeker ook opnemen wat de begrooting voor 1850 behelst ten aannzien der inkomsten en uitgaven van het Jagt- Departement. Dit eerste nommer van het Magazijn behelst het begin eener korte schets van het wezen en den toestand der jagt van de vroegste tijden af aan tot op heden een opstel dat geen lezer onvoldaan zal doorlezen. Het tweede opstel, over het schie ten met hagel, behelst eene menigte voorschriften en raadge vingen, die voor eiken jager behartigingswaardig zijn en ge- tnigen van de groote bedrevenheid des inzenders in het werk tuigelijke van het vak. Daarna volgt een welgesteld stukje over het bereiden van Wet schietkatoen 'en eenige anekdoten en kleine verhalen, die geheel in den geest vallen van den opregten jager, die immers zoo gaarne avonturen vertelt en hoort vertellen. staring. 13 October. De luchtreiziger Gale heeft zich aangeboden om in zijn ballon John Franklin te gaan opsporen. Te Assen is een valsch bankbillet A f 100 aangeboden. Aan den heer van HoëvELt is eervol ontslag verleend als predikant in O. I., met toekenning van pensioen. Hopen wij dat hij hier niet minder nut zal stichten dan daar. De naaischool te Scheveningen zal door H. M. de koningin-moeder gecontinueerd worden. H. D. bevindt zich nog altijd op Biljoen. De 's Gravenhaagsclie bur gerwacht, in Maart 1848 tot handhaving der rust opgerigt, is plegtig ontbonden, met dankbetuiging voor hare bereidwilligheid enz. -Waarom geschiedt dit ook in andere plaatsen niet? Te Stuttgart is men. met het programma van iiet nieuwe ministerie niet te vreden. Te Liver pool is een .werktuig uitgevonden waarmede 70,000 beschuiten in 24 uren kunnen gebakken worden. Tusschen Assen en Amsterdam is een nieuw beurtveer aangelegd. Wie zich van de ondoelmatigheid der koloniën van weldadigheid om de armoede in Nederland te verminderen wil overtuigenleze een dezer dagen daarover te Kampen uitgekomen boekje. Een Holsteinsche prins heeft zich te Hamburg ingescheept om zich in Australië te gaan vestigen. Men zegt dat nog andere prinsen dit voorbeeld zullen volgen. Ofschoon het ons leed doet dat Europa al zijne kinderen niet kan houden, bekennen wij echter dat wij, voor de al'remeene welvaart, liever prinsen dan nijvere burgers het land zien verlaten. Niettegenstaande de pas volschrevene leening zijn de Oos- lenrijksche finanliën nog in zeer ongunstigen toestand. Zoolang liet vre- destelsel niet wordt aangenomen, zal dit de klip zijn waarop alle Euro- pescbe staten .vroeger of later vergaan. De vrienden van den vrede hebben in Londen weder eene talrijke vergadering gehoudenwaarbij door den heer Cobden op nieuw krachtig is aangedrongen om aan geene geldleeningen deel te nemen. Hadde men dit vroeger ook hier te lande begrepen, dan zou onze toestand geheel anders zijn. De fransche president heeft een nieuw stel ministers benoemd. Zal dit een stap naar de keizerstroon of naar Engeland (de wijkplaats van staatkundige ban nelingen) zijn? De nieuwe keizer van llaite heeft in Frankrijk twee trooncn besteld. Ilij kon er wel voor afbraak gekocht hebben. Hare Britsche Majesteit is van hare jongste onpasselijkheid hersteld. Onze

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1849 | | pagina 3