klaarheid van de letter der wet uitkomen cn wees aan dat
die duidelijke zin volkomen overeenkwam met de geschiedenis
van het voorstel en de beraadslagingen over het voorloopig
kiesreglement in de enkele en dubbele Kamer. Hij appelleerde
verder Van alle spitsvondige uitleggingen van de woorden on-
middelijk en de aanwezig zijnde kiezers aan het gezond ver
stand der natie, en waarschuwde er tegen om al dadelijk,
bij de eerste schrede, den voet te zetten niet op den regten
koninklijken 'weg niet de grondwet tot gids, maar op een
schuins pad, 't welk altoos tot eenen afgrond voert.
De heer van Zuijlen ondersteunde den vorigen spreker, en
las de uitlegging der woorden voor, welke er door den Mi
nister van binnen!. Zaken zeiven aan gegeven was, en met
die van den heer Sloet volkomen overeenstemde. De heeren
van Engelen, Albarda en van Rosenthal spraken in gelijken
geest, insgelijks met beroep op hetgeen de Regering zelve en
de vorige Kamer, volgens de Staatscourant, daaromtrent had
den verklaard. De heer van Goltstein praatte veel van eenc
vrijgevige uitlegging van het artikel in kwestie, cn zweeg
maar van de bewoordingen. (Die ruime uitleggingen van de
bepalingen der grondwet bij gedane zaken Zijn het juist, die
ons zoo veel leeds berokkend hebben.) De heer Backer
zeide dat onmiddelijk beteekendeop een nader te bepalen
dag, en aanwezig zijnde kiezers: de kiezers die alsdan aan .dp
stemming zouden hebben deel genomen.
De Min. van Binnen!. Zaken gal op nieuw en ditmaal ze
ker het naïfste blijk van de gemakkelijkheid en vaardigheid,
waarmede hij van gevoelen verwisselt. Men had zijne eigene
woorden aangevoerd: wel nu, die behelzen de uitlegging van
de bewoordingen der wet aan de vorige gewone Kamer gege-
Ten, en die uitlegging was in beperkter zin, dan thans door
hem werd verdedigdmaar dit deed niets ter zakewant, de
Dubbele Kamer had eene ruimere uitlegging verlangden toen
had hij eene ruime uitlegging gegeven, en die ruimere beteeke-
nis is nu een deel der grondwet geworden (-J-). Neen Mijn
heer de Kempenaer dat doet niets ter zake, uit het oogpunt
van den Advokaat, die geen ander gezigtspunt heeft dan het
belang der zaak, die hij op zich genomen heeft er door te
halenmaar die als staatsman zoo redeneerten hij treft
eene kamer, die van zulke redeneringen niet terug schrikt,
die loopt gevaar met zijne verschillende uitleggingen den staat
werkelijk ten afgrond te voeren.
Doch de Kamer nam genoegen met zulke uitleggingen, en
besloot met 37 tegen 7 stemmen (er hadden dus 44 leden ge
stemd) den heer Luijben, een der op de bestredene wijze ge-
kozenen toe te laten waarmede het beginsel ten nadeele der
strikte opvatting van de bepalingen der grondwet, en in den
geest van transactie en plooijing van den zin naar hetgeen
men verlangt, beslist was. Wij hadden blijkens ons vorig N°,
geen anderen uitslag verwacht. - Bij de minderheid' was
slechts één overijsselschede heer Sloet. Onder degenen die
ten gevolge het gevallen besluit zonder verdere bedenking
toegelaten werden was de Minister van justitie Donker Cdr-
tujs, die te Almelo bij herstemming was gekozen.
Om andere redenen is nog afzonderlijk beraadslaagd over
de toelating der heeren Bacihene en Sciiiffer maar welke
bezwaren er ook waren ingebragt, geen had genoeg gewigt
ook het bezwaar niet, dat de stem van onbevoegden tot de
keuze had medegewerkt. Door leden van de Kamer is bij-
gebragt, dat er onregelmatigheden bij verkiezingen hebben
plaats gehad, zelfs zoodanige, waaruit blijkt, dat de vol
strekte meerderheid van stemmen zich op den heer Sciiiffer
niet heeft kunnen vcrccnigen. Een deel der kiezers had
zich hierover tot Gedeputeerde Staten gewend, maar ver
geefs, Ged. Staten hadden zich onbevoegd verklaard in dezen
te oordeelen. De heer de Man oordeeldedat er personen
die hunne stem hebben uitgebragt, van hun regt als kiezer
zijD verstoken geworden, 't Doet er niet toe; Gedeput. Sta
ten hadden moeten oordeelen. Doch waar is nu regt in deze
te krijgen, wanneer de Tweede Kamer berust bij het oor
deel van Gedeput. Staten, de Stemopnemers verwijzen naar
Gedeput. Statenen deze zich onbevoegd verklaren. Laat
deze les, Kiezers, niet voor u verloren gaan. Ziet zelve toe
op de zamenstelling der Kiezerslijsten zijt tegenwoordig bij
de opening der stembussenen ziet scherp toe op de hand
having der wet en uwer regten. Als beginsel is bij uwe
vertegenwoordiging aangenomendat op dergelijke bezwaren
na den afloop der verkiezingen ingebragt, geen acht meer
kan geslagen worden. G.eeft zelve dus dubbel acht op de
rigtige uitvoering der wetsbepalingen bij de verkiezing; later
geschiedt u geen regt.
Het ontwerp der buitengewone belastingwetvoor het
te korfje van 15 millioen is thans bekend. Dezelve onder
scheidt zich door eene schreeuwende hardheid voor de nijver
heid en de kleine fortuinen.
(f) Bijblad tot de StaatscourantTweede Kamer, vel 4, kol. 1,
Wen rrngt ons niet gelooven.
Voor de nijverheid! hoe is het mogelijk! Zijn dan de al-
gemeene klagtèn over de stelselmatige vermoording der nijver
heid niet gehoord? Heeft de koning in de jongste troonrede
niet uitdrukkelijk gezegd dat handel en nijverheid het meest
door den druk der tijden hebben geleden? niet met dezelfde
woorden verklaard: «Middelen, waarbij het bedrijvig deel
der Natie zooveel mogelijk is gespaard, zullen u worden voor
gedragen, om in de te korten te voorzien!" Hebben de 1c
cn 2ife kamer beide in hare adressen dan vergeefs aangedron
gen op verlevendiging van nijverheid cn eene ruimere ont
wikkeling onzer natuurlijke bronnen van welvaart? In één
woord is het niet onloochenbaar door theorie en ondervin
ding bewezen dat zonder opheffing van den druk waaronder
handel en nijverheid kwijnen het land noodwendig moet ten
gronde gaan
En in weerwil van dit alles wordt eene buitengewone be
lasting voorgesteld, die- weder onevenredig, ja verpletterend
op handel en nijverheid zal vallen!
Immers in de eerste plaats wordt de nijvere burger reeds
onevenrpdi" getroffen door de belasting op de onroerende goe
deren. Voor zijne zaken heeft hij natuurlijk grooter huizen,
winkels, pakhuizen, werkplaatsen, magazijnen enz. enz. noo:
dig, clan enkel om te wonen. En hiervan zal hij nu dezelfde
belasling betalen.
Voor de volgende afdeelingcn wordt hij overigens volkomen
met alle anderen gelijk gesteld, zonder eenige de minste ver-
ligting te genieten, of iets dat zweemt naar «sparing van het
bedrijvig deel der Natie." Integendeel dit deel zal in allen
opiigte den nadeeligen invloed dier buitengewone belasting,
die bekrimping van uilgaven en vermindering van het natio
naal vermógen ten gevolge heeft, ondervinden.
Maar boven en behalve dit alles, o gruwel, zullen de pa
tenten (die helsche uitvinding om den burger tot den bedel
staf te brengen) nog schrikbarend verhoogd worden! Wij
bekennen, dat wij in 't eerst, dit lezende, onze oogen niet
konden gelooven; maar waarlijk, lezers, het is zoo!! De pa
tenten die door ieder weldenkende ten hoogste worden afge
keurdwaarvan Gogel in 1820 reeds zeide, «dat het niet
mogelijk was een wandrochtclijker voortbrengsel in het belas
tingstelsel te vlechten dan dit patenistelseldie door iederen
verstandige als verderfelijk en het levensbeginsel doodende
worden gebrandmerkt; deze belasting zal niet alleen blij
ven bestaan, maar stellen onze Ministers zelf voor op eene
gruwzame wijze te verhoogen en uit te breiden.
Van eene wijze regering, die de waarachtige belangen des
volks wil, had men mogen verwachten dut deze schandelijke
belasting vóór alles zoude zijn afgeschaft; maar neen, het
schijnt zoo zoet te regeren ai moet het ook ten koste van
den ondergang des volks zijn daarom houdt men eene belas
ting met hand cn tand vast, die, zoo als Gogel zeide, «de
administratie in staat stelt ze zonder toedoen van de wetge
ving naar willekeur te verhoogen." Dat de administratie hier-
aan dan ook ruimschoots voldaan heeft, is, helaas, al te j®"1"
merlijk bekend en den nijveren burger op eene gruwelijke
wijze gebleken; en deze nu zoo schromelijk opgedreven be
lasting wil men ten maatstaf leggen voor een te kort dat
zonder den schuld, ja ten nadeeie van den burger gemaakt
is!! Wij durven vertrouwen, dat onze nieuwe vertegen
woordiging, zoo ze inderdaad «o/Zefvertcgenwoordiging wil
héeten zoo iets niet zal toestaandoch men kan er in allen
gevalle den geest der regering uit proeven cu opmaken wat
men van haar te wachten heeft. Wij zullen er thans niet
verder over uitwijden doch komen er misschien nader op
terug.
Het is een opmerkelijk verschijnselhoe bij ons in man
nen die voor steunpilaren van het liberalisme te boek staan
dat liberalisme- wankelt, bezwijkt of versmoord wordt, zoo"
dra zij ministers zijn. Het verschijnsel is niet nieuw. Men
zal zich nog wel eencn man herinneren die, naauwlijks mi
nister, aan eene liberale courant van sterken invloed plotse
ling haren eersten voorlichter ontfutselde. Van waar dat
verschijnsel? Hecrscht er een toon bij de Oranje-familie waar
tegen de taaiste kracht van eenen edelen inborst onbestand
is? Of weet het vee dat van gods- en regtswege is in de
wereld geschopt om zich op lands kosten'te verzwieren in het
geen in den ilaag de groole wereld heet, eenen braven man
schrikbeelden voor te spiegelen, bij voorb. van een opgeslokt
Nederland door mogendheden die het genoeg gewaarschuwd
hadden? Of wordt in de eenige stad des vaderlands waar
elk dieper den hoed afneemt voor een wapenschild of een
knoopsgaten-firmament, dan voor een eerlijk manwaar drieste
opvreters, met onnavolgbare, keurigheidden nek toedraaijen
aan ingebeelde snoeshanen die nooit aan het hof moesten ko
men wordt daar het menschclijk hart gaandeweg en onge
merkt vervormd? Vergist zich daar het denkvermogen in het
willen en niet-wiilenin het heden en gisterenzoodra het
den kring der behekste athmospheer is binnengeraakt? Stellig
heeft althaus die athmospheer eenen verdoovenden en muil-