weien eenige vrijzinnigen daarop allen, die hunne zienswijze deelden. Deze voorstellers van den heer Iuorbecke werden uitgemaakt voor heftige liberalenWij moesten lagchen de heftige liberalen van Deventer! Hoe zoetsappig zullen dan wel de gematigde liberalen onzer stad zijn.'" '/dj hebben zulks zelve uitgedrukt in een der 4 gedrukte briefjes, waarmede aan het geweten der kiezers in dc laatste 2-1 uren voor de stemming geklopt werd, en zoo karakteristiek, dat zij ci vol komen door gekenschetst worden. Lij waarschuwden namelijk vooral ruet den heer Thorbecke maar den heer Storm van 's Gravesande of Düijmaer van Twist te kiezen, «daar beide «niet slechts hoogst verdienstelijke stadgenooten zijn, maar «tevens zeer kundige mannen, die het welzijn des vaderlands «niet (houd vast Tiiorbecice) door eene dolzinnige omkeering O van zaken, maar door eencn gematigden vooruitgang wen- «schen te bevorderen." Onder de zwaarwigtigste grieven, die ieder waar vriend des vaderlands tegen zijne Regering heeft, behoort zeker de ellendige slaat waarin de posterijen hier tc land zijn. Om van de wijze van beheer te zwijgen merken wij alleen aan dat ze eene drukkende en willekeurige belasting uitmaken', die al weder voornamelijk op den nijveren burger valt. Rekende ieder die eemgen handel of nijverheid drijfteens op hoeveel de briefport in een jaar wel bedraagt, behalve de moeijelijk- heden en belemmeringen die hij er door ondervindt, dan zou men er inderdaad van verbaasd staan. En waarom wordt handel en nijverheid hiermede weder belast? alleen om een groot tal ambtenaren aan sinecures te kunnen helpengeheel in Nederiandschen zin. Het doet ons dus genoegen, dat de fsederlunasche kfoompost dit tot het onderwerp harer beschouwingen maakt en er dus de aandacht op bepaalt. Moge het van gewenscht gevolg zijn! Wij deelen de inleiding hier mede: 11 In Nederland bestaat het postwezen nog, zoo als het ons door de Fransche overheersching is nagelaten. Geene werke lijke, althans geene afdoende verbeteringen zijn er in hetzelve sedert dien tijd aangebragt. Wij moeten opmerken, dat de allererbarmelijkste staat van ons postwezen mede moet worden toegeschreven aan het on staatkundig streven, om slechts eene tijdelijke stoffelijke bate voor de schatkist, quand mé me te bereiken, eene verzaking van het normaal beginsel der posten, die door zaakkundiger hoofdadministrateur onschadelijk zou zijn gemaakt, maar door hen die de posten slechts als een belastingheffing beschouwen en ze niet anders weien te administreren, om hunner sleurs wille met vlijt en zorg gehandhaafd, zelfs gekoesterd is. Van een hoofdbestuur, onder zulke bekrompene zienswijze zwoegend, kon geene radicale verbetering worden verwacht, maar wel dat het alle grondige en deugdelijke veranderingen zou tegenhouden en afraden of zelfs tegenwerken en door het voorstellen van gebrekkige wijzigingen fnuiken; het eenig mid del ook om in den bestaanden sleur te blijven, omdat men zich daardoor op zijne plaats en wel bedeeld voelde. Middelerwijl het verheven en regtvaardig beginsel, dat het briefporto door al de leden eener maatschappij gelijkmatig ge dragen moet worden, en niet zwaarder door den eencn dan door een ander, omdat de een toevallig op grooter afstand woont, middelerwijl dit stelsel zoowel in lieigie als in Frank rijk navolging vindt, blijft in Nederland het onregt der pro gressieve porto's naar den afstand dan ook voortdurend bestaan, en is het voor Nederlandna een kwanswijs plaatselijk onder zoek in Engeland, zelft ontraden. Maar men schroomt er niet, van op het°platte land ook nog boven dat progressief porto eene extra belasting te hellen van 2'/s cent voor iederen ver- trekkenden cn van 5 centen voor iederen aankomenden brief, half en <*eh'eel zooveel dus, als een brief van het eene uiterste van Engeland naar het andere uiterste van Schotland of van Ierland kost. Olschoon nu beweerd wordt, (lat sommige distributeuren ten platten lande tevens vast traktement uit de schatkist trek ken zoo moet hier toch worden aangenomen, dat de extra heffing voor de schatkist dienstkosten uitwint, en dat zij dus dc netto opbrengst van den briefpost voor 's rijks schatkist verhoogt. Maar eens aangenomen, dat de distributien geen sinecures zijn, voor veel besparing vatbaar, zoo zijn het toch ingezetenen welke de ongehoorde extra belasting opbrengen eene belasting, te onregtvaardiger, omdat zij eenzijdig en alleen de plattelandbewoners drukt, te afkeurenswaardiger, omdat alle andere belastingen teregt door alle onderdeden des rijks gedragen worden Of zou men weliigt willen beweren dat deze extra heffing niet meldingswaardig zij Voor menig huis houden loopt zij hooger dan de belasting op het gemaal en geen meerder gerief dan in de steden verschaft de administra tie der posten er omterwijl brieven aan verre van de distri butiekantoren afwonenden bovendien moeten worden afgehaald.'' Naar men verneemt heeft de heer officier van justitie te Almelo aan de hceren burgemeesters in zijn arrondissement verzocht, de ingezetenen hunner gemeenten, en speciaal de vrachtvaarders en diligence-rijders, te waarschuwen tegen het medenemen van brievendagbladenperiodieke werken en pakjes, voor zoo verre deze niet meer dan één Nederlandsch pond wegen uithoofde tegen zoodanig medenemen bij de wet van 27 Prairial lXde jaarde straf is bedreigd van eene geld boete van minstens 150 franken (f 75), en hoogstens 300 franken [f 150). Met verdere tckennengevingdat'cle in zijn arrondissement gestationeerde dragonders, aan welke de dienst van maréchaussées bij koninklijk besluit is opgedragen bevoegd zijn de overtredingen van gemelde wet te constateren. Het bovenstaande lezen wij in de Twehlsche Courantmaar wij hebben waarlijk moeite om zoo iets te begrijpen. Hoe zou in ons land handel en vervoer toch mogelijk zijn, zoo alle pakjes onder een Nederl. pond met den post moesten ver zonden en die legen brieven getaxeerd worden. Daar zou immers zelfs voor een Rothschild geen betalen aan zijn; althans op de wijze zoo als onze posten thans ingerigt zijn. Wij weten wel, dat ieder deze bepaling bespottelijk en onuitvoerbaar acht en niemand er zich aan stoort. Maar wat doel heeft het dan die (in plaats van ze vormelijk af to schaden) telkens als een dreigend schrikbeeld uit den doofpot te halen Is het om de burgers op alle mogelijke wijzen tc herinneren hoedanig handel cn nijverheid hier te lande beschermd en aangemoedigd wor den? Zou men door dergelijke manoeuvres niet eer denken, dat de Regering ze als eene vergiftige plant beschouwt, die zooveel mogelijk moest belemmerd cn uitgeroeid worden? Wij geven den Heer officier van justitie te Almelo in bedenking, of deze opgewarmde bedreiging wel zeer geschikt is om de liefde der burgers voor hunne Regering te bevorderen? 01 het niet populairder zijn zou de fransche wet wegens de gages der paardenpostmeesters weer in 't leven te brengen en zoo vele andere als er misschien nog uit dit zelfde arsenaal ten roordeele der burgers zijn te halen? Wij vinden de houding der Regering in dezen niet zeer eervol noch volkslicvend en zouden niet gaarne wenschen dat het volk zich wederkeerig zoo tegen zijne Regering betoonde! De regering heeft het volk door middel van de grond wet wat opgewonden. Zeer goed. De regering heeft de na tie beschouwd als uit klokken bestaande, die men slechts behoeft op te winden, en dan maar loopen laat-, zonder er zich over te bekommeren. Wij hebben er niets tegen, maar herinneren de regering, dat het niet allen spelende klokken zijn, maar er ook vele slaande onder gevonden worden. - Hydra. ZUTPIIEN14 Dec. 1843. Hoofd-Kiesdistrict Zutphen. Herstemming tusschcn Mr. J. Tv. Thorbecke en Mr. IV. Tadama. Onder-kiesdistricten Zutphen lirummen Epe Gnrsscl Hengelo Steenderen Voorst Vorden Warnsveld Blanco 5. De meerderheid was 349. TiionnECKE 181 35 32 47 9 35 67 19 25 450 Tadama 115 27 48 9 5 4 23 10 6 247 Winschoten6 December 1848. Heden werd alhier door de regtbank uitspraak gedaan in de zaak van Z. Exc. den minister van oorlog als eischeren den heer .Hindrik Nannes Addens, tc Bellingwoldeals ge daagde, over den eigendom van den zoogenoemde!) Veendijk loopende door de veenen van Bellingewoldeen welke dijk door Z. Exc. als militaire landsgrond werd gereclameerd, en door den gedaagde als zijn eigendom verdedigd. Belangrijke pleidooijen werden hierover door den procureur Meder voor deo eischer, als door den procureur Emmen voor den gedaagde gevoerd waarbij die eigendom voet voor voet werd verde digd en ofschoon Z. Èxc. de minister de kwestieuse grond reeds in staat van defensie had laten brengen moest Z. Exc. toch het slagveld ruimendaar aan denzclven zijn eisch is ontzegd, met condemnatie in de kosten. (Weer een fortuintje voor de schatkist!) Te meer belangrijk is deze zaak, omdat alle de overige eigenaren van dien dijk, van af Klooster-ter-Apel tot Wijmeer, uit vrees voor eene kostbare procedure, den eigendom van den staat hebben erkend en zij alzoo wederom een bewijs oplevert, dat de kostbare manier van procederen in ons rijk den zwakkeren veelal noopt, liever toe te geven, dan zijn regt tegen den sterkeren te verdedigen. (Vooral als de laatste 's lands penningen hiertoe mag verspillen!)

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1848 | | pagina 2