De couranten bestrijden zeer deftig <ie rooigema J.Ip hoe zij aandruischeii ogen de roorgedragene eene belasting-wetten betoogende hoc z.j ben:kenirigen van gezonde staathuishoudkundeof teg het gezond verstand. Edieve! «et is huishoudkunde of om gezond j(j(|e|t|cn móeten er maar Neen, neen, de meer en m J)a[ wl) (lo ru(noel.g(.est wat van lijden: dat ts me maar zóó geschiedt, dat Van den tijd zoo ^bben. zondeir veelkleerscheuren de hoeren die aan t ine' m0eten zich inbeelden dat afkomen! De schraal bt braaf zu||en opdokken! zij ontlast worden, en da Hct b,kce,.(lo Of dat werkel.jk gebeu b„ Je gpo() 0l'anje; nfcet meiwei zoo dom te houden, dat z.j ZZt en bewondert. De heeren in den Haag zal men wel U met b»i—'^S:nbhl" S'eU^ren vooral de eer- I)p tusschensooi t zullen net d d Men heeft zoo veel eerbied voor den eed dat de Jijke lieden redden. Of "heT'ooTeene belasting op waarheid en eerlijkheid smokkeldievenzich des noods met den eed zullen uit den brand wordt, doet er niet toe. En of de uitgeplukte tusschensooi t minder zal verteren, en minder zal laten verdienen, doet ei óók niet toe De groote menigte moet maar eens hoezee roe pen. Of zij er naderhand te berooider om zal worden, wat kan dat schelen? Een alias heeft gezegd, dat het plan zeker niet door eenen Dit zeggen is echter _meer eene aan digheid ïood eemaaM is. *«bbv" dan eene snuggerheid. Want de varkens zullen zonder accijns _.i .I....2 n. dat de menigte er geen stukie spek jood gemaakt is. Meidwam ut wel zoo duur wordendat de menigte er geen stukje spek meer om zal eten. Kwam de accijns ook van het rundvleesch af, dat zou nog iets heipen. Wie nu geen rundvleesch meer eet, maakt de Varkens duurder. Of worden er varkens inge voerd, dan wordt er rundvee uitgevoerd. Wij krijgen anderen kost voor het zelfde geld. Boter en kaas krijgen wij er dok niet te meer om: want de boeren gaan meer varkens hou den, en die zullen zij toch niet melken? Of was het maar om een mooi voorstel te doen? En dacht men wel, dat de Tweede Kamer, in qualiteit van zondebok, nu eens neen zoude zeggen? -.ill 01' moest de Tweede Kamer hiermede wat bezi-heid heb ben? Zoo had mén geenc andere middeltjes noodig, om het leven der oude grondwet en oude practijkjes te lekken. Ziet, goede zielen wij hebben nu goed slag van ministers, en fijn slag van ministers. Zoo moet men ze hebben. Anders had men te veel met hen te stellen. Of denkt gij, dat men voorheeft, om voor ons te verbeteren wat verkeerd is? Ja, als er reeds morgen oi' overmorgen meer millioentjes voor den Oranjeboom en voor den Haag mee afvlogendan ware er nog kans op. Indien Duitschland het Limburgsche aandeel in onze schuld wil bekortendan moet het ons ook hel Luxemburg - sche aandeel in onze schuld terug bezorgen. Indien het eerste billijk is, dan is het ook het iaatstc. Is de Luxemburgsche toestand een zoogenaamd fait accomplidan is de Limburg- sche het cvenzoo. Of zou het Oranje-huis ons dat Luxemburgsche aandeel ver goeden Dat doorluchtige huis heeft althans de ondoorluch tige penncstreek aangenomen waarbij Luxemburg is ontheven. Dat doorluchtige huis heeft ook niet voorgesteld, om het Luxemburgsche aandeel aan de coupon houders te korten en hen daarvoor naar Luxemburg te verwijzen. Het wil liever de grondwet-tonnetjes cum annexis vol en on bekort behouden. Het wil liever bekeerd zijn lot het liberalisme, en al hét gedraai op rekening van ministerie en tweede kamer zien. Aproposmijnheer Vogelzang mag wel eene lekkere (lcsch hebben voor zijn stuk achter in den Arnhemmer van 2/ Julij.) Zou er iets waar zijn aan een volkspraatje, dat een cx- minister was rijk geworden bij ex-profijljes van ex-levcran- tiën? Onmogelijk! Dan had immers het ministerie-publiek hem lang op het jak gezeten! Het ware t'och beter tie pijne waard dan drie centen turf-accijns te Goor. Thorbecke in de Tweede Kamer, dat mag nog hccnbi ui- jen. Om in eenig bestuur gezet te wordenis hij veel te ongelikt. Wel man! geen schurk of sukkel zou veilig naast hem zitten. De Keulsche Courant bevat een artikel uit Amsterdam, waarin op ironisch-satyrieken toon de nieuwe finanticle voor dragten der Regering worden behandeld: >»God dank! zoo van^t het artikel aan nook wij zullen ons binnen koit in eene belasting op de bezittingen en inkomsten mogen verheu gen.... Het eenige nog niet belaste voorwerp in Holland is thans de lucht; maar wij zijn goed op den weg, om in een paar jaren ook eene INoordcn- en Westenwindtax te beko men enz. £es extremes se touch ent (de uitersten raken zich)! Is het niet vreemd dat het referein (Ier Fransche werklieden uit de ateliers nationaux ook het lijfdeuntje der Hollandsche aristo craten gchijnt. Nourris par la pa trie, C'esl Ie sort le plus beau, Ie plus digne d'envie! (Door het vaderland gevoed te woiden, is tiet schoonste, benijdenswaardigste lot.) - IVij hebben reeds verscheiden burgers, bezitters van een klein kapitaaltje, hooren verzekeren dat als de voorgestelde belasting op de bezittingen doorging, zij het land wilden ver laten en naar N.-Amerika gaan. HeJ; spijt ons, om ons land het te moeien zeggen, maar wij gelooven niet dat zij iets ver standiger zouden kunnen doen, zelfs zonder die belasting. Kleine fortuinen moeten hier te lande toch noodwendig hoe langer hoe meer achteruit gaanen de gelegenheid tot ver dienste hoe langer hoe minder worden terwijl de belastingen steeds hooger zullen worden en de buitengewone belastingen elkander hoe langer hoe spoediger opvolgen. In 1844 waande men door de zoogenoemde Monsterleening onze finanties radi caal hersteld en zelfs de ongeloovigsten meenden dat het nu althans tot 1850 zonder nieuwe leching zou kunnen duren. Maar nu is het eerst 48, en reeds weder een fameus lek in de schatkist. Wie is nu nog zoo blind en dom van niet te beseffen, dat bij een regeringstelsel als wij hebben noodwen dig het schip van staat hoe langer hoe dieper moet zinken en eindelijk, ol' wanneer zich slechts de minste storm verheft, met man en muis te gronde gaan. Het cenigst middel om het te re lden zou zijn allen bezwarenden noodeloozen en hinder lijken ballast over boord te werpenmet allen die er den baas op spelen en het scheepsvolk in hunnen arbeid slechts belemmeren en kwellen; maar dat men dit middel, hoezeer men er ook over schreeuwt, eehler niet ernstig ten uitvoer zal leggen, hiervan zij wij reeds genoeg overtuigd; en eer de cquipagtc hiertoe zelf de handen uit den mouw zal steken kan er nog wat tijd verloopen. Wij herzeggen het dus, ieder die iets te verliezen heeft en niet uit de staatsruif' gevoerd wordt, doet wijs zich naar Noord-Amerika te begeven. Wij worden door opvolgende on partijdige berigten hoe langer hoe meer overtuigd, dat daar het land van ware vrijheid en welvaart is. Ieder die werken wil en kan, kan daar ruimschoots zijne behoeften bevredigen, terwijl met een gering vermogen de bijna stellige zekerheid van overwinst en rijkdom bestaat; en het leven daar zeer ge not-gelijk en van alle hatelijke knevelarijen en chicanes van belastingen en commiezen (door een beroemd schrijver de bandieten der Europesche maatschappij genoemd) bevrijd is. Onze regering schijnt die emigratie dan ook werkelijk te vreezendaar art. 29 van het nieuwe belastingonlwcrp dui delijk zegt: «Geen belastingschuldige, die zijnen geheclen aanslag nog niet heeft betaald mag het rijk met der woon verlaten, zonder vooraf gostelden borgtogtten genoege des ontvangers, voor de verschuldigde belasting, waartoe hij des noods door beslag op zijne goederen zal worden genoodzaakt." Het is zeker wel zeer vriendelijkdat men iemand bij de lurven wil vasthouden om hem te doen opdokken, voor iets waaraan hij geen schuld heeft, noch waarvan hij begeert te genieten; doch hoe dit altijd mogelijk zal zijn begrijpen wij niet wel! Te Cleveland (N.-Amerika) heeft den 28 April 1.1. een waar volksfeest plaats gehad ter cere van de Europesche revolutie waarvan de berigten destijds aangekomen waren. Onderscheidene sprekers traden hierbij op en reiden onder anderen: «dat het feest dal wij heden vieren niet was voor Amerika, maar voor de reeds aangebrokene vrijheid omcr 100 lang verdrukte Broeders in Europa; dat die vrijheid als door een tooverslag scheen te voorschijn geroepen; dat het vuur der omwenteling reeds geheel of gedeeltejijk aan 't bran den was dat er echter nog heel veel zou moeten gebeuren voor en aleer onze broeders in Europa verlost waren van het juk der tirannij; maar dat ze toch zouden verwinnen, en tot die overwinning moeten wij onze broeders aan de overzij van den Oceaan aanmoedigen en des noods hun met raad en - daad te hulp komenopdat onze Europesche broeders wor den gelijk wij een gelukkig en vrij volk! Leve de Europisciie revolutie!!" Het stadhuis was geheel geïllumineerd, alsmede de meeste openbare en particuliere gebouwen terwijl in de stralen (die hier zeer breed zijn) honderden van flambouwen en vuurbol len werden rondgedragen en op de hoeken der straten groote vuren werden ontstoken, liet muziek en fecst-vermaak duur den tot laat in den nacht. - Gelukkige Amerikanen! wij danken u voor uwe belangstel ling, doch wanhopen hoe langer hoe meer of wij hier uwen gezegenden staatkundigen toestand ooit zullen deelachtig wor- H«n. Die wolfjes, die wolfjes!!!

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1848 | | pagina 2