hebben voor eenedie naar de herziene grondwet zal zamen- gesteld zijn. Slechts ééne verkiezing, in tien zin e ang- rijk, viel er te doen, en wel door de Staten van Zu.d-Hol- land in plaats van he^ onlangs bedankt hebbend l,d den heer t 11 1^ ^..«nllpn van den gevierden JLüzac l Luzac. Wie zal de plaats vervullen t 1 j0 natie Thorbecke, tie man der en om strnd antwoordt de naut i i L u-; i.ifnemendheid dien de Koning door grondwetsherziening bij uitnemcuuiu u i 1 lilt fö,Mo tr nemen, als t ware aan de na hem niet in het Ministerie te neiiitu, i r. uar b de debatten over de voorge- tie gelaten heeft om naar mj uc stelde wijzigingen te vertegenwoordigen Maar de stalen der Provincie Zuid-Holland benoemen tot beschimping van de zaak der door den Koning verordende grondwetsherziening en tot hoon der natie, den hardnekkigs en behouder. Op de Provinciale Staten te vertrouwen ware dwaasheid Geduldig en lankmoedig als een echt INederlander willen wij ons vertrouwen op de Hooge Regering, en op haar al leen nog niet opgeven, en hopen dat zij, hoe hortend en stootend dan ook, ons uit het slijk op den weg van vooruit gang en volksgeluk brengen zal, zonder dat het volk zelf in de tevgels zai behoeven te grijpen. Met een »jurt! jurt!" zal het zeker wel willen helpen. Het voorloopig verslag der 2de kamer over de Grond wetsherziening ziet er niet pleizierig uit. Het oorspronkelijk door de staatscommissie voorgestelde ontwerp, werd door het algemeen Dog voor veel te behoudend en aristocratisch ge oordeeld het is daarna door den staatsraad en de ministers nog meer besnoeid én behoudend gemaaktzoodat het zich hoe langer hoe meer van de behoeften der Natie verwijder de, en dit nu zoo bekrompen ontwerp komt NB. onze Volksvertegenwoordigerszouden wij zeggen als wij eene satyre wilden schrijven; dus onze 2de kamer (die niemand ver tegenwoordigt dan zich zelvej nog te liberaalte revolution- nail-te democratisch voor!!! Met regt mag men van haar zeggen dat zij plus royaliste que le roi is. Zoo de regering zich nu aan dat verslag wilde storen zouden wij haar ern stig aan de woorden van Ien Kate herinneren Wreed is de dolle stier, die met metalen schoften En blinde hoornen nedcrstorl: Maar wreedcr 't volk, gesard door liegende beloften Wanneer 't zijn eigen wreker wordt. Maar de Regering zit nu eenmaal met dit perseel opge scheept, en het laat zich aanzien, dat het zich ongemakkelijk zal vastklampen. Hoe schuift ze 't zich van den hals? Wij weten het niet; doch evenmin weten wij welke consideratie eene quasi vertegenwoordiging verdient, die zich van de belangen des volks vervreemdde, die het volk in ellénde cn het land op den rand ^les ondergangs bragten wij gelooven met de Tielsche Nieuwsbode: als de koning mogt goedvin den een coup d'etat te wagen en de 2de kamer met eene compagnie grenadiers liet uiteen jagendan zou het gan- sche land van vreugde in de handen klappen en juichen en dankadressen aan den koning zenden hoe onwettig zoodanige handeling ook wezen mogt. Want boven de wel zetelt het gevoel van het eeuwige, onveranderlijke regtdat de 2de kamer zou verguizen als zij die vertegenwoordiging des volks heet, Hjnregt in strijd met de opelilijke wenschen des volks handelde." Met veel genoegen nicencn wij echter tc bespeurendat bet de Regering, hoe noode er ook toe gebiagt, thans ei n- stig met de hervormingsplannen gemeend is, en het volk dus eenigzins gerust kan zijn niet de dupe ccnei komedie te zullc°n worden. Immers de 's Gravenliaagsche' Nieuwsbode, die wordt gehouden als onder t oog der legering geschreven en een half officieel blad te zijn, bevat de volgende merk waardige woorden »De Koning heeft gezegd, dat hij bij de ontwerpen tot hcr- zieoin» onzer grondwet veel van zijne persoonlijke meeningen en gevoelens heeft opgeofferd aan het algemeen welzijn cn aan den wensch des volks. Wat zullen de Staten-Generaal doen? Wij hopen, en wij vertrouwen, dat zij het voorbeeld van den Koning zullen volgen. Niet allen, vooral niet allen die daar zitten, kunnen over die verschillende onderwerpen hetzelfde denken; niet allen even groote bewonderaars zijn van de meei libeiale instel lingen, waaraan deze tijd behoefte schijnt te gevoelen, en waarvan wij wat vroeger of wat later ook de pioef zullen moeten nemen. Waar ieder echter stijf op zijn stuk blijft staan waar ieder zijne persoonlijke gevoelens en beschouwingen wil doordrijven en aan anderen opdringen daar kan nooit iets worden tot stand gebragt, daar ten minste zijn constitutionele instellingen en wetgevende vergaderingen onmogelijk; die dit wil, moet te- xugkeeren tot de despotieke eenhoofdige regering. Het is niet de vraag hoe gij of hoe ik denk over vrijheid van godsdienst, vrijheid van onderwijs, vrijheid van verkie zing; het is niet de vraag, welke bespiegelingen en verhande lingen daarvoor of daartegen al te houden zijn; het is min der eene vraag van wetenschap dan van praktijk; het is al leen de vraag, wat voor dit land, in deze dagen van opge wondenheid en spanning (meer van buiten, maar ook van bin nen) nuthg, wenschelijk, mogelijk iswat het meest geschikt is om ons van dien staat van kalmte, rust, vrede en een- dragtwaarin wij ons nu nog verheugen het lang en duur zaam genot te verzekeren. En hij die op het altaar des Vaderlands niet een zoo gering offer zou willen of kunnen brengen, als dat van eigene jn- zigtenwaarin hij dwalen kan; als dat van theoretische be spiegelingen, waarin hij als beoefenaar der wetenschap in zijn studeervertrek gelijk kan hebben maar die de proef der praktijk e.n der toepassing zoo dikwijls niet kunnen door staan; hij bedoelt of verlangt niet ter goeder trouw het al gemeen welzijn, maar hij wordt gedreven óf door kleingeestige eigenliefde óf door bijzondere belangen door bij-oogmerken. Een verstandig staatsman let op de teekenen des tijd het regeringsstelsel, dat thans zegeviert, moet ook voor hem, die liever het oude behouden hadeen fait accompli zijn hij volge het voorbeeld van zijnen Koning; hij volgde het voor beeld der Natie, die rustig vertrouwende op de roepstem van den Vorst, geduldig heeft afgewacht, wat haar van den troon zoude worden aangebodenmaar hij volge ook het voorbeeld van die vrijzinnigen van die liberalen die wel door alle ge oorloofde en wettige middelen getracht hebben aan het land die in stel li ngen tc bezorgen die in hun oog wenschelijk wa ren maar die daarom nooit hebben opgehouden zich aan de wet der noodzakelijkheid te onderwerpen, die het nooit heb ben beproefd door geweld en oproer te verkrijgen wat zij verlangden die altijd wettig bestaande magten hebben geëer biedigd, al hadden zij daarvan liever een ander gebruik zien maken, al hadden zij die liever in andere handen gezien. Een land kan gelukkig zijn onder ieder regeringsstelselmits de regering maar zij in eerlijke en bekwame handen het zijn dikwijls minder de instellingen de wettendan de wijze waarop zij gebruikt en toegepast worden, die over den voor spoed en de bloei van het volk beschikken menig land ging te gronde met de heerlijkste instellingen, menig volk werd groot en magtig met, of liever in spijt van de slechtste wet ten. Dit is een gerustcllcnd verschijnsel want het moet hem, die zich met dc bestaande orde van zaken niet veree- nigtten minste overtuigen dat het land niet verloren is al wordt het niet naar zijnen zin en naar zijne begrippen geregeerd maar het moet hem ook den moed en de eerlijk heid geven om te dulden wat hij niet beletten kan. En die vrijhedendie liberale instellingen waarvoor men zooveel vrees heeft, die men zoo belastert, waarvan men zoo vele ijselijkheden voorspelt, ach! neen, het zijn zulke boozc monsters, zulke ondieren en gedrogten niet als waarvoor men ze uitscheldt; ziet maar eens hoe het in Belgie gaat, daar bestaat dat alles; en is Belgie dan zoo ongelukkig? Kwijnt daar de nijverheid, vergaat daar de handel? Neemt daar ar moede en ellende meer toe dan bij ons of elders? Is het getal gruweldaden doodslagen en brandstichtingen daar zoo ont zettend groot? Of za 1 Nederland bij toeval ook niet rijp zijn voor dat waarvoor Belgie wel rijp is? Zullen wij, bedaarde, stille, huisselijke, rustlievcnde Hollanders, niet kunnen ver dragen, wat ome veel meer onstuimige, wufte cn ligtzinnige Belgische buren wel weten tc verdragen? Dat is immers onzin! En als het nu eene waarheid is, dat dc gcheele beschaafde wereld dien weg uitgaat dat ook bij ons door velen die nieuwe instellingen verlangd en begeerd worden wat zullen wij dan verkiezen? Ze te verkrijgen op de wijze der Belgen, of op dc wijze der Diiitschers? Zullen wij dan niet de voor keur geven aan onderling overleg, aan kalme en verstandige beraadslaging Loven degruweltooneelen der Parijsche barricaden- belden? Zullen wij niet liever langs den weg des vredes die instellingen aannemen in hare beste en schoonste vormen, en ons voor alle gevaarlijke uitersten wachten, dan ook ons land prijs geven aan het onbesuisd geweld, aan de roof-en moord zucht van eenige fortuinzoekers, van ontslagen tuchtelingen van booswichten, van hen die bij volksoploopen en ongere geldheden niets te verliezenmaar alles te winnen hebben van lien die als zij zich eenmaal van de magt hebben mees ter gemaakt, hunnen ijzeren wil, hunne onverzoenlijke haat, hunne bloeddorstige wraak stellen in de plaats der wetten. En daaraan toch stelt men het land bloot, indien men het onmogelijke wil indien men behouden wil wat niet meer te behouden is: indien men vernietigen wil, wat niet meer vernietigd kan worden.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1848 | | pagina 2