jS' Jïe? Itegtstreeksche Verkiezingen. BMililllllllilllM Commissie, Wij op eetVe on wede. c£»*js* Stemmen uit die zelfde Hervormde Ke zullen verkomngén^c1 I:" '"*h v woordiging ^4 En wat wil dan de CommjiSJe 'jtffiefFe dat de Commissie hiervan yal overtuigd worden, door L Kerk, die heel wat anders vjfell* zelve opwerpende vertegen- Volgens haar komen cr in dat onderwerp arh^-Htffreffcnde de godsdienst voor »d,e beginselen behelzen, geheel en al strijdig met den geest den toestand en de behoede der Nederl. Hervormde Ke, k de hechte steun van uwer Majrsteds troon en van het hu,s van Oranje, beginselen, die i„ de toepass,ngniet dan vreessehjke gevolgen doen dnehlen en zullen na z.ch slepen. Het begin sel van onbepaalde vrijheid, om godsdienstige meen,gen te beliiden (art. 156), waardoor eene wijde deur voor het ver spreiden en inscherpen van zede'looze grondstellingen en on christelijke denkbeelden wordt open gezet." Bijna zoo veel dwaasheden als woorden. Het beginsel van vrijheid van ge weten zou strijden met den gerst der Hervormde Kerk zou strijden met de behoefte der Nederlandsche //er». Kerk! Hoe DU, is het dan met die kerk in Nederland zoo rampzalig ge steld, dat het beginsel van gelijkstelling haar deercii. zou Die Kerk is de hechte steun van het huis van Oranje! Wat om!, opgerakeld idee is dit in een constitutioneel rijk, 'waar allen gelijk zijn voor de wet, en de troon gevestigd is, niet op het welbehagen van deze of gene partij maar op de con stitutie? Vrecsselijke gevolgen zullen die beginsels na zich slepen; eene wijde deur voor zedelooze cu onchristelijke denkbeelden wordt open gezet! Is het dan volgens de thans bestaande grondwet anders? Beteekent de waarborging der vrijheid van godsdienstige begrippen, dat cr in Nederland eerie inquisitie bestaat? dat de vertegenwoordiging der Ne derl. Herv. Kerk een mandaat heeft om te onderzoekenwelk godsdienstig begrip onchristelijk is, en het alzoo te weren. Of moet dit in de nieuwe grondwet bepaalder worden uitge drukt? Moet die gebaseerd worden op het beginsel dat de Nederl. Ilerv. Kerk de steun is van het huis van Oranje; dat aan haar het onderzoek zal staan, welke leer ongods dienstig 'of onchristelijk is, op dat de wet ze niet toelaten; dat bij de regeling van het onderwijs alleen hare e'Schen worden in aanmerking genomen dal zij daarvoor hare on derwerping aan de Regering bestendigt, en dat de Synodale Commissie die kerk"vertegenwoordigt? Doch wie lust heelt, moge de punten stuk voor stuk na gaan en ontleden. Het aanmatigende, de verwaandheid, de bekrompenheid en het onverdraagzame stuit ons te zeer tegen de borst, om cr mede voort te gaan. Slechts één trek nog. Wat bepalingen omtrent staatsburgerlijke gegten aangaathier van wordt in het adres niet geheel gezwegen. Het regt om zich te vereenigen (art. 10) is mede een van die beginsels, wier vrecsselijke gevolgen niet zijn af te zien, «daar het aan »geene bepalingen, dun tot verzekering der publieke orde, zou i'worden onderworpen." Zoo-, zoo, Mijne lleeren van de Com missie, moeten de oefeningende godsdienstige bijeenkomsten der afgescheidenen reeds door de grondwet verboden worden, en er zoo voor altoos een eind komen aan de ergernis over de geregtelijkc vervolgingen tegen hen, die met meer dan twintig personen een gebed gedaan hebben, en over de dra- gonnades tegen psalmzingersdaar het niet meer op aansto king ilrr Synodale Commissie, maar tot ten uitvoer legging der grondwet zal geschieden. Wanneer er onder de belijders van andere gezindten wa ren, die niet, zooals het stuk verdient, het met een glim lach ter zijde leiden, maar er zich aan zouden willen arce ren dan stellen zij zulks uit, daar zij er op'rekenen kun nen dat vele kerkbesturen en ook leden van liet Hervormde Kerkgenootschap zicli opgewekt zullen gevoelen, om hunne 'stern tot afkeuring en verloochening van dc denkbeelden der Sv- nodale Commissie, die quasi-vertegenwoordiging der Neil Herv. Kerk te doen hooren. Neen, Heercn Verweij en Timmers Verhoeven cum suis, gij' vertegenwoordigt de Ned. Herv. Kerk niet; gij verteg.ciiw'oor- digt niets dan u zeiven. Om u zeiven op uw beha-dijk ^standpunt te handhaven, wilt gij gaarne elke handelim? der gemeenten en <le keuze harer leeraren aan het oppertoezigt van den Koning onderwerpen, wilt gij gaarne de zoo al-e- meen verfoeide collaties laten bestaan, en noemt gij die zon der blikken of blozen een regt, dat hoogst weldadig voor de gemeente moet beschouwd worden, terwijl gij zoo goed weet als ieder ander, dat het alleen weldadig is voor de Advoka- ten en Procureurs, die de gemeenten dienen, welke er zich aan zoeken te onttrekken, en voor de bevordering van wre vel en tweespalt. Om u zeiven wilt gij het regt der Rege ring in zaken van godsdienst en kerk bestendigd zien, omdat ten slotte de uitvoering van dat regt in uwe handen te regt komt. D Het 14 dezer te Groningen geopende Landbouwkundi 1eliit n'ituli» i ,l *-"<*iiuoouwKundig ,r druk bezocht zijnde nIct niln<lci. ||an 704 leden ingeschreven, bijna het dubbel van het getal vel leden jaar te Arnhem vergaderd. Bij monde van Ds Heldring van llrmmen bra°t de Com missie over de oveibevolking en de kolonisatie rapport uit- tic- Commissie stemde toe, dut er overbevolking in ons v a land plaats had in dien zin, dat er op somn,i|e plaatsen'veel meer memchen opeengehoopt waren dan aldaar door arbei 1 hun brood konden verdienen; zij stelde verder binnenland sche kolonisatie mogelijken haalde voorbeelden aan van danige kolonisatie,,die aanvankelijk met goeden uitsla-» be kroond waren. Eindelijk stelde de Heer Heldring voor dat cr van het Congres zou uitgaan de oprigting van eene een- cent-dnags-Maat schappijdat is, eene zoodanige, waarbij ieder deelnemer zieti verbond om een cent daags te contribueren welke gelden, gedurende 16 jaren bijeenverzameld, zouden strekken om te restitueren een dadelijk opgenomen renteloos voorschot (zoo zoodanig voorschot te bekomen was) van ge noegzaam bedrag, om daarmede eene aanzienlijke hoeveelheid ongei ultiveerden giond aan te koopencn daarop kolonisten te vestigen. De Heer Suringar van Amsterdam ondersteunde dit voorstil ten sterkste, deed hulde aan den Heer Heldring, als een man die niet alleen plannen maakte, maar ook han den aan het werk sloeg; op de hem eigene krachtige manier stelde hij voor, dadelijk eene Commissie te benoemen, belast met dc opt igting van zoodanige Maatschappij; de vergadering juivhte «ft \oois;t'l zeer toe, en nadat de Heer Heldring kor- telija geantwoord had, werd door den President dergelijke Commissie benoemd bestaande onder anderen uit de HH. Setring,ir Heldring Dej Cloux van Eosdorp en Hofstede de Groot. Nadat ten aanzien van het voorstel over den veendamp, een brief van den voorsteller op het vorig Congres, voorge lezen wasnam de Heer Kerkhoven van Dedemsvaart het wooi d betoogde dat da veendamp, al mógt deztlve onaan genaam zijn, toch niet of althans zier weinig naileclig was, cn dat in allen gevalle naar zijn oordeel het Congres nimmer kon medewerken om het veenbranden te verbiedenof het zelve aan wettelijke bepalingen te onderwerpen daar alsdan duizenden van veenarbeiders zouden verhinderd of belemmerd worden in liet verbouwen van een groot gedeelte hunner nooddruft. De vergadering besluit om deze zaak als verval len te beschouwen. Wordt besloten het volgend Congres in Junij 1849 te Utrecht te houden cn daarbij ook dames toe te laten. Vervolg en slot van Nos. 21. en 22.) Regtstreeksche verkiezingen zullen veel tot verbetering van dezen toestand toebrengen. Zij zullen de burgers dwingen tot zamenwerking, dwingen tot belangstelling. De burgerij, zoo- dra hare regtcn erkend en geëerbiedigd worden, zal gevoelen wat zij in den staal beteekent; zij zal zich opgeheven gevoe len; zij zal, bij haar meer en meer ontwaken, levendiger be sef krijgen van de schandelijkheid haars doodslaaps, van hare waarde, hare kracht, haren pligt; zij zal inzien, dat hande lingen van haar moeten uitgaan, dat zij de pijler der openbare orde en rust is cn het middelpunt uitmaakt van al wat er boven CI1 beneden haar in den lande bestaat. Er zal vereeni- ging, zamen werking komen onder Je menschende noodza kelijkheid zal bchoelle doen ontstaan aan toenadering, en alle schuwheid, eenzelvigheid, dofheid, moedeloosheidverlam ming, zullen een einde m men. Nu zit de burger lijdzaam bij zijn haard te zuchten, dat hij geen man is, om zich met staatzaken Ie bcmoeijen en dat men dat maar aan wijzeren dan hij moet overlaten. Wiens handen geboeid zijn, hoe weet hij of hij het schrijven niet verleerd is? Maar dat geteem zal uitraken, wanneer hij inziet, dat die staatzaak, waartoe de wet en zijn pligt hem roepen, zijne eigene zaak is, en hij die pligt vervult, juist ten einde een ander, door hem geko zen, in zijne plaats de zaken van den staat bereddcrc. Land- genooten! men heeft u zoo lang voorgepraat, dat gij glazen bcenen hadt, dat gij het waarlijk gelooft; maar tracht toch eens een been te verzetten en gij zult zien of gij het niet ver brengen zult. De hoogere standen zullen niet minder den wchladigen invloed van den veranderden staatsvorm, die hen thans doet morren, van uwe bevrijding uit de banden der onverschilligheid, ondervinden. Thans weten zij, dat zekere betrekkingen hunne geboorte niet ontgaan kunnen en eeramb ten, al is het zonder aanspraak, hun toekomen. Dit moet en zal anders worden. Zoodra de aristocratie, in den drang van zekere omstandigheden geplaatst, leert begrijpen, dat pos ten zonder bekwaamheid cn verheffing zonder verdiensten de

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1848 | | pagina 2