tie, en zijne arabtgenooten komen er thans zelve voor uit niet geweten te hebben, wat daarmede bedoeld was; dit zullen de ambteenooten van den heer Donker niet kunnen zeggen, wier redevoering zich door rondborstigheid en be paaldheid onderscheidt. Wij vinden er hoofdzakelijk dezelfde trekker, in terug, die het herziemngs ontwerp kenschetsen welks beginselen wanneer het gerucht bevestigd wierd, dat ook de heer Storm in de samenstel mg van het nieuwe Mi nisterie zou begrepen wordenreeds door vier van de vijt leden der Staatscommissie zou vertegenwoordigd zijn. Maar is het onweer ook voor ditmaal weder door eene gelukkige beslissing des Konings, overgedreven, het heelt op nieuw dringend de noodzakelijkheid der les van onze vaderen aangetoond, die zij niet slechts op hunne blokhuizen en poor ten," maar ook op de gevels hunner raadhuizen schreven, op dat ieder ze steeds voor de oogen hebben zóu: zijl wakende, Zoolan® de oude grondwet bestaat, is neigeus zekerheid, ner gens een waarborg, dat men in einst den weg van vooruit gang zal - inslaan. Bhj befi eden heul toch nog geenszins slechts één der slagboomen heeft het besluit des Konings van 17 Maart geopend. Ieder oogenblik kan hij weder neervallen, en er zijn er meer, die nog opgeruimd moeten worden. Nog staan wij er voor; zes weken beraadslagens door het thans ontbonden ministerie zijn voor de natie reeds verloren; thans zijn de leden der Tweede Kamer weer voor drie of vier, of wie weet voor hoeveel, weken uiteen. Nog niets is er ge daan, wat bewijzen zou, dat wij ons werkelijk op dien weg bevinden; 't is alles nog toekomst en verwachting voor de welmeenendennog tegenwoordigheid en wezenlijkheid voor de behoudsgezinden.. Zift wakende. Klein is het aantal der opregtelijk welgezin- den in de hoogere kringen, en moeijelijk is hun toestand, om geven als zij zijn van beloerders, belagers en aanvallers. Zijt wakende, opdat zij niet overvleugeld worden, doet gevoelen dat gij u krachtig aan hen aansluit, houdt niet op het met woord en pen en adressen te verkondigen, opdat zij, door het gansche volk gesteund, hun wankel standpunt kunnen versterken en er zich op handhaven. Zijt wakende, want slechts de vrees voor het verlies van alles heeft de aristocratische partij doen wijken;-bij den min sten schijn van ongegrondheid dier vrees zal zij het verlaten terrein hernemen, en altoos zal zij trachten er ten minsten zooveel van te behouden, als de andere partij onbewaakt en onverdedigd laat. De aristocratie heeft nog vele en velerlei ScBIMMELFEÏW/WCKS. De heer Donker heeft verklaard, dat zoowel.de Konin» als zijne raadslieden weten moeten, of de beginselen, waarop de hervorming van het staatsgebouw zal rustendoor de natie worden goedgekeurdof verworpenen dat zij geene gevestigde regering kennen, in staat om overdreven wenschen af te wij zen, om het beheer op zuiniger voet in te rigten dan die, welke haren steun vindt in het gevoelen van de meerderheid der natie. Dat, indien de natie instemt met de inzigten van hen, die op dezen oogenblik tot de regering zijn geroepen, zij hun dan ook haren bijstand bieden moet. Dat woord moet niet vergeefs gesproken zijn. Over de gezindheid van verre het grootste deel der natie kan geen twijfel meer bestaan deze heeft zich genoeg geopenbaard; maar die meerderheid moet niet rusten, doch onverpoosd met het betuigen van haren^ bijval of afkeuring voortgaan, opdat niet dc leden der Staatscommissie, maar ook de Koning, en de Kamer en de gansche behoudspartij het klare inzigt erlange, dat een teruggang of een blijven staan eene onmogelijkheid geworden is, en dat de natie, al is zij rustig, toch u-akende is. Terwijl de Burgemeester van Maastricht op reis is naar st Gravenhage, om aan den Koning het adres van den stede lijken Raad dier stad aan te bieden, waarin geprotesteerd wordt tegen de afscheiding van Limburg van Nederland ver zekert der Limburger Courier, dat deze Anti-separatisten het grootste regfc- der wereld hebben, want, waar zouden deze heeren in 't vervolg van levenindien de afscheiding door ging? Behalve uit ambtenaren, zegt dezelfde Courier, bestaat de rest der tegenstanders van de afscheiding uit smokkelaars, die spoedig van opinie zouden veranderen, indien zij verze kerd waren, dat hun bedrijf na de afscheiding zou voortduren. M'ij wenschten, dat dit alles waar mogt zijn, opdat gansch Limburg als één man opstond om zich als eene eigene üuitsche Staat grootsch te verheffen, en met fierheid de rood-zwart- gouden vlag te kunnen zwaaijen, en zich af te rukken van het a e:ij e Nederland, 'twelk thans zijn eigen geld wel n'oodig dipC h' ien s'.?cdl': gediend is met halfslachtige aangroeisels "3", portieken toestand bemoeijelijken en heimelijk aan zijne schatkist knagen. J J J Wat zou TnORRECKE minister ziin, 7fln ci;;r- 1 formesIndien aan het hof de koningin hem vroeg- «Mii^ heer Tiiorbecke, hoe maken het uwe - i I Overijssel?" dan zou zij hem misschien e^mTn een frlch woord gunnen, als eenen ex-visier dien zii scheen te houden. Waar zou het ook mpi i hnkd heen, indien wij geen fransch, geene vpr! V landtaal, en geen hof hadden? Een hof js im S voorde •Ierland nog „oodiger, dan een gfeerhaaïCTn/nT N" Jan eene mestvaalt voor eene boerderii al toren, minister van eeredienst blijft, dan kan 'f °°k «n Lozac is een mooi expediënt. Want hii moo W 'ukken. Dat hij is even eerlijk en onverdraagbaar pieman zijn, zijn van die zeh/zamendat al verschilt in gevoelen men altijd achtin» pi j eens Tan hen en zelfs, wat het afgekeurde g vSe le betreft gronden bij hen erkent. Wat zou overtu'S'"S e" zulke menschen uitrigten? Gelukki» noo^ Tr u kaer en Donker Cürtiüs tot ministens hehh C n'J "f PE" minste als liberaal bekend als uit i k i6" k 1° ten Hoeveel schoons in het man ftst van a^i f bek7aa»h«d- t l l UJd,mesc van laatstgenoemden! Ten dT hpr, Jf'J den Ol;anja>oom, hetwelk te hopen is man i, IT"'leggen- Maap of' Voet nu de man iszou eene andere vraa»* 7iin ii v 1 1 - - bomvrije Voet! Ware hij vo0r 20 of8. J 11 J 01 01 1D jaren minister ere- worden daar zou hot nog niet erger om geweest zijn. Wie aan te h I Z°° Z,ch maai' hpt talent weet aan schallen om alle teuterijen en wisjewasjes aan onder horigen over te doen? Ln wat zouden wij van Bentinck zeggen? Een goed hart heeft hij wel, en meent het goed met het lieve vaderland. Heeft veel gezien en ondervonden Onbekwaam is hij niet. De baron uit een oud geslacht, zoo wel een Overijsselschman als de napoleontische graaf zou nog wel liberaler buijen kunnen hebben dan deze. Èn de koningin zou hem zeker in het fransch aanspreken. Ziet de koning moet ook niet allemaal van die volksmenschen hebben dan mogt het in de gort loopen na zoo schoon eene aan kondiging van verbeteringen. Onder de vorige wijze van regeren werd een minister opgevoed in schijnbare waarheid. Men heeft er zoolang op aangedrongen dat de grondwet eene waarheid wierd een° mi nisterie mag ook wel eene waarheid worden. De minister moest maar teekenen, eene menigte van stukken die hij met geene mogelijkheid kon inzien, veelmin nazien, na» minder beoordeelen. Bij het volk ging dat op zijnen naam. °Dat was onwaarheid. Laat andere ambtenaren dat werk doen en er zelve voor inslaan. Het vermorst den kostbaren tijd van den minister, die, in plaats van te denken en te werken zit te teekeneneven als eene gedresseerde machine. Het'gewent er hem ook aan0111 de zaken aan anderen over te laten te laten vlotten en drijven, en zich onder dat noodlot te be geven dat van hem slechts eenen automaat maakt. Er moet voor ieder vak den sub-minister zijn, die niet met de rest van buralisten een minister regeert en in alles helpt medesle pen maar die, onder de bevelen van den minister, uitvoert wat tot zijnen omvang behoort, en voor die rigtige uitvoe ring verantwoordelijk is cn den volke bekend. Toestoppen cn toevoegen is. oud-nederlandschvooral oud-hollandsch zwak. Eerst betoogt menhoe noodzakelijk het Oranje-huis voor onze welvaart is; en bewijst dat door de opmerking, hoe nuttig dat Oranje-huis altijd voor ons "eweest is. (Hoe zal men zoo iets ook grondiger aanïoonen, dan door het bloote, onopgesmukte, io niets ontwikkelde zeggen?) Dan telt men niet weinige verkeerdheden op in de ontwerp grond- wet; maar kan die wel overstappen, nu ze toch eenmaal zijn aangewezen. Alleenlijk meent men, dat de koning het wel wat minder doen kan. Och kom, larie: dat is ook wel over te stappen. Aan de leden der tweede kamer (die heet tweede omdat er dan ook maar eene eerste moet wezen, die des noods met het onverstand, van een gouden zwaard alle onlandskin- derlijke knoopen kan doorhakken) geeft men openlijk minder tractement; ten einde hun, bij de toegezegde openbaarheid, des te noodzakelijker onder de hand het eene en andere te moeten toestoppen. Waarom zou men niet zooveel te meer openlijk den koning of zijner familie iets toestoppen? Waar toe der natie zand in de oogen gestrooid? Z:) moet liever met opene oogen ge(hoe heet dat?) gepliesierd worden. Immers vroeger is ook eene opkomst van negen ton op vijf ton berekend? Dat is een eerwaardig antecedent. Of zijn de an tecedenten afgeschaft, nu met alle openhartigheid aan de opene oogen der natie is kond gedaan, dat er noch ommekeer, noch reactie bedoeld wordt? Kom, kom; zoo gewonnen, zoo geronnen. Hoe zou anders de koning zijne rekeningen betalen Denkt men dan, dat dit nu reeds zoo grif kan gaan, nu, bij

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

De Kaleidoskoop (1846-1851) | 1848 | | pagina 2